Hoe meer tijd er verstreken is, hoe fascinerender fotografie en film voor mij worden. Een “fotografie” (oorspronkelijk werden foto’s zo genoemd) is een beeld dat door licht “geschreven” is. Een foto van honderd jaar oud is gefixeerd licht van honderd jaar oud. Een beeld dat honderd lichtjaren van ons verwijderd is, ligt nu onder onze ogen. Alsof we in de pikzwarte hemel van het verleden een ster zien oplichten. Omdat een film niets anders is dan een aaneenschakeling van foto’s kan over films hetzelfde worden opgemerkt. In de serie tijdreizen met YouTube: 114 jaar terug in de tijd naar het Manhattan van 1910.
Van de honderden, misschien duizenden mensen, die we op de straatbeelden uit Manhattan voorbij zien komen, kunnen we met zekerheid zeggen dat er niet een van hen meer van in leven is. Het is een wereld die voorgoed voorbij is. De meeste voorbijgangers op straat zijn in feite nog negentiende eeuwers, want de twintigste eeuw is pas tien jaar oud. Paard en wagen overheersen het straatbeeld nog, maar de Tin Lizzie reed ook al rond. De explosie van het automobiel, waarin de VS voorop liepen, moest in 1910 nog komen. Voor ons is het moeilijk voor te stellen dat we hier in een gloednieuwe wereld rondkijken. Toch kun je daar wel glimpen van opvangen, vooral in de tilt shots van vroege wolkenkrabbers.
De camera beweegt langzaam omhoog in een tempo van voor de Eerste Wereldoorlog. Maar juist deze traagheid verplaatst ons naar het bewustzijn van onze voorouders uit 1910. Het oog van de cameraman is het oog van iemand die in de negentiende eeuw geboren is, van iemand die voor het eerst de brave new world ziet, die in Manhattan de hemel aan het bestormen is. Eerst komt het traditionele, horizontale verhaal: het straatbeeld. Vervolgens klimt de camera langzaam omhoog, van verdieping naar verdieping. Er lijkt geen eind aan te komen. Eindelijk een reusachtige kroonlijst, maar dat blijkt geen afsluiting maar een intermezzo. Daarna gaat het weer verder met nog hogere verdiepingen, nu versierd met uitbundige ornamentiek.
Het schoolvoorbeeld van de ornamentele vroege wolkenkrabber is het Fuller Building (of flatiron building, 1902, 87 m.). Ook One Times Square (1904, 111 m.) was ooit een ornamentele wolkenkrabber zoals we op de beelden uit 1910 kunnen zien. Het gebouw staat er nog altijd maar is al decennia onherkenbaar veranderd in een reclamezuil op Times Square, zo hoog als de domtoren van Utrecht.
De mooiste tilt is van de Metropolitan Life Insurance Company Tower. Toen dit gefilmd werd, was het gebouw nog maar net opgeleverd. Deze wolkenkrabber is een kopie van de klokkentoren op het San Marcoplein in Venetië, maar dan ruim tweemaal zo hoog (210 i.p.v. 98,5 meter). Het origineel in Venetië was in 1902 ingestort. Voor de verzekeringsmaatschappij was het een (ongewilde?) publiciteitsstunt: De tweemaal zo hoge kopie was drie jaar eerder klaar dan het origineel, dat pas in 1912 uit zijn puinhopen herrees. De Metropolitan Life Insurance Company werd zo “de hoogste verzekeraar ter wereld”. Haar hoofdkantoor aan Madison Square Garden bleef van 1909 tot aan de opening van Woolworth Building in 1913 het hoogste gebouw ter wereld. De bouw van het Woolworth Building begon in november 1910, dus nog in het jaar waarin deze beelden geschoten werden.
Visueel vind ik de tilt shot van de Metropolitan Life Insurance Company Tower het meest interessant. Je ziet eerst gebouwen van hooguit vijf verdiepingen aan Madison Square Garden. Een traditionele boulevard uit de late negentiende eeuw. Maar op de achtergrond zien we een groot licht gebouw oprijzen, als een woudreus tussen de varens. Het heeft genadeloos strakke ramen, geordend in clusters van drie. Iets moderns. Dan gaat de camera omhoog, het gebouw groeit hoger en hoger op het witte doek. Hoe hoger de camera klimt, hoe meer de beelden overbelicht raken. Deze overbelichting geeft een spookachtig en mysterieus effect, als de flakkerende beelden in Plato’s grot. Omdat de film is ingekleurd, wordt de aura van de overbelichting een soort gouden schijf om de lantaarn van de reusachtige klokkentoren. Alsof het hoogste gebouw ter wereld in 1910 zich alleen prijs wilde geven als een verblindende Egyptische afgod waar we als stervelingen nauwelijks tegenop kunnen kijken.