Maandelijks archief: november 2005

por dios! wat een blad [ 1 ]

pepPiet Bakker heeft een mooie website gemaakt over het legendarische stripblad PEP (por Dios wat een blad!) uit de jaren 60 en eerste helft van de jaren 70. Hij heeft alle jaargangen van 1962 tot 1969 keurig geindexeerd. Zelf heb ik de jaargangen 1972-1975 nog compleet bewaard. Deze week is daar na 35 jaar eindelijk de jaargang van 1970 bijgekomen. Nu nog op zoek naar de pepjes van ’71…
 

Indexen
De PEP-site van Piet Bakker
PEP-index 1962-1975 van Dik Winter
EPPO-index 1975-1985 van Dik Winter
EPPO-index 1975-1985 van Floris Wiesman
PEP-EPPO-Wham!-Wordt Vervolgd-Sjosji-Stripparazzi-Myx-Index van Martijn Moree

zeventiende eeuws jasje

Van 1996 tot 1999 onderzocht ik op mijn atelier zeventiende eeuwse schildertechnieken en kopieerde ik gretig een aantal zelfportretten van Rembrandt. Ook plaatste ik mijn eigen kop letterlijk op een zeventiende eeuws jasje. Photoshoppen met verf dus.

Een paar jaar later ontdekte ik via Google het werk van de Noorse schilder Odd Nerdrum. Behalve de aardappelneus tonen zijn zelfportretten sprekende gelijkenis met die van de Hollandse meester. Nerdrum heeft grondig Rembrandt’s techniek bestudeerd en overgenomen. Je zult ze zijn doeken dan ook wel bij de neus kunnen aanpakken.

Nerdrum lijkt 400 jaar te laat geboren en lijkt in dat opzicht op onze eigen Cornelis LeMaire. Maar Nerdrum is in zijn onderwerpen toch heel wat orgineler. Onderstaand werk getuigt daar zeker niet van, maar moet als een provocatie (tegenover de hedendaagse kunst) worden opgevat. De schilder beeldt zichzelf uit als profeet luisterend naar de naam King of Kitsch.

Odd Nerdrum
Zelfportret als profeet
The Norwegian artist Odd Nerdrum is one of the greatest painters of the century. Unfortunately, according to his detractors, the century in question is the seventeenth. Thus Nerdrum has emerged as one of the most controversial artists of our day. His admirers praise him for his superb Old Master technique, while his critics condemn him as hopelessly reactionary. His work calls into question all our customary narratives about art history, and especially the modernist dogma that the artist can be creative only by turning his back on the past.
 
Nerdrum has openly acknowledged his debt to the Old Masters. He uses heavy layers of paint to create chiaroscuro effects reminiscent of Caravaggio and Rembrandt, and he also continually recalls the achievement of the great Italian and Dutch painters in his ability to capture the texture of things on canvas — from shiny metals to rich fabrics. Above all, he knows how to convey every shade of human flesh. And yet the subject matter of Nerdrum’s works is usually enough to place him in the modern world. His dark palette seems to underwrite a disturbing vision of the end of civilization as we know it. For those who have not seen Nerdrum’s paintings, I try to describe them this way: imagine the result if Rembrandt had painted the sets of The Road Warrior.
 
Nerdrum’s career thus presents a challenge to the modernist establishment that still dominates the international art scene. He refuses to paint like a modernist, but thematically he seems to be responding to a crisis in the modern world; indeed he seems to be coming to grips with the spiritual state of modernity in a way far more profound than that pursued by most modernist painters. As a result, few contemporary painters have managed to enrage the modernist establishment as much as Nerdrum has. The artists, critics, and curators who comprise the modernist establishment somehow sense that if Nerdrum is right, then they must be wrong. By returning to the Old Masters, Nerdrum is violating what has come to be the fundamental convention of modernist art. Thumbing his nose at the whole art establishment, Nerdrum used the occasion of a series of exhibitions of his paintings from 1998 to 2000 in Norway to proclaim himself publicly the King of Kitsch.(…)
 
Bron: artcyclopedia.com

nerdrum.com

twee nijmeegse schilders

Rene stuurde mij een linkje naar galerie Magenta in Nijmegen om mij een paar schilderijen van Diederik Grootjans te laten zien: rauwgeschilderde Nijmeegse stadsgezichten. Net zoals de Fransen over de Haagse School zeggen (“Je moet niet allergisch voor koeien zijn”), zo kun je over het werk van Grootjans zeggen dat je veel auto’s, stoplichten en zebrapaden moet kunnen verdragen.

Diederik Grootjans
Stadsgezicht van Diederik Grootjans
De stadsgezichten die hij de laatste jaren maakt zijn voor hem dan ook vooral aantrekkelijk vanwege de mogelijkheden in vlakverdeling en niet zozeer omdat hij iets heeft met de locaties. Hij is vooral met het beeld bezig, met kijken naar wat er is en dat schilderen. Zijn stadsgezichten zijn ontstaan vanuit een opmerkelijk perspectief. Doordat hij recent zijn rijbewijs haalde, kreeg Grootjans een nieuwe kijk op zijn omgeving. Al rijdend zag hij door de voorruit en in de achteruitkijkspiegel van zijn auto de mooiste afbeeldingen. Dit perspectief is duidelijk terug te vinden in de composities van de schilderijen. Het zijn heel Hollands ogende beelden: regenachtige straten met veel autos in mooie blauwen en grijzen geschilderd. De stijl is te omschrijven als een slordig fotorealisme, dat er van een afstand heel vanzelfsprekend en realistisch uitziet, terwijl je van dichtbij ziet dat het verfvlekken zijn die de illusie oproepen van autos of van een fietser. Diederik Grootjans (Purmerend, 1960) studeerde gedurende een aantal jaren sociologie aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Als schilder is hij autodidact. Hij woont en werkt in Nijmegen.
 
Bron: galeriemagenta.nl

Naast het werk van Grootjans liep ik ook tegen de stillevens van Jos van Riswick aan. Vorige week presenteerde ik een lijst met ruim 100 hedendaagse Nederlandse stillevenschilders. Jos van Riswick zat daar ook tussen. Hij heeft een uitgebreide site , compleet met webcam.

Jos van Riswick
Stilleven van Jos van Riswick
Bij voorkeur beeld ik de voorwerpen in de stillevens op ware grootte of iets groter af dan ze in werkelijkheid zijn. Aspecten die me boeien in een schilderij zijn de ritmiek, de kleur, het licht en de structuur van de verfhuid. Ik probeer een realistisch stilleven schilderen maar een echte fijnschilder ben ik niet en mijn schilderijen vallen dan ook niet onder het foto-realisme. Het realisme probeer ik meer door middel van illusionistische truuks te bereiken. De penseelvoering speelt dan ook een grote rol.
 
Bron: josvanriswick.nl