Maandelijks archief: maart 2010

Sein zum Tode

Martin Heidegger over onze angst voor de dood
De fundamentele ervaring van de mens is de angst. De angst beangstigt zich niet zozeer voor andere zijnde, maar voor het dasein als zodanig, scherper uitgedrukt: voor de mogelijkheid van het eigen niet-zijn. De angst is de radicale ervaring waarin aan de mens het zijnde in het geheel ontglijdt: hij ontmoet zijn eigen dood. De dood komt het dasein niet van buiten tegemoet. Hij hoort erbij: dasein is er slechts als Sein zum Tode.
 
Uit deze ontmoeting met eigen dood als de absolute grens ontspringt de eigenlijke gewichtigheid en dringendheid van het dasein. Zouden wij beschikken over een oneindig lange tijd, dan zou er niets dringend, niets gewichtig, niets ‘werkelijk’ zijn. Gewoonlijk sluiten wij de ogen voor deze feitelijkheid. Wij vergeten dat we in het aangezicht van de dood ons voor ieder eigen, onverwisselbaar leven moeten verwerkelijken. Wij glijden af naar het oneigenlijke, het vrijblijvende, naar het ‘men’.
De angst is de radicale ervaring waarin aan de mens het zijnde
in het geheel ontglijdt:
hij ontmoet zijn eigen dood.
Sein zum Tode
Wij vergeten dat we in het aangezicht van de dood ons voor ieder eigen, onverwisselbaar leven moeten verwerkelijken. Wij glijden af naar het oneigenlijke, het vrijblijvende, naar het ‘men’.
Bezinning kan ons echter leren inzien dat de dood ons oproept tot het op ons nemen van onze eigen existentie; hij openbaart de onherroepelijkheid van onze beslissingen en roept ons tot het eigenlijke en eigen leven in vrijheid en verantwoordelijkheid voor onszelf.
Bron: Geschiedenis van de Filosofie door Hans Joachim Störig
Uitgeverij Het Spectrum 1985, deel twee, blz. 300

smakeloze stijlenbrij

eclecticisme – negentiende eeuwse neo-stijlen

victoriaanse meubelDe stijlperiode tussen ‘Biedermeier’ en vóór Berlage wordt in Nederland wel eens met De Lelijke Tijd aangeduid. Het is de periode van het historisme (1835-1895). Daarin worden historische stijlen zoals rococo of gotiek geïnterpreteerd en gecombineerd tot een uitbundige – typisch 19de eeuwse – stijl.

Om ‘de kaalslag’ van het modernisme na de Eerste Wereldoorlog te kunnen begrijpen, zou je je eigenlijk eerst moeten ‘opsluiten’ in de negentiende eeuw. De regeerperiode van koningin Victoria (1837-1901) viel samen met het historisme, vandaar dat we deze tijd meestal het Victoriaanse tijdperk noemen. Maar we zouden het ook het tijdperk van Franz Jozef kunnen noemen. Deze was van 1848 tot 1916 keizer van Oostenrijk-Hongarije. Je hoeft maar naar films van D.W.Griffith te kijken om te weten dat de gezwollenheid van de negentiende eeuw tijdens de Eerste Wereldoorlog nog steeds niet echt was doorgeprikt. Maar na 1920 ging het ineens hard: het Russische constructivisme, het Bauhaus en De Stijl sloegen met hun sloophamers de negentiende eeuwse bombast aan barrels. De moderne twintigste eeuw moest nuchter, strak en zakelijk zijn.

victoriaanse meubel

In de winter van 1995 was er in het Rijksmuseum de tentoonstelling De Lelijke Tijd te zien met kunstnijverheid uit de periode 1835-1895. Ik heb die helaas niet gezien, maar wanneer ik op Google Images zoek op “Victorian furniture” dan haal ik al die lelijkheid weer ruimschoots in. Een bezoek aan Huis Doorn volstaat ook. De laatste Duitse keizer staat immers bekend om zijn bedorven smaak. Ook de Franse keizer Napoleon III leed aan ‘stijl-boulimie’. Zo is de Opéra Garnier die onder Napoleon III gebouwd werd exemplarisch voor de neo-barok van het Tweede Keizerrijk. De neo-barok werd tot in de twintigste eeuw toegepast, van Duitsland (waar het de Wilhelminischer Stil genoemd werd met o.a. Reichstag, Bodemuseum, Berliner Dom) tot de Verenigde Staten (Philadelphia City Hall en Singer Building in New York).

Philadelphia City Hall
Philadelphia City Hall werd gebouwd tussen 1871 en 1901 in de neo-barok stijl. Van 1901 tot 1908 was de 167 meter hoge toren het hoogste bewoonbare bouwwerk ter wereld.
Singer Building in 1908
het Singer Building in New York met Mansarde dak in aanbouw, ca. 1908. Een jaar lang (tot 1909) was dit het hoogste gebouw ter wereld. Het was zowel van van buiten als van binnen in Second Empire Baroque. Maar in 1968 ging de potsierlijke 187 meter hoge wolkenkrabber onder de sloophamer. Het had zestig jaar bestaan…
de lelijke tijd catalogusDe Lelijke Tijd
Voor de negentiende-eeuwse objecten is lange tijd nauwelijks belangstelling geweest, waardoor zij opgeborgen bleven op zolders en in kelders en depots van de musea. In de vorige eeuw keek men graag naar stijlen uit het verleden en verwerkte daar elementen uit. De twintigste eeuw zette zich tegen dergelijke mengvormen af. Het museum spreekt over originele en verbazingwekkende meesterwerken, maar wil de bezoeker vooral in staat stellen een eigen oordeel te vormen. Meubelen en zilver staan centraal op de tentoonstelling, omdat Nederland juist op deze gebieden veel heeft ge presteerd. Keramiek werd veelal uit het buitenland geïmporteerd of naar Engels voorbeeld gekopieerd. De eerste neo-stijl die in de negentiende eeuw veel toepassing vond, was de neo-gothiek. Op de tentoonstelling zal onder meer een neo-gothische zilverkast van koning Willem II te zien zijn, evenals de troonzetel die hij bij zijn inhuldiging in 1840 gebruikte.
 
victoriaanse meubelOok zullen rijk versierde ‘tentoonstellingsstukken’ worden geëxposeerd die speciaal gemaakt werden voor nijverheids- en wereldtentoonstellingen. In de tweede helft van de negentiende eeuw was het scala van stijlen waaruit men putte enorm, zoals op de expositie moet blijken. Daarin wordt een belangrijke plaats ingeruimd voor Pierre Cuypers, de architect van het Rijksmuseum. Hij was niet alleen de bouwmeester bij de herbouw van kasteel De Haar bij Utrecht, en ontwerper van talloze gebouwen (kerken, stations, huizen) maar ontwierp ook de interieurs en de meubelen en ornamenten. Een selectie daarvan is in ‘De Lelijke tijd’ te zien.
 
Bron: trouw.nl
KMMA Tervuren
Ook in Belgiëen in Nederland werd aan het begin van de twintigste eeuw nog in historische stijlen gebouwd. Het Africamuseum in Tervuren van de Franse architect Charles Girault en het Vredespaleis in Den Haag van Louis M. Cordonnier ook een Franse architect, werden na 1900 gebouwd en resp. in 1910 en 1913 voltooid. Beide gebouwen staan er nog …

De Lelijke Tijd [ volkskrant.nl ] | eclecticisme [ nl.wikipedia.org ]

gekleurd grijs

Johannes Kneppelhout en Gerard Bilders Brieven en dagboek

Gekleurd GrijsJaren geleden schreef ik iets over de boekjes Schilders in Oosterbeek van Victorine Hefting, Kneppelhout en de Veluwse schildersbent van Else Maas en twee boekjes van Peter van der Kuil: Jan Kneppelhout en zijn tijdgenoten plus een wandelgids langs verschillende markante plekken in de schilderachtige omgeving van Oosterbeek, verschenen bij Uitgeverij Kontrast. Enige tijd geleden verscheen bij Uitgeverij Waanders het boek Gekleurd Grijs, waarin het dagboek van Gerard Bilders (zoon van de Oosterbeekse schilder W.G. Bilders) én een deel van zijn briefwisseling met de Oosterbeekse mecenas Johannes Kneppelhout is opgenomen. De inleiding is van Wiepke Loos.

Ik heb tegenwoordig allerlei avondgedachten en maak schilderijen met landschappen,
die en silhouette tegen
cadmium-luchten uitkomen

Gerard Bilders, dagboek, 26 mei 1862

Gerard BildersDe jonggestorven landschapschilder Gerard Bilders (1838-1865) wordt beschouwd als een van de voorlopers van de Haagse School. Naast een delicaat geschilderd oeuvre zijn er ook belangwekkende geschriften van zijn hand bewaard gebleven, die door de letterkundige Johannes Kneppelhout in een zeer gelimiteerde editie zijn uitgegeven.
 
Als schilder maakte Bilders zich omstreeks 1860 los van de Romantiek en zocht naar zijn eigen zeggen naar een toon, dien wij gekleurd grijs noemen. De lezenswaardige en ontroerende briefwisseling met Kneppelhout geeft inzicht in Bilders„ moeizame kunstenaarsbestaan, zijn worstelingen met zijn talenten en de slopende ziekte (tuberculose) waaraan hij op 26-jarige leeftijd bezweek. Een belangrijk deel van de correspondentie is gewijd aan de grote Europese literatuur, het negentiende-eeuwse kunstleven en Kneppelhouts opvoedingsidealen.
 
Deze integrale heruitgave van het zeldzame Dagboek en Brieven van A.G. Bilders – wel vergeleken met de brieven van Van Gogh – is rijk geïllustreerd met werk van Gerard Bilders, zijn voorgangers en tijdgenoten, en is voorzien van een uitgebreid notenapparaat.
 
Bron: waanders.nl
Kneppelhout
Jan Kneppelhout en zijn tijdgenoten
wandelgids Oosterbeek en omgeving
Aangetrokken tot de bijzondere schoonheid en sfeer die Oosterbeek en omgeving uitstralen, strijken hier in de 19de eeuw vele schilders, schrijvers, dichters, wetenschappers en andere vooraanstaanden neer. Onder hen is ook Jan Kneppelhout (1814-1885). Hij en zijn echtgenote, Ursula van Braam, maken hun huis de Hemelsche Berg tot een plek waar talenten en notabelen vooraanstaande samenkomen. Jan Kneppelhout en zijn tijdgenoten laat de lezer in een cultuurhistorische wandeling kennis maken met deze 19de-eeuwers en met een gebied dat ook nu nog vele pittoreske plekken kent. Het bevat unieke historische foto’s en afbeeldingen van kunstwerken en een aparte handzame gids die de wandelaar langs de rijke historie en het schitterende landschap van Oosterbeek voert.
192 pag. + wandelgids 32 pag. 250 illustraties, Full colour, form. 17×24 cm, gebonden met harde kaft ISBN: 978-90-78215-21-9 -€šÂ¬ 27,50
 
Bron: uitgeverijkontrast.nl
Kneppelhout gedenkteken
Op 17 september 1895 bood het dankbare Oosterbeek mevrouw Ursula Kneppelhout haar en “wijlen haren onvergetelijke Echtgenoot” een gedenkteken aan ter gelegenheid van haar 70ste verjaardag.

Gerard Bilders, brieven en dagboek [ dbnl.org ]
Johannes Kneppelhout [ dbnl.org ]

hedendaagse Nederlandse tekenaars [ 11 ]

Never a day without lines met o.a. Kinke Kooi
tot 21 maart in de KetelFactory in Schiedam
Kinke Kooi
Kinke Kooi Be Careful She’s a Nester
Never a day without lines
Een tentoonstellingreeks in drie edities met de tekening als uitgangspunt. Tekenen in de meest pure vorm en met de inhoudelijkheid die bij de autonome kunst thuishoort. De KetelFactory heeft vanuit dit idee beeldend kunstenaars uitgenodigd bij wie de tekening centraal staat binnen hun oeuvre. Van eind januari tot begin juli 2010 zullen binnen de drie edities, steeds verschillende beeldend kunstenaars hun tekeningen tonen.
 
De inhoud, „het verhaal„ wat de kunstenaar wil vertellen is bepalend voor de vorm waarin de tekening tot stand komt en het materiaal dat hiervoor gebruikt wordt. De tekening is binnen de beeldende kunst eigenlijk de meest „kwetsbare„ vorm die een kunstenaar kan gebruiken. Hij of zij kan zich niet verschuilen achter indrukwekkend en esthetisch materiaalgebruik. Die ene lijn moet vorm geven aan wat het hoofd bedenkt. De tekening die vanuit een gedachte of een innerlijke wereld bewust of onbewust groeit en vorm krijgt op een drager zoals papier,doek of wand.
 
Bron: deketelfactory.nl

deketelfactory.nl | kinkekooi.com | meer hedendaagse nederlandse tekenaars

God zit in de details

afgelopen zaterdag op Nederland 2 : De Troon

‘Niet doorvertellen hoor…’ zegt de kleine prinses Marianne (het kleine zusje van Guillot, de latere koning Willem II) wanneer ze Anna Paulovna voor het eerst ontmoet, de zuster van tsaar Alexander II met wie haar grote broer in 1816 trouwt, ‘…maar de kroon van mijn vader is eigenlijk van hout hoor!’ De tolk die Anna en Guillot dag en nacht begeleidt, vertaalt het maar niet…

huwelijkskroning uit De Troon
huwelijkskroning van Willem II en Anna Paulovna in Sint Petersburg volgens De Troon
De geestelijken hadden een mitra moeten dragen

Waar de waarheid wordt gesproken over de hoofdbedekking van koning Willem I, zo onjuist is De Troon over de hoofdbedekking van de Russische geestelijkheid. Regisseur Erik de Bruyn zal misschien gedacht hebben dat met het gedragen orthodoxe gezang, de wierookvaten en het visueel rijke kerkinterieur bij de meeste kijkers het beeld van de Russische Kerk wel compleet zal zijn. Maar God zit in de details. Tijdens de huwelijkskroning in De Troon zien we twee Russische geestelijken met bisschopsmijters op. Ook is er in het interieur van de kerk geen iconostase te bekennen. Voor de art director en de regisseur misschien onbelangrijke details. Of gewoon gebrek aan geld? Het budget voor De Troon bedroeg namelijk maar twee miljoen Euro.

huwelijkskroning uit The Deerhunter
huwelijkskroning uit The Deerhunter

Erik de Bruyn had wat mij betreft beter een voorbeeld kunnen nemen aan Michael Cimino. De regisseur van The Deer Hunter laat tijdens de plechtige huwelijkskroning in de Saint Sergius de Russische kathedraal van Cleveland de priester figureren zónder hoofdbedekking. Ook al heeft deze baardloze priester iets katholieks over zich, de iconostase maakt in ieder geval duidelijk dat je hier in een orthodoxe kerk bent.

De Troon [ avro.nl ]

en 24 heures très libéral

162 jaar geleden werd koning Willem II in 24 uur liberaal
vanavond op Nederland 2 om 20.15 De Troon

Willem IIIn de vierde aflevering van De Troon (niet vanavond maar over twee weken op 27 maart) gaat het o.a. over grondwetsherziening van 1848. Voor ons land is dat een erg belangrijke gebeurtenis geweest, omdat deze de basis heeft gelegd voor ons huidige stelsel van parlementaire democratie. Niet langer is de koning, maar zijn de ministers verantwoordelijk voor het beleid. De Tweede Kamer krijgt veel meer invloed en wordt bovendien rechtstreeks – weliswaar voorlopig nog door een beperkte groep kiezers – gekozen.

Vous voyez devant vous un homme, qui de très conservatif est devenu en 24 heures très libéral

koning Willem II

Met zijn koerswending verraste Willem II zijn omgeving. Hij kondigde zijn besluit geheel uit eigen beweging aan, met voorbijgaan van zijn ministersploeg. Tegenover de gezanten van de vier grote Europese mogendheden (Oostenrijk, Engeland, Pruisen en Rusland) verklaarde hij zijn daad enkele dagen later met de gevleugelde woorden, dat tegenover hen een man stond die binnen 24 uur van zeer conservatief tot zeer liberaal was geworden. Hij zei dit natuurlijk in het Frans, destijds de taal van het diplomatieke verkeer: ‘Vous voyez devant vous un homme, qui de très conservatif est devenu en 24 heures très libéral.’
 
Bron: volkskrant.nl

Waarom draaide Willem II op 13 maart 1848 ineens 180 graden? In februari was in Frankrijk de burgerkoning Louis Philippe afgezet en was de Tweede Republiek uitgeroepen. En een maand later brak in Pruisen de Maart Revolutie uit waarbij door het volk democratische en liberale hervormingen werden afgedwongen. De conservatieve Oranje koning zag zijn hoofd al onderaan de guillotine liggen. Willem II zou met zijn beperkte macht niet lang meer leven. Een jaar na zijn ‘bekering’ tot liberaal, overlijdt hij op 17 maart 1849.

ThorbeckeKort na de afkondiging van de Grondwetsherziening van 1840 doet Willem I afstand van de troon ten gunste van zijn oudste zoon, die vanaf 7 oktober 1840 als koning Willem II i gaat regeren. Het bewind van de nieuwe koning verschilt niet zo veel van dat van zijn vader. Ook Willem II heeft veel invloed op het bestuur en bemoeit zich met allerlei detailzaken. Bovendien is er net als onder het bewind van zijn vader veel kritiek op het financiële beleid. De koning houdt bovendien lange tijd iedere democratische hervorming tegen, en wenst zeker geen grotere invloed van de Tweede Kamer op het bestuur. Als echter begin 1848 in Duitsland en Frankrijk revoluties uitbreken, wijzigt hij (in één nacht) van standpunt. Buiten zijn ministers om vraagt hij de Tweede Kamervoorzitter om advies. Er wordt vervolgens een Grondwetscommissie ingesteld onder leiding van de liberaal Thorbecke. Die commissie komt met ingrijpende wijzigingen. De nieuwe Grondwet is de basis van ons huidige parlementaire stelsel. Op 17 maart 1849, vier maanden nadat de Grondwetsherziening tot stand is gekomen, overlijdt Willem II.
 
Bron: parlement.com
inhuldiging Willem II in 1840
de inhuldiging van Willem II in 1840
in de Nieuwe Kerk in Amsterdam
J.G.Kikkert over de inhuldiging Willem II in 1840: “Ouderen herinnerden zich de sobere plechtigheid, waarmee koning Willem I zijn waardigheid aanvaardde. Bovendien was er kritiek op de overdadigheid van de versieringen in de Nieuwe Kerk in Amsterdam, waar de plechtigheid plaatsvond. Immers: in diezelfde novembermaand van 1840 genoten 70.000 van de 225.000 Amsterdammers bijstand en dreigden van honger dood te gaan (Giele, 1968)
 
Bron: J.G.Kikkert, De drie Oranje koningen, Uitgeverij Aspekt, 2010

Vóór de grondwetsherziening van 1848 had de koning zoveel vrijheid dat hij als een autocraat met zijn bevolking om kon gaan. In de jaren veertig groeide overal in Europa de kritiek en brokkelde de Restauratie van 1815 verder af. Populair werd het ‘Onze Vader’ van de journalist Jan de Vos:

Onze Koning, die in ‘s-Gravenhage zijt!
Uw naam worde geëerbiedigd!
Uw Koninkrijk moge blijven bestaan!
Uw wil geschiede, zoowel aan het Hof als bij de burgerij!
Geef ons heden door wijze wetten,
dat wij tenminste ons dagelijks brood mogen verdienen.
En vergeef ons onze achterstallige belasting, gelijk ook wij wel moeten doen met hen, die het ons toekomende niet kunnen betalen!
Leid ons niet in verzoeking om U te haten,
maar verlos ons van eenige ministers…
Amen!

Jan de Vos, 1845

Het revolutiejaar 1848
De voornaamste oorzaak van het uitbreken van de revolutie was de wijdverbreide ontevredenheid over het reactionaire, absolutistische regeringssysteem in de Duitse staten sinds het Congres van Wenen (1815). Het symbool van dit systeem was de Oostenrijkse kanselier Klemens von Metternich, die (o.a. met de besluiten van Karlsbad) de persvrijheid beknotte en liberale en nationalistische bewegingen verbood en vervolgde. In economisch opzicht speelden de Industriële revolutie, de daarmee samenhangende verpaupering en de grote misoogsten van 1846 een rol. Een directe aanleiding voor de Maartrevolutie was de Februarirevolutie in Frankrijk, die een einde maakte aan de heerschappij van de burgerkoning Louis Philippe.
 
Bron: nl.wikipedia.org

de grondwetsherziening van 1848 | prorepublica.nl