In de winter van 1854/55 was de jonge Tolstoj (1828-1910) als artillerist ingekwartierd in Sebastopol, de Russische havenstad die van oktober 1854 tot september 1855 door de Engelsen en Fransen belegerd werd. Hier schreef hij zijn drie vertellingen onder de eenvoudige namen Sebastopol in december, Sebastopol in mei en Sebastopol in september. De drie verhalen verschenen in 1855 en 1856 in het literaire tijdschrift Sovremennik.
Ze maakten grote indruk. Net als de Engelse fotograaf Roger Fenton geeft Tolstoj een realistisch beeld van de strijd. Waar Fenton door de beperking van een lange sluitertijd met zijn camera niet kan doordringen, lukt het Tolstoj wel om ons een levendig beeld te geven van een stad die lijdt onder een langdurig beleg. Hij richt zich rechtstreeks tot de lezer met ‘stelt u eens voor’ en leidt de lezer vervolgens rond door de stad. Tolstoj neemt ons mee op een virtuele wandeling door Sebastopol in de winter, het voorjaar en in de nazomer.
Destijds was Tolstoj 26 jaar. Hij was nog niet de titaan van Oorlog en Vrede en Anna Karenina. Maar zijn vertellingen uit Sebastopol waren een sensatie. Niet alleen door de weergave van de gruwelijke werkelijkheid, maar ook door zijn realistische verslaggeving en compassie met de lijdende mens.