vaderlandsliefde [ 1 ]

begonnen aan het hoorcollege van Joep Leerssen
over nationalisme en nationaal gevoel

VaderlandsliefdeJoep Leerssen, hoogleraar Moderne Europese Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam won in 2008 de Spinozapremie voor zijn vernieuwende bijdragen aan de Europese Studies, cultuurnationalisme en de ‘imagologie’. Uit datzelfde jaar dateert zijn hoorcollege over nationalisme en nationaal gevoel in Europa, dat verscheen bij NRC Academie. Het duurt acht uur en bestaat uit 24 hoofdstukken.

In de inleiding maakt Leerssen onderscheid tussen nationalisme en nationaal gevoel. Nationalisme is een ideologie die vooral vorm kreeg in de negentiende eeuw en dat in een politiek programma gegoten kan worden. Nationaal gevoel is een sentiment. Het ene gaat meestal top down het andere bottom up. Waar ze elkaar ontmoeten kan een giftige reactie ontstaan. Na 1945 dachten we het nationalisme in Europa achter ons gelaten te hebben, maar in de jaren negentig borrelde het in het voormalige Yoegoslavië weer op. Sinds het begin van de 21e eeuw staat nationalisme weer op de politieke agenda en is het een telkens terugkerend onderwerp van debat.

Joep Leerssen waor d’r väörzitter van de Erkenningscommissie va Veldeke die d’r väör gezörgd haat dat ‘t Limburgs erkaant waoërd binne de kaders van ‘t Europees Haandvest vör regionaal tale en tale van minderhede.

uit: li.wikipedia.org in ‘t Norbiks

Vaderlandsliefde
hoorcollege over nationalisme en nationaal gevoel in Europa
 
1. Inleiding: volk en vrijheid
2. Nationalisme: één natie per staat, één staat per natie
3. Grenzen tussen samenlevingen, verschillen tussen culturen
4. Middeleeuwse rijken en hun gebieden
5. De koningsmacht als centraliserend element
6. Van rijk naar staat: Lodewijk XIV en de grenzen van Frankrijk
7. De staat als contract: de ontwikkeling van het…
8. De burgerij als “natie” en de Franse Revolutie
9. Weg met de tradities? Verzet tegen de eenheidsmoderniteit
10. Voorgeschiedenis: karakter, volksaard en cultuur
11. Herder en de cultivering van de eigen nationaliteit
12. Fichte: de natie als historisch continu feit en moreel imperatief
13. Volkssoevereiniteit en centralisme
14. De staat en zijn cultuurpolitiek
15. “Eenheid, recht en vrijheid”: Duitsland en Italië
16. Nationalisme als separatisme
17. Etnicisme: taal en taalgebied, natie en staatsgrenzen
18. Irredentisme: Italië en Griekenland
19. Rassendenken en de invloed van Gobineau
20. Degeneratie, regeneratie
21. Een sterke man voor een sterk volk: eugenetica en totalitarisme
22. Renan en de natie als solidariteitsgemeenschap
23. De staat aan banden: van Volkenbond tot Europese Unie
24 “Identity politics” en de natiestaat