Goethe en de islam [ 3 ]

Was Goethe a muslim? (1995) door Shaykh ‘Abdalqadir Al-Murabit
gedichten uit West-östlicher Divan (1819)

[vervolg van deel 1 en deel 2]
Twintig jaar geleden verscheen onder de titel Was Goethe a Muslim? een artikel van de soefi Shaykh ‘Abdalqadir Al-Murabit. In datzelfde jaar werd Goethe door de plaatselijke moslimgemeenschap van Weimar aangenomen als moslim. Wat is hier precies aan de hand?

West-östlicher Divan
de kop van het Buch Suleika in een uitgave uit 1882

Toen de West-östlicher Divan in 1819 gepubliceerd werd, ontbrak er een gedicht dat later wel in deze bundel werd opgenomen. Het is een gedicht uit het Buch Suleika met de titel Süßes Kind, die Perlenreihen. Goethe schreef dit gedicht, zoals veel andere gedichten in deze bundel, voor Marianne von Willemer op wie hij verliefd geworden was. Hij spreekt haar aan op het kruisje dat zij om haar hals droeg. Goethe was geen liefhebber van het kruis. Hij vond het een martelinstrument en niet esthetisch. Begrijpelijk, maar het teken van het kruis is ook niet bedoeld als kunstwerk dat we mooi moeten vinden maar is een levenschenkend symbool. Dat laatste was het voor Goethe in ieder geval niet. Hij vond het kruis gewoon niet mooi en moest er daarom niets van hebben. Dat blijkt duidelijk uit het gedicht Süßes Kind, die Perlenreihen. Hieronder een fragment. Let op de laatste regel:

Jesus fühlte rein und dachte
Nur den Einen Gott im stillen;
Wer ihn selbst zum Gotte machte
Kränkte seinen heil’gen Willen.
 
Und so muss das Rechte scheinen,
Was auch Mahomet gelungen;
Nur durch den Begriff des Einen
Hat er alle Welt bezwungen.
 
(…)
 
Isis’ Horn, Anubis’ Rachen
Boten sie dem Judenstolze,
Mir willst du zum Gotte machen
Solch ein Jammerbild am Holze!

Sulpiz BoisseréeToen zijn katholieke vriend Sulpiz Boisserée (1783-1854) het gedicht las, ontraadde hij Goethe het te publiceren. Misschien was hij geschokt door het godslasterlijke. Maar misschien was het eerder praktisch en wilde hij voorkomen dat Goethe met dit gedicht in de problemen zou komen. Het jaar waarin de West-östlicher Divan gepubliceerd werd, was ook het jaar van de Besluiten van Karlsbad. Voortaan werden Duitse kunstenaars in de gaten gehouden. Als er iets in hun werk was dat de nationalisten in de kaart zou spelen, dan werd dat geschrapt en soms werd het hele werk verboden. De Restauratie herstelde niet alleen het koningschap maar ook het katholicisme. Iemand die het christelijk geloof aanviel, stond gelijk onder de verdenking dat hij ook tegen het koningschap was. Dit zou wel eens de werkelijke reden geweest kunnen zijn waarom Goethe het gedicht Süßes Kind, die Perlenreihen in de uitgave van 1819 niet liet opnemen.

Later werd het blasfemische gedicht van Goethe wél in de Divan opgenomen. Volgens Shaykh ‘Abdalqadir Al-Murabit toont vooral dit gedicht aan dat Goethe zich van het christendom had afgekeerd en zich had toegewend tot de islam. Een ander gedicht dat zou aantonen dat Goethe into islam was, komt uit Hikmet Nameh, het boek der spreuken:

Närrisch, daß jeder in seinem Falle
Seine besondere Meinung preist!
Wenn Islam Gott ergeben heißt,
In Islam leben und sterben wir alle.

Islam betekende voor Goethe overgave aan het grote wezen dat zich overal in de natuur manifesteert, maar zich verbergt en nooit in één bepaalde godsdienst ten volle openbaart. Zijn standpunt was dus helemaal in strijd met de islam, die juist leert dat de Koran de hoogste openbaring die God de mens gegeven heeft en dat Mohammed de grootste profeet is. Goethe verzette zich daar juist tegen, zoals hij zich ook verzette tegen de waarheidsclaim van het christendom. De wijze waarop hij religie beleefde, lijkt veel op de wijze waarop de nieuwetijdse spiritualiteit (New Age) religie beleeft: dogma’s worden beschouwd als de vijand van de persoonlijke ervaring. Het draait dus om de menselijke ervaring en niet om één specifieke goddelijke openbaring.

West-östlicher Divan 1819
titelblad van de eerste uitgave van de West-östlicher Divan uit 1819 in het arabisch
Het artikel dat Al-Murabit op eigen titel geschreven heeft, is dus de individuele actie van een vrijzinnige moslim die Goethe’s enthousiasme voor de Perzische poëzie in combinatie met zijn dichterlijke vrijheden interpreteert als een knieval voor de islam.

Dat iemand als Shaykh ‘Abdalqadir Al-Murabit een stuk schrijft waarin hij Goethe een moslim noemt, is voor mij wel te verklaren. Al-Murabit is namelijk een soefi. Het soefisme is een mystieke beweging binnen de islam die veel opener staat voor de persoonlijke ervaring dan de soenna, de traditionele islam. Het soefisme kent dezelfde houding die Goethe had en die we ook in New Age aantreffen: de nadruk wordt meer gelegd op het goddelijke dan op de Godheid die transcendent moet blijven. Als Al-Murabit de Duitse titaan als moslim adopteert, is dit dus de individuele actie van een vrijzinnige moslim die Goethe’s enthousiasme voor de Perzische poëzie in combinatie met zijn dichterlijke vrijheden interpreteert als een knieval voor de islam.

Was Goethe a muslim?