Jihadisme en la Grande Terreur

In zijn dankwoord na de uitreiking van de Frank-Schirrmacher-Preis in Berlijn
diagnosticeerde Michel Houellebecq de toestand van Europa

OnderworpenDeze week ontving Michel Houellebecq in Berlijn de Frank-Schirrmacher-Preis en ik las de rede die hij afgelopen maandagavond in Berlijn uitsprak. Hiermee bevestigde hij het beeld dat ik over hem gevormd heb, vooral in de passage waarin zijn visie op prostitutie en het huwelijk naar voren komt. Europa zou volgens Houellebecq zelfmoord plegen als het de prostitutie zou afschaffen. Zijn argument (zonder prostitutie wordt het huwelijk onmogelijk) lijkt vanuit de Franse traditie van de institutionalisering van de huwelijkse ontrouw misschien te kloppen, maar is natuurlijk grote onzin. “Als de prostitutie wordt afgeschaft, verdwijnt het huwelijk en het gezin en wordt vervolgens de hele maatschappij ontwricht”, zo spreekt de onheilsprofeet Houellebecq.

Wat mij wél aanspreekt in zijn Berlijnse rede, is de parallel die hij trekt tussen Islamitische Staat en de Franse Revolutie. De afgelopen maanden las ik Burgers, de omvangrijke studie die Simon Schama in 1988 maakte van de Franse Revolutie. Tijdens het lezen over de Terreur, het schrikbewind van Robespierre, moest ik telkens denken aan IS want er zijn opvallende parallellen.

In de eerste plaats de religie. Het wordt nog wel eens vergeten dat het schrikbewind van Robespierre niet atheïstisch was, maar religieus. Net als de beeldenstormers van IS waren er ook revolutionairen die beelden kapot sloegen en kerken ontheiligden. Dit gebeurde vanuit een haat tegen het christendom en liefde voor de eigen politieke religie.

Daarmee is ook een tweede parallel benoemd: de politiek. Het revolutionaire Frankrijk was net als Islamitische Staat door en door politiek. De politiek en de religie hebben hetzelfde doel: de verspreiding van de politieke religie, het vernietigen van de vijand en het stichten van de heilstaat op aarde. De revolutie moest geëxporteerd worden (vonden met name de Girondijnen) en heel Europa moest worden aangestoken met het revolutionaire vuur. De revolutie en het islamitisch kalifaat maken aanspraak op universele geldigheid en heerschappij.

Terreur is niets anders dan snelle, strenge en onwrikbare gerechtigheid.

Maximilien de Robespierre

De derde duidelijk parallel is de terreur. Het doel (de wereldrevolutie, het kalifaat) heiligt de middelen. En het machtsmiddel wordt uiteindelijk de terreur. Als het niet goedschiks kan, dan maar kwaadschiks. Waarschijnlijk heeft niemand het ooit leugenachtiger geformuleerd dan Robespierre, de aartsvader van alle dictators: “Terreur is niets anders dan snelle, strenge en onwrikbare gerechtigheid.”

Maximilien de Robespierre op 17 pluviôse an II – 5 februari 1794
 
Si le ressort du gouvernement populaire dans la paix est la vertu, le ressort du gouvernement populaire en révolution est à la fois la vertu et la terreur : la vertu, sans laquelle la terreur est funeste ; la terreur, sans laquelle la vertu est impuissante. La terreur n’est autre chose que la justice prompte, sévère, inflexible ; elle est donc une émanation de la vertu ; elle est moins un principe particulier, qu’une conséquence du principe général de la démocratie, appliqué aux plus pressants besoins de la patrie.
 
Als de drijvende kracht achter een democratische regering in vredestijd de deugd is, is het tijdens de revolutie zowel de deugd als terreur; deugd zonder welke terreur dodelijk is; terreur zonder welke deugd machteloos is. Terreur is niets anders dan snelle, strenge en onwrikbare gerechtigheid. De terreur komt daarom voort uit de deugd en is het resultaat van de toepassing van het beginsel van de democratie voor de dringende noden van het land.

Marie Antoinette
het hoofd van Marie Antoinette nagemaakt door Mme Tussaud [ credits: gallica.bnf.fr]
Michel Houellebecq in zijn Berlijnse rede – 26 september 2016
 
An dieser Stelle bin ich versucht, sehr weit auszuholen, weil ich gerade Lamartines L’Histoire des Girondins lese, die recht eigentlich eine Geschichte der Französischen Revolution ist. Zuallererst verwundert einen in diesem Buch der Glaube, der die französischen Revolutionäre beseelt, ein Glaube, der sie unsinnige Akte des Heldentums hat vollführen lassen und der es ihnen erlaubt hat, das verbündete Europa militärisch zu besiegen, während im Land selber mehrere Bürgerkriege tobten. Haben wir heute, wir anderen liberalen Demokraten zu Beginn des 21. Jahrhunderts, denselben republikanischen Glauben?
 
Die Frage zu stellen, heisst, sie schon zu beantworten.
 
Allerdings erstaunt auch die monströse Grausamkeit der französischen Revolutionäre. Man kann verstehen, wenn Joseph de Maistre die Französische Revolution als eine vollständig satanische Veranstaltung ansieht. Alle vier oder fünf Seiten bei Lamartine werden auf Lanzen aufgespiesste abgeschlagene Köpfe herumgetragen. Und ohne Unterbrechung diese abscheulichen Geschichten. Da gibt es die berühmteste, jene der Prinzessin von Lamballe, deren Vulva an ihrem Leichnam zerschnitten wurde – von einem Aufrührer, der sich einen falschen Bart daraus machte.
 
Bron: nzz.ch

Een vierde parallel is de retoriek van de leider. Net als de eerste man van het Jakobijnse schrikbewind Maximilien de Robespierre, is Abu Bakr al-Baghdadi de man achter het schrikbewind van de Islamitische Staat, een fanaticus en een puritein. Het zijn geen dictators als Sadam, Khadaffi of Ceaucescu. Ze bouwen geen paleizen en zwelgen niet in overdaad, maar leven eerder als asceten. Dat maakt het des te griezeliger. Want ze lijken al onthecht en vragen van hun volgelingen ook om zich te onthechten en zich op te offeren voor het hogere doel. In hun retoriek maken ze gebruik van hyperbolen, refereren telkens aan het hogere doel, aan het offer en het heldendom/martelaarschap.

En scellant notre ouvrage de notre sang, nous puissions voir au moins briller l’aurore de la félicité universelle.(Robespierre)
 
Door onze werken met bloed te verzegelen, kunnen we tenminste de dageraad zien schijnen van de universele gelukzaligheid.

Houellebecq heeft een punt. De gruwelijkheden ten tijde van de Franse Revolutie, met als dieptepunt de Septembermoorden, de burgeroorlog in de Vendée en het schrikbewind van Robespierre, doen niet onder voor die van Islamitische Staat.

Blijkbaar kan de Verlichting ook leiden tot bezetenheid. De Franse Revolutie kunnen we zien als de politieke consequentie van de Verlichting, die ontspoorde door een giftig mengsel van rigide rationalisme en blinde volkswoede. In naam van de Rede, Deugd en Allah gebeuren de meest verschrikkelijke dingen. En dan, merkt Houellebecq op, komt er ook “zomaar” weer een eind aan:

Michel Houellebecq in zijn Berlijnse rede – 26 september 2016
 
Und dann, mit einem Schlag, hört das auf. Warum hat die Französische Revolution ein Ende genommen? Warum wurden die Menschen mit einem Schlag dieser Blutorgie überdrüssig? Darüber wissen wir nichts. Mit einem Mal, ohne ersichtlichen Grund, liessen die Menschen davon ab, und die Gier nach Blut verschwand. Und vielleicht ist es einfach so, ohne wirklichen Grund, auf konfuse Weise und wenig spektakulär, dass der Islamische Staat enden wird.
 
Bron: nzz.ch

De laatste vijftien jaar is er veel geschreven over de Verlichting als remedie tegen de fundamentalistische islam. Net als het christendom zou de islam “door de Verlichting” moeten gaan. Vanuit de parallellen tussen de Franse Revolutie en Islamitische Staat, zou je kunnen opperen dat de islam “door de Verlichting” gaat, maar spiegelbeeldig aan het christendom. IS heeft een schrikbewind ingesteld en vervolgt, zoals de ultra-Jakobijnen vervolgden. De islam wordt niet vervolgd, zoals het christendom tijdens de Franse Revolutie. Maar ze gaat wel door een “verlichting” heen, die deugd en terreur koppelt. Onthoofden wordt zo een heilige opdracht.

Tod als Rettung vor dem Tod [ zeit.de ]