“De herinnering is een hond die gaat liggen waar hij wil”, schreef Cees Nooteboom. Dat is waar. Het geldt niet alleen voor de herinnering, maar voor het hele leven. Anders zou ik bij de klank “Nicosia” nooit de snik van de Zangeres zonder Naam horen. Alsjeblieft! Maar in 1972, toen “Mandolinen zongen zacht in Nicosia” op de radio klonk, was ik negen en omdat ik nog nooit van “Nicosia” had gehoord, zat de smartlap er vanaf dat moment aan vastgeniet.
Twee jaar later leerde ik dat Nicosia op Cyprus lag en dat daar vreselijke dingen gebeurden. Het was ook voor het eerst in mijn leven dat ik een orthodoxe (aarts)bisschop zag en alle Griekse geestelijken waren vanaf dat moment “Makariossen” voor mij. Met dank aan de hond die gaat liggen waar-ie wil.
Telkens probeer ik afstand te nemen van de willekeur van de structuur van mijn geheugen, van mijn hoogstpersoonlijke wereldbeeld, en op zoek te gaan naar objectiviteit. Het werkelijke Nicosia dat onafhankelijk van mij bestaat, moet in Nicosia te vinden zijn! Maar zodra ik er kennis van neem, komt de hond weer tevoorschijn en heeft zich alweer neergelegd. Ik lees op wikipedia dat de Byzantijnen, kruisvaarders en tempeliers over Nicosia heersten, voordat de Venetianen in 1489 het eiland in bezit namen. In mijn willekeurige geheugen worden onmiddellijk andere punten met elkaar verbonden. Zouden er tijdens de Derde Kruistocht ook al mandolinen in Nicosia hebben geklonken?