beeld en verbeelding

de vlekkentechniek van Alexander Cozens (1717-1786)

Alexander Cozens was een landschapsschilder van Russische afkomst die in Engeland bekend werd met A New Method of Assisting the Invention in Drawing Original Compositions of Landscape (1786). In dit handboek voor landschapsschilders zette hij zijn zgn. ‘vlekkentechniek’ uiteen. Hij baseerde zich daarbij op een uitspraak van Leonardo da Vinci die er 250 jaar eerder al op gewezen had hoe belangrijk het voor een schilder is om verweerde plekken op oude muren te observeren. Dat zou een stimulerende werking op de verbeelding die in deze vlekken heel iets anders kon waarnemen.

Bij deze muren doet zich
hetzelfde als bij klokken voor:
in hun kleppen zult ge
alle mogelijke woorden horen

Leonardo da Vinci

In de twintigste eeuwse kunst zou Max Ernst deze techniek die in het Frans frottage wordt genoemd, gebruiken voor zijn surrealistische landschappen. In de psychologie ontwikkelde Hermann Rohrschah in 1921 de naar hem vernoemde test vanuit het fenomeen waar Leonardo da Vinci al op wees: beelden ontstaan in ons hoofd, aan- en ingevuld door de verbeelding. Zo werkt ook de schilderkunstige illusie die onze waarneming letterlijk verruimt: het oog breekt het platte vlak open en dringt door in een imaginaire ruimte. De illusie wordt werkelijkheid.

Cozens
Alexander Cozens vlekkenlandschap
Cozens’s famous ‘blot’ technique was fully evolved by the 1750s. However he did not explain it in detail until the publication of ‘A New Method of Assisting the Invention in Drawing Original Compositions of Landscape’(1786). The idea seems to have originally been developed by him as a teaching aid, to liberate the imagination of the student who, he felt, spent too much time in copying the works of others. He wrote that the blot was a ‘production of chance, with a small degree of design’. The true blot was ‘an assemblage of accidental shapes’, ‘forms without lines from which ideas are presented to the mind’. Blotting was done deliberately, the ‘rude forms’ which result having been made ‘at will’.
 
Bron: tate.org.uk
Cozens
Alexander Cozens
Landschappelijke compositie, ca. 1770-80
Alexander Cozens (1717-86) described his ‘blot’ method for making ideal landscape drawings, in his book A New Method of assisting the Invention in Drawing Original Compositions of Landscape. This was published shortly before his death. The idea came to him when he was drawing master at Eton College. He found that accidental stains on a piece of paper stimulated the imaginations of his pupils. He had a large and loyal group of amateur followers, including two of the sons of George III (reigned 1760-1820) and his own son, John Robert Cozens.
 
According to Cozens, the ideal landscape drawing was made as instinctively as possible. The artist was to control his hand only in accordance with some ‘general idea’ which he should first have in his head. This done, the accidental shapes of the washes would suggest natural features to the artist. He could then elaborate or paint over them for the highly imaginative more finished drawing. The artist had thus ‘invented’ the compositions rather than drawn actual places.
 
Many of Cozens’s drawings are impressive for his use of chiaroscuro (light and shade). Their intensity suggests the power and mystery of nature: his landscapes, nearly always devoid of figures, were designed to provoke specific personal responses in the viewer, including feelings of awe, surprise, melancholy and delight.
 
Bron: britishmuseum.org
Cozens
Alexander Cozens
Before the storm, 1770

“Kijk naar een muur die vol vochtplekken zit, of naar stenen die onregelmatig van kleur zijn. Indien ge een achtergrond zoekt, zult ge hierin goddelijke landschappen zien, bezaaid met bergen, bouwvallen, rotsen, bossen, grote vlakten, heuvels en valleien in grote verscheidenheid; dan weer ziet ge er hele veldslagen in en vreemde figuren in hevige actie, gelaatsuitdrukkingen en kleren en een oneindigheid van dingen waarvan ge de volledige en eigen vorm zult kunnen herkennen. Bij deze muren doet zich hetzelfde als bij klokken voor: in hun kleppen zult ge alle mogelijke woorden horen.”
Leonardo da Vinci

Alexander Cozens [ digischool.nl ]