Film Noirs op YouTube [ 16 ]

gezien op YouTube: Los Angeles – Capitol of Film Noir
een documentaire van Clara en Julia Kuperberg

Los Angeles - Capitol of Film NoirOp YouTube staan honderden film noirs uit het public domain die integraal bekeken kunnen worden. Daarnaast is YouTube voor de “noir fan” een schatkamer vol trailers en documentaires over film noir. Afgelopen week keek ik eens niet naar een film maar naar een documentaire. Volgens kenners is LA Plays itself (2003) van Thom Andersen het beste zelfportret dat er ooit van Los Angeles gemaakt is. Deze documentaire gaat over de stad Los Angeles als filmdecor en zelfs als “personage”.

De documentaire Los Angeles – Capitol of Film Noir (2015) van Clara en Julia Kuperberg beperkt zich, zoals de titel al aangeeft tot film noir, in het bijzonder tot de klassieke periode (1946-1958). Er worden drie noir-specialisten geïnterviewd: misdaadauteur James Ellroy, Eddie Muller auteur van boeken over film noir en host van Noir Alley en regisseur, producent en filmcriticus Alain Silver.

De documentaire begint met de voice over van James Ellroy. Hij spreekt kort en krachtig in dezelfde stijl als waarin hij zijn thrillers schrijft: “Geography is destiny.” Zijn ouders zetten hem in 1948 op de wereld in het epicentrum van film noir Bovendien was het middenin in de klassieke periode van het genre. LA en film noir zijn versmolten met zijn jeugd en dus met James Ellroy. Hij noemt zichzelf geen noir-auteur maar kent het genre door en door. Hij somt de voornaamste kenmerken op: seksuele obsessie, corruptie, extreme ambities en immoraliteit. Film noir is daarmee de flip side van de zonnige American Dream.

Dat Los Angeles de hoofdstad van film noir werd, kwam in de eerste plaats doordat het vlakbij Hollywood lag. Het was dus een goedkope filmlocatie. Maar er speelde nog iets anders: Los Angeles was in tegenstelling tot New York een zonnige stad met veel open ruimten. Dat bood een sterk contrast met de donkere zijde van de stad, de dark streets. Bovendien bestond er in Los Angeles tijdens de Grote Depressie veel corruptie en misdaad. De stad bleek dus helemaal niet zo zonnig als deze in eerste instantie leek.

LA_Noir_stills
beelden van Los Angeles uit de films (met de klok mee): Double Indemnity (1944), D.O.A. (1949), He walked by night (1949) en Criss Cross (1949)

Eddie Muller legt uit dat Los Angeles tijdens de Tweede Wereldoorlog een morele plicht had te vervullen. De stad was daar tot augustus 1945 helemaal op gericht. Na de Amerikaanse overwinning kwam er voor de Amerikanen weer de ruimte om zich met zichzelf bezig te houden. Wie waren zij zelf? Dit zelfonderzoek leidde hen in de duistere krochten die in de jaren dertig tijdens de Grote Depressie al enigszins waren verkend.

De Amerikaanse film noir had zijn oorsprong in de hard-boiled, een genre dat o.a. beoefend werd door Dashiel Hammett, Raymond Chandler en James M. Cain. Dit drietal leverde de scenario’s van vier oer-noirs die grote invloed zouden hebben op de ontwikkeling van de film noir tijdens de klassieke periode: The Maltese Falcon (1941), Double Indemnity (1944), The Big Sleep (1946) en The Postman always rings twice (1946).

Humphrey Bogart speelde zowel Sam Spade (een karakter van Hammett) als Philip Marlowe (een karakter van Chandler). Philip Marlowe was overigens geïnspireerd op Sam Spade. Beide personage werden resp. geïntroduceerd in 1930 (in The Maltese Falcon) en in 1934 (in Finger Man).

Volgens Edddie Muller begon de film noir in LA in 1944 met Double Indemnity van Billy Wilder. Double Indemnity is de blauwdruk van film noir. In deze film zitten alle ingrediënten die het genre definiëren, zowel naar inhoud als filmstijl. Wilder en zijn vaste cameraman John F. Seitz ontleenden in hun filmtaal rechtstreeks aan de Duitse expressionistische film. Film noir was door zijn Franse en Duitse roots eerder een Europees dan een Amerikaanse genre, maar groeide door zijn Amerikaanse setting desondanks uit tot een typisch Amerikaans fenomeen.

Top 10 LA Film Noirs van Eddie Muller
 
1. Double Indemnity 1944
2. He walked by Night 1949
3. Criss Crosss 1949
4. In a lonely place 1950
5. Sunset Boulevard 1950
6. Cry danger 1951
7. The Prowler 1951
8. Kiss me deadly 1955
9. Chinatown 1974
10. L.A. Confidential 1997
 
Bron: eddiemuller.com

Bijna alle film noirs werden gefilmd in Downtown LA. Daar staat ook City Hall, een soort fallus in art deco en een landmark van Los Angeles. Het speelt in veel film noirs een belangrijke rol, met name als establishing shot. In D.O.A. is het prominent aanwezig. Op de zesde verdieping was in die tijd het kantoor van de recherche, waar de hoofdpersoon een moord komt melden (“Who was murdered?”, “I was.”) en vervolgens dood neervalt en het dossier gesloten wordt met het stempel D.O.A. (Dead On Arrival).

city hall LA
Los Angeles City Hall (1928)

Film noir locations in Los Angeles [discoverlosangeles.com]

film noirs op YouTube [ 15 ]

gezien op Cult Cinema Classics: Kansas City Confidential (1952)

Eigenlijk hou ik helemaal niet van misdaadfilms maar voor film noir heb ik een groot zwak. De zwartwit-cinematografie, belichting en het tijdsbeeld zuigen me altijd weer een nieuwe noir binnen. In het public domain staan honderden films waarvan het copyright om verschillende redenen niet verlengd is en die dus legaal via het internet getoond mogen worden, zoals op het YouTube-kanaal Cult Cinema Classics. Deze keer: Kansas City Confidential van Phil Karlson. Cinematografie van George E. Diskant.

Kansas City ConfidentialDeze film uit 1952 werd in Nederland uitgebracht onder de titel De vierde man, niet te verwarren met de gelijknamige film van Paul Verhoeven uit 1983. Ik keek vooral voor het verhaal en minder voor visuele bijzonderheden, al zijn die er weer genoeg.

In de vorige aflevering in deze reeks schreef ik iets over de modellen van Amerikaanse auto’s. Films van rond 1950 zijn interessant omdat we in het Amerikaanse wagenpark een verschuiving zien naar het zgn. pontoncarrosserie dat in 1948 geïntroduceerd werd met de Ford Custom 1949. Omdat er nogal wat politieauto’s in deze film te zien zijn (het begint immers met een roofoverval op een bank) en de Ford gebruikt werd als dienstauto, zien we hier de ouderwetse Ford Super deLuxe en de moderne Ford Custom naast elkaar.

Ford Custom
Op deze still uit Kansas City Confidential zien we een politieauto oude stijl (op de achtergrond de Ford Super deLuxe uit de jaren ’40) en nieuwe stijl (op de voorgrond een Ford Custom met pontoncarrosserie uit 1951.)

Andere visuele informatie buiten de verhaallijn zien we in het establishing shot. De film begint in Kansas City, dat overigens niet in Kansas ligt maar in Missouri. We zien de skyline van Kansas City en op de voorgrond het Union Station. Dit station, dat dit jaar precies honderd jaar geleden gebouwd werd, was toen nog volop in bedrijf. Maar in de jaren vijftig begon door de razendsnelle opmars van de auto de neergang van de Amerikaanse spoorwegen. In 1985 werd het station definitief gesloten nadat het al jaren niet meer gebruikt werd. Sinds 1999 huisvest het gebouw het wetenschapsmuseum Science City.

kansas city 1952
In de openingsshot zien we het Kansas City Union Station en de skyline van Kansas City. Onder hetzelfde beeld maar dan zeventig jaar later.
John Payne en Colleen Gray
John Payne en Colleen Gray spelen de hoofdrollen. Tijdens de opnamen hadden ze een affaire die daarna nog een poosje duurde.

Kansas City Confidential op YouTube

Film Noirs op YouTube [ 14 ]

gezien op Cult Cinema Classics: Too late for tears (1949)

Eigenlijk hou ik helemaal niet van misdaadfilms maar voor film noir heb ik een groot zwak. De zwartwit-cinematografie, belichting en het tijdsbeeld zuigen me altijd weer een nieuwe noir binnen. In het public domain staan honderden films waarvan het copyright om verschillende redenen niet verlengd is en die dus legaal via het internet getoond mogen worden, zoals op het YouTube-kanaal Cult Cinema Classics. Deze keer: Too late for tears van Byron Haskin. Cinematografie van William C. Mellor.

too late for tears 1949Too late for tears (1949) begint op een donkere weg in de Hollywood Hills en deed me een beetje denken aan het begin van de neo noir Mulholland Drive (2001). Het echtpaar Jane en Alan Palmer krijgt per vergissing een koffer met zestigduizend dollar in hun cabriolet gesmeten. Daarmee begint het verhaal over hebzucht en misdaad met een femme fatale in de hoofdrol, gespeeld door Lizabeth Scott. De film draaide in de Nederlandse bioscopen onder de naam De tijgerin. De manlijke hoofdrollen worden gespeeld door Don DeFore en Dan Duryea, de laatste ook bekend van de film noirs The woman in the window (1945) en Scarlett street (1946), eerder op deze website besproken.

Deze film heb ik vooral gekeken om de auto’s. Achteraf heb ik de modellen gespot met de Internet Movie Car Data Base [imcdb.org]. In 1949 telde de Verenigde Staten ruim 148 miljoen inwoners en reden er al ruim 49 miljoen auto’s rond, meer dan waar ook ter wereld. De hoogtijdagen van de Amerikaanse auto-industrie moesten in de jaren vijftig nog komen en de auto werd hét symbool van de American Dream. Wij weten al twee generaties lang dat de American Dream te mooi was om waar te zijn, maar als je je via een film verplaatst naar 75 jaar geleden voel je weer hoe bedwelmend deze moet zijn geweest. Je voelt je als een kind in Disneyland. Donald en Goofy houden echt van je en alles lijkt gemaakt om jouw dromen waar te maken. Te beginnen bij de auto.

cars 1946
Twee stills uit Too late for tears met boven Desoto Taxicab 1946 en onder Ford Super deLuxe 1946

De auto maakt eind jaren veertig een gedaanteverwisseling mee. In 1948 wordt de Ford Custom 1949 gepresenteerd. Het is een revolutionair ontwerp dat de gedaante van de auto blijvend zal veranderen. Met de Ford Custom wordt in 1949 een nieuwe standaard gezet: het zgn. pontoncarrosserie. Hoe ingrijpend dit de verschijning van de auto veranderd heeft, is te zien in een film noir van voor 1950.

buick 1940s
still uit Too late for tears met een Buick Convertible uit de jaren 40

In Too late for tears rijden allemaal auto’s uit de jaren veertig. Deze zijn relatief hoog, hebben een platte achterkant, wielkasten en treeplanken. De motorkap (hood) is in het midden verhoogd en loopt vaak in een V-vorm naar de radiator toe. De portieren liggen niet op één lijn met de wielen en de wielkasten (fenders) stulpen uit. Daardoor zien alle modellen voor 1949 eruit alsof ze opgeblazen zijn. In 1955 is het pontoncarrosserie de standaard geworden. Alleen aan klassieke (of retro) modellen (de Volkswagen kever voorop) kunnen we op de weg soms nog zien we hoe de auto’s er voor 1949 allemaal uit hebben gezien.

Too late for tears op YouTube