Categorie archief: tekeningen en prenten

Le Antichità Romane, 1757

Le Antichità Romane (1757) van Giovanni Battista Piranesi
in de digitale bibliotheek van de universiteit van Heidelberg

PiranesiEen van de mooiste publicaties van de Italiaanse graficus Giovanni Battista Piranesi (1720-1778) vind ik Le Antichità Romane die vanaf 1757 in vier delen werd uitgegeven door Angelo Rotili in Rome. Uitgeverij Taschen bracht alle etsen van Piranesi onder in twee delen (31 cm x 24cm). Maar natuurlijk gaat er niets boven het origineel of tenminste een facsimile. De universiteitsbibliotheek is in het bezit van een origineel ( 55 cm x 43,6 cm) van Le Antichità Romane van een tweede druk uit 1784 en deze is digitaal toegankelijk gemaakt. De etsen van Piranesi komen nu allemaal in het juiste verband te staan, als illustraties bij een verhaal over de oudheden in Rome. Ook de gravures van de kapitalen, die in de Taschen-uitgaven helemaal achterin in het tweede deel zijn opgenomen, staan nu op de plaats waar ze bedoeld zijn.

In Le Antichità Romane zie ik twee geesten convergeren, die van het rococo en die van de Verlichting. De zogenaamde vedute zijn gemaakt in de geest van het rococo. Piranesi werkt hier in de traditie van Giovanni Paolo Pannini (1694-1765), die halverwege de achttiende eeuw de bekendste vedutaschilder van Italië was. Pannini toverde de ruïnes in de Eeuwige Stad om in een soort snoepgoed dat gretig aftrek vond. Piranesi beschikt als etser dan niet over en palet van kleuren en toch weet hij het honingzoete en dromerige van het rococo in zwart wit over te brengen. Zijn vedute ademen atmosfeer.

Piranesi
eerste regels van het voorwoord

Maar ook de geest van de Verlichting is aanwezig. Deze komt vooral tot uitdrukking in platen met plattegronden, voorwerpen en toelichting bij bouwtechniek. Dergelijke etsen treffen we ook aan in de Encyclopédie die in dezelfde jaren gepubliceerd werd. Het dromerige van de vedute is hier verdwenen en in plaats daarvan is een helder en afstandelijk licht gekomen.

Piranesi
De beroemde ets Idea delle antiche Via Appia e Ardeatina is een uitgesponnen fantasie die zo eigen is aan het rococo.

Le Antichità Romane [ digi.ub.uni-heidelberg.de ]

rijk geïllumineerde glossy

Magazine t.g.v. 600 jaar Gebroeders van Limburg

Ze maakten “glossies” voor de hertog van Bourgondië of de hertog van Berry, maar dat er 600 jaar na hun dood een glossy onder hun eigen naam zou verschijnen, daarvan hadden de gebroeders van Limburg uit Nijmegen nooit durven dromen. Vorige maand verscheen er n.a.v. de zeshonderdste sterfdag van de gebroeders een heuse magazine met een gouden 600 op de omslag. Het binnenwerk wordt vooral bepaald door schitterende collages van de bekende miniaturen waarin levende modellen zijn gemonteerd. De fotografie en de beeldbewerking werden gedaan door Thijn van de Ven, meesterfotograaf uit Nijmegen. Het magazine is online te bestellen. Vrijdag is de laatste dag van het crowdfunding project.

Gebroeders van Limburg Magazine
fragment van de omslag van het magazine

Les Très Riches Heures du duc de Berry is een rijk geïllumineerd getijdenboek, gedateerd rond 1400. Het is geschilderd in opdracht van Hertog Jean de Berry en vervaardigd door de befaamde Nijmeegse miniatuurschilders de gebroeders Van Limburg. Ter gelegenheid van 600 jaar Gebroeders van Limburg is een servies uitgebracht voorzien van afbeeldingen uit Les Très Riches Heures.

gebroedersvanlimburg.nl | hetwoudderverwachting.nl

Bijgeloof en Verlichting

De betoverde weereld (1691) van Balthasar Bekker
en Compendium rarissimum totius Artis Magicae (ca. 1775)

De Verlichting als kraamkamerIn De Verlichting als kraamkamer wijdt Jabik Veenbaas een heel hoofdstuk aan dominee Balthasar Bekker (1634-1698). Hij is tamelijk onbekend en ik had nog nooit van hem gehoord. Maar in zijn tijd was hij een beroemdheid en dat was vooral te danken aan zijn bestseller uit 1691 De betoverde weereld. In dit boek maakt hij, in de geest van de Verlichting korte metten met het bijgeloof. Met De betoverde weereld dreef deze dominee in zijn eentje meer heksen, boze geesten en demonen uit dan alle Europese exorcisten bij elkaar. Het leek alsof al het gespuis uit de onderwereld verdampte in het licht van de Verlichting.

Met De betoverde weereld dreef deze dominee in zijn eentje meer heksen, boze geesten en demonen uit dan alle Europese exorcisten bij elkaar. Het leek alsof al het gespuis uit de onderwereld verdampte in het licht van de Verlichting.
In 1691 schreef Balthasar Bekker een bestseller De betoverde weereld. Hierin verzette hij zich krachtig tegen de bul Summis desiderantes affectibus, in 1484 uitgevaardigd door paus Innocentius VIII en het bestaan van heksen, spoken en duivels. Hij trok van leer tegen het idee van bezetenheid door de duivel – afkomstig van Plato en Hippocrates - een destijds revolutionaire gedachte. Ook het bestaan van de duivel zelf trok hij in twijfel. Tovenarij was voor Bekker een onuitputtelijke bron van humor en spot. Na de verschijning van het boek stond de Republiek te trillen op haar grondvesten. In twee maanden tijd werden 4.000 explaren verkocht. Er verschenen tweehonderd boeken en pamfletten, waarvan slechts drie in het Latijn, wat erop wijst dat er onder een breed publiek belangstelling voor bestond. In 1693 verscheen een Duitse, in 1694 een Franse en in 1695 een Engelse vertaling.
 
Bron: nl.wikipedia.org

Op internet ging ik eens op zoek naar afbeeldingen waarin het bijgeloof in dat licht van de Verlichting wordt geplaatst en ontdekte een werk met de lange titel Compendium rarissimum totius Artis Magicae sistematisatae per celeberrimos Artis hujus Magistros. Anno 1057. Noli me tangere. Het verscheen omstreeks 1775 in het Duits en Latijn en bevat 31 gouaches die bevolkt worden door griezels uit de zwarte kunst. Het verbaast mij dat uitgever Taschen nog geen facsimile heeft uitgegeven, want de groteske afbeeldingen sluiten naadloos aan op hippe subculturen als street art en outsider art.

1766
Compendium rarissimum totius Artis Magicae
1766
Compendium rarissimum totius Artis Magicae
1766
Compendium rarissimum totius Artis Magicae

De Verlichting zou voor een groot deel een einde maken aan het volkse bijgeloof. Maar ook al verdwenen de weerwolven, het kwaad zou daarmee nog niet teruggedrongen zijn achter de poorten van de hel. De Jacobijnse Terreur, die zich door Rousseau en de Verlichtingsidealen liet inspireren, bleek net zo vaardig in het onthoofden als menige demon.

1766
Compendium rarissimum totius Artis Magicae
1793
Prent met het hoofd van Lodewijk XVI uit 1793