In zijn speech van 15 maart j.l. verwees de Hongaarse premier Victor Orbán naar het revolutiejaar 1848. Hij sprak “Vandaag, 168 jaar sinds de grote onafhankelijkheidsoorlogen der Europese volkeren, is Europa ons gemeenschappelijke huis nog steeds niet vrij.” Wat gebeurde er op 15 maart 1848? Iedere Hongaar weet dat, want 15 maart is in Hongarije wat 5 mei voor ons is: Bevrijdingsdag. Dan wordt de Hongaarse Revolutie, de opstand van de Hongaren tegen de Oostenrijkers herdacht. Deze werd weliswaar neergeslagen maar van 1867 tot 1918 maakte Hongarije deel uit van de zogenaamde dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije en kreeg het alsnog relatieve zelfstandigheid.
Viktor Orbán op 15 maart 2016
In 1920 werd Hongarije voor het eerst een onafhankelijke staat, nadat met het Verdrag van Trianon het grondgebied tot 29% was teruggebracht. Het multinationale monstrum Oostenrijk-Hongarije was uiteengevallen in verschillende landen: Oostenrijk, Hongarije, Tsjecho-Slowakije, Polen en Joegoslavië. Zuid-Tirol, Trentino en Triëst gingen naar Italië en Transsylvanië en Boekovina naar Roemenië.
De dubbelmonarchie (1867-1918) was een multinationaal monstrum, waar naast Duitsers en Hongaren minstens acht grote minderheden samenleefden. Mede doordat de Verenigde Staten het zelfbeschikkingsrecht van volkeren ging propageren moest het na de Eerste Wereldoorlog wel uiteenvallen.
Hongarije bleef tussen de wereldoorlogen zelfstandig maar in maart 1944 werd het door nazi-Duitsland bezet en een jaar later door de Sovjet Unie. Na de Tweede Wereldoorlog zat Hongarije 45 jaar lang gevangen achter het IJzeren Gordijn. De Hongaarse Opstand van 1956 werd door de Sovjet Unie met harde hand neergeslagen en daarna duurde het tot 1989 voordat de Hongaren bevrijd werden van het communistische juk.
Pas In 1990 waren er voor het eerst sinds bijna vijftig jaar weer parlementsverkiezingen. De Hongaren weten net als de Polen en zoveel andere volkeren in Midden-Europa wat bezetting is. Ze hebben zich vrijwillig bij de Europa aangesloten, maar laten een heel ander geluid horen dan de Europese kernlanden Duitsland en Frankrijk. Vanuit West-Europa wordt Oost-Europa maar al te gemakkelijk het verwijt van xenofobie gemaakt. Het begrip voor de “xenofobe” stem van Oost-Europa zou groeien wanneer we ons wat bewuster worden van de geschiedenis van Oost-Europa.
Viktor Orbán in zijn speech op 15 maart 2016