Kuifje in de Kaukasus [ 2 ]

De held van onze tijd (1840)
als literaire reisgids voor de Kaukasus

De held van onze tijd wordt gezien als de eerste Russische psychologische roman. Maar het is meer dan dat. Het is ook een avonturenboek. En het kan gebruikt worden als literaire reisgids voor de Kaukasus. In de vorige aflevering werd de Georgische militaire weg in vogelvlucht bekeken. Deze werd na de annexatie van Georgië in 1801 door Rusland aangelegd van Vladikavkaz naar Tbilisi. De weg volgt aanvankelijk de rivier de Terek die door de nauwe Darjalkloof stroomt. Daarna loopt de route over de Jvaripas (2395 m.) en daalt dan af naar Tbilisi. In het eerste verhaal volgen we de fictieve verteller en zijn metgezel Maxim in omgekeerde richting naar Vladikavkaz.

djaralkloof
De Darjalkloof vanuit het noorden gezien.

De Darjalkloof ligt aan de oostvoet van de 5047 meter hoge Kazbek, en begint aan de noordkant van Stepantsminda bij de Tsjcheri, een linkerzijrivier van de Terek. De kloof doorklieft de “axiale zone” van de Grote Kaukasus en is een zeer rotsige corridor van de Terek door de Chochibergrug ten westen en de Sjavanabergrug ten oosten. Deze twee bergruggen lopen parallel (lateraal) aan de hoofdkam van de Grote Kaukasus en omsluiten feitelijk het brongebied van de Terek met hoge bergruggen waarbij de Darjalkloof de enige uitgang is. Door de kloof en langs de rivier loopt de historische Georgische Militaire Weg, tegenwoordig ook bekend als de S3 (E117).De kloof kent verticale rotswanden tot 1000 meter hoogte.[1] Het smalste, meest rotsachtigste en moeilijkste deel van de Darjal is tussen twee zijrivieren van de Terek: de Amali en Chde.
 
Bron: nl.wikipedia.org

Lermontov bergpas
Darjalkloof
Op deze foto is goed te zien hoe nauw de kloof is.

Hoewel Petsjorin, de hoofdpersoon uit De held van onze tijd allesbehalve een romanticus is, is de setting juist wild romantisch. Hierdoor ontstaat er in de roman een spanning tussen realisme en romantiek. Nog steeds loopt er een literair debat over de vraag in hoeverre Lermontov de romantiek vertegenwoordigde en in hoeverre het realisme.

Met de onherbergzame Kaukasus koos Lermontov voor een decor dat we zijn gaan associëren met een bepaald soort romantiek. Deze donkere romantiek zien we ook in de landschappen van Caspar David Friedrich en Joseph Mallord William Turner. Het gaat hier om een grenservaring ten opzichte van de natuur waarbij de mens, net zoals het iconische beeld van de eenzame bergwandelaar van Friedrich, letterlijk en figuurlijk “op het randje” komt te staan. De grootsheid maar ook de onverschilligheid van de natuur, doen hem duizelen.

Devilsbridge1802
William Turner
The Devil’s Bridge and Schöllenen Gorge, 1802

De theoloog Rudolf Otto (1869-1937) heeft dit het numineuze genoemd. Lang voordat Otto hier een naam aan gaf, schreef Lermontov hierover: “Zodra we ons van de maatschappelijke orde verwijderen en dichter bij de natuur komen, worden we immers weer kinderen, of we willen of niet. Alles wat we hebben aangeleerd valt van ons af.” Deze grenservaring is kenmerkend voor de donkere romantiek bij Friedrich en Turner, die uitdrukkelijk geen zoetsappige romantiek is.

Het gaat in deze donkere romantiek om een grenservaring ten opzichte van de natuur waarbij de mens, net zoals het iconische beeld van de eenzame bergwandelaar van Friedrich, letterlijk en figuurlijk “op het randje” komt te staan.
Turner
In 1809 maakte Turner opnieuw een aquarel van de zogenaamde duivelsbrug bij de Sint Gotthard Pas De nauwe doorgang en de diepe afgrond vertonen grote gelijkenis met de Darjalpas.

De vraag is in hoeverre dergelijke romantiek nog romantisch is. Of is deze juist realistisch? In de berglandschappen die Lermontov in woord en verf aan ons heeft nagelaten, laat hij niet alleen het sublieme van de woeste, oorspronkelijke natuur zien, maar ook de onverschilligheid van de natuur ten opzichte van de mens. Eigenlijk legt hij net als Schopenhauer de blinde wereldwil bloot, waarvan de mens de speelbal is.

Van nature deinst de mens voor de natuurkrachten terug, maar tegelijkertijd confronteren deze hem met de noodzaak tegen de natuur te vechten en deze te bedwingen. “Het monster in de bek kijken en de strijd aangaan” zouden we realisme kunnen noemen, als je tenminste stelt dat het accepteren van de werkelijkheid het voornaamste kenmerk van realisme is. De waas voor onze ogen die de vijandige wereldwil als “schoonheid” ziet, zouden we vervolgens romantisch kunnen noemen.

Thomas Cole
De Amerikaanse landschapsschilder Thomas Cole koppelde in zijn schilderij The Expulsion from the garden of Eden (1828) de vijandige natuur aan de zondeval. Doordat de mens ongehoorzaam was geworden aan de wil van God, had hij kennis gekregen van goed en kwaad en werd hij verdreven uit het Paradijs en in de tijd geworpen waarin hij moet overleven in de vijandige natuur.

Als we de spanning tussen romantiek en realisme op deze manier benaderen, kunnen we deze ook betrekken op onze eigen tijd. Zo zouden we de vraag kunnen stellen in hoeverre we realistisch omgaan met klimaatverandering. Accepteren we klimaatverandering als natuur(ramp)? Of willen we klimaatverandering inperken tot menselijke schuld, waardoor we de natuur kunnen zien als iets kwetsbaars waar wij boven staan?

The Caucasus Mountains, in the spirit of writer Lermontov [washingtonpost.com]
That Black, Dragon-Haunted Pass: The Mystery of Lermontov’s Caucasus [literarytraveler.com]
Lermontov and the Romantic Tradition: The Function of Landscape in A Hero of Our Time [jstor.org]