gedenk te sterven

gelezen: Gedachtig zijn aan de dood en het oordeel
uit: Filokalia, het innerlijk gebed door Alla Selawry

I want it all and I want it now! Pluk de dag! Geniet ieder moment!
Wie herkent de geloofsartikelen van de hedonist niet? Een welvarende wereld als de onze brengt in de eerste plaats hedonisten voort.

Gij zult gelukkig zijn
Gij zult genieten

Ooit werden we in onze genotszoekerij afgeremd door de gedachte aan de dood. In de Middeleeuwen was de dood veel concreter aanwezig dan in onze tijd, ze lag letterlijk op straat. De rijke burgers uit de Renaissance konden zich terugtrekken in artificiële paradijzen: paleizen volgepakt met zintuigelijke prikkels die het leven vulden met plezier. Tyrannen, keizers en koningen hadden overigens nooit anders gedaan, maar in de Renaissance werd het door de toegenomen welvaart voor de rijke burgers ook mogelijk om te leven als vorsten. Vandaar dat we de geest van de Renaissance nu typeren als carpe diem en de geest van de Middeleeuwen als memento mori. We zijn zelfs geneigd om het momento mori als primitief te beschouwen en het carpe diem als verstandig. Want de dood komt toch wel en het is dom om daar voortdurend aan te denken als je nu van ieder moment genieten kunt.

Toch biedt de gedachte aan de dood toegang tot een inzicht dat we in onze jacht op het genot nooit zullen vinden. De woestijnvaders spraken hierover. In de Philokalia, een verzameling geestelijke teksten wordt veel over de gedachte aan de dood gesproken, omdat deze zo vruchtbaar is voor het geestelijke leven. Nil Sorski zei zelfs:

Zoals de hongerige
denkt aan brood
zo denke de zoeker
naar heil aan de dood
Laten we eraan denken hoe onverwacht en plotseling de dood ons overvalt; hoe vergankelijk alle aardse waarden zijn. Kort is onze levensweg, nauwelijks een wandeltocht te noemen, want de wandelaar gaat waarheen hij wil en verblijft zolang hij wil in een herberg. Wij moeten echter, of we willen of niet, deze wereld op afroep verlaten; zonder dat we het willen, achterhaalt ons het vreselijke geheim van de dood. Moeizaam maakt de ziel zich los van het lichaam, verbreekt zij door de natuur gegeven banden. In dit bittere uur ziet zij wat sterven betekent en heft een grote klacht aan – maar niemand kan haar nu helpen, behalve God en haar eigen goede daden.
Johannes Chrysostomos
de gedachte aan de dood
Gedenk te sterven
Ons lichaam wordt stof, verrot en vergaat. De ziel echter staat het onveranderbare, gerechte oordeel van God te wachten. Zolang de mens achteloos leeft, vreest hij het uur van de dood; komt hij dichter bij God, dan vreest hij Zijn oordeel; bij de gevorderde doet echter de liefde zowel de eerste als de tweede vrees verdwijnen.
Isaac de Syriër
 
Bron: Filokalia, het innerlijk gebed door Alla Selawry