500 jaar verwereldlijking

500 jaar wereldlandschap 1514 – 2014
de snelle verandering van het wereldbeeld in de zestiende eeuw

Na het zien van de tentoonstelling Jan van Eyck, Rogier van der Weyden en de ontdekking van de wereld in het Rijksmuseum Twenthe in Enschedé, ben ik weer eens aan het grasduinen in de overgang tussen de middeleeuwen en de moderne tijd. We zijn deze periode de Renaissance gaan noemen. Of de tijd van de grote ontdekkingsreizen. Het was het begin van de secularisatie, de verwereldlijking. Langzaam verschoof het accent van God en de kerk naar de mens en de wereld. De kunst bleef in de 15e en 16e eeuw doordrenkt van het christelijk geloof. Al kwam er een flinke scheut heidense mythologie bij.

De kunst bleef in de 15e en 16e eeuw doordrenkt van het christelijk geloof. Al kwam er een flinke scheut heidense mythologie bij.

De verwereldlijking kwam in de schilderkunst op allerlei manieren tot uitdrukking. In de eerste plaats was er meer welvaart gekomen wat vooral te danken was aan de handel en de opkomst van de burgerij. Naast de traditionele opdrachtgevers als kerk en adel, werd de rijke burgerij ook opdrachtgever voor kunstenaars. De burgerij had een andere smaak. Natuurlijk moesten voorstellingen getuigen van hun godsvrucht. Tegelijkertijd was de nieuwe klasse dol op aardse zaken. Dat is heel letterlijk te zien in de opkomst van het landschap als zelfstandig genre. Dat ontwikkelt zich voor het eerst in Vlaanderen rond 1515.

Joachim Patinir
Joachim Patinir vóór 1515
het martelaarschap van de heilige Katherina van Alexandrië … een mooi voorbeeld van een wereldlandschap …

Vóór die tijd was het landschap altijd ondergeschikt geweest aan een of ander religieus tafereel. Populair thema’s waren “de Vlucht naar Egypte”, “de heilige Christofoor” of “de heilige Hieronymus in de woestijn”. Maar bij de Vlaamse schilder Joachim Patinir gaat het landschap de hoofdrol spelen. Hij is de “uitvinder” van het wereldlandschap. Dat is een soort staalkaart van landschappelijke elementen: rotsen, rivieren, oceanen, bossen, weiden en steden. De horizon ligt meestal hoog zodat je in het landschap kunt kijken. Het wereldlandschap laat de verwereldlijking dus letterlijk zien. Het is de tijd waarin Fernão de Magalhães (Magellaan) de eerste ontdekkingsreiziger is die een reis om de wereld (1519-1522) maakt en daarmee definitief aantoont dat de wereld niet plat is.

Vijf jaar geleden liet ik hier onderstaand schilderij al eens zien. Het is vijfhonderd jaar geleden gemaakt door een anonieme meester en het bevindt zich nu in Museum Waterburcht Anhalt in Isselburg.

Anonieme meester, omstreeks 1515
allegorisch wereldbeeld
Anonieme meester, omstreeks 1515

Het is een allegorische voorstelling met een boodschap: ‘Met recht soudic gerne doer de werelt commen – Ic ben der doer maer ic moet crommen’. De mens wordt gewezen op de aardse moeilijkheden waarvoor hij (het hoofd) moet buigen.

Het aardige van deze voorstelling is dat je het ook heel anders uit kunt leggen. In de eerste helft van de zestiende eeuw is het wereldbeeld niet plat meer. In 1492 was aan de overzijde van de Atlantische Oceaan (per ongeluk!) een Nieuwe Wereld ontdekt. De ontdekkingsreizigers wisten nu dat de aarde rond is en dat de kortste verbinding tussen twee punten op aarde daarom altijd een kromme is. Geen allegorie maar wetenschap!