gouden jaren

rocksymfonieën uit de eerste helft van de jaren zeventig

Een paar jaar geleden vroeg Matthijs van Nieuwkerk aan Midas Dekkers die te gast was in Top 2000 a gogo temidden van de veertigers en vijftigers in het studio-café, hoe het toch komt dat onze dierbaarste platen meestal dateren uit onze puberteitsjaren. Midas Dekkers had er een biologische verklaring voor. Hij koppelde de popmuziek aan de hormonenstorm van de puberteit. Ik kan het aanvullen met een psychologische verklaring: het popidool sluit naadloos aan bij de jacht naar het ideale zelfbeeld en de ideale wederhelft, die in de puberteit overheersend is. Natuurlijk heb je uitzonderingen en zijn er pubers die naar klassieke muziek luisteren en in sociaal opzicht hun puberteit achter gesloten gordijnen doorbrengen. Maar voor de meesten van ons geldt dat popmuziek een zeer centrale plaats heeft ingenomen in de puberteit. Jongeren communiceren nu eenmaal graag via popmuziek. De veertigplussers groeiden op met Radio Veronica en Radio Noordzee, de veertigminners met MTV en TMF.

Pink Floyd
Echoes Part One
1971

Mijn eigen golden years liggen niet in mijn puberteit, maar in de eerste twaalf jaar van mijn leven. Om precies te zijn tussen 14 december 1963 en 20 december 1975, respectievelijk de dag waarop de eerste single van de Beatles (She loves you) de Top 40 binnenkwam en de dag waarop je Bohemian Rapsody van Queen voor het eerst kon horen in diezelfde lijst. Daartussen liggen voor mij de gouden jaren. Ik zal niet beweren dat er daarna geen goede platen meer gemaakt zijn, want dat is natuurlijk onzin. Maar vanaf het begin van de jaren tachtig is het wel bergafwaarts gegaan. Dat ene uurtje toppop in het begin van de jaren 70, dat was een feest, daar keek je naar uit. Maar nu worden er op minstens drie televisiezenders 24 uur per dag nonstop videoclips over ons heengekieperd en lijkt de popmuziek er alleen nog maar voor te dienen om de hormonenstorm op volle kracht te houden. Deze manipulatie van jongeren en dus vercommercialisering van de popmuziek heeft natuurlijk geleid tot allerlei subculturen. Punk bijvoorbeeld ontstond halverwege de jaren ’70 als een agressieve reactie op de commerciële disco en middle of the road muziek. De popmuziek die vooral de spreekbuis was van de tegencultuur van de sixties , was mainstream geworden zodat in de vele antwoorden daarop myriaden subculturen onstonden waarin je jezelf kon zijn.

Deep Purple
Child in Time
1972

De top 2000 lijkt mijn gevoel te bevestigen dat we de gouden tijd van de popmuziek moeten zoeken in de jaren 1963-1975. Neem bijvoorbeeld de rocksymfonieën die in elke editie van de top 2000 bij de absolute top worden gerekend: Stairway to Heaven (1971), Child in Time (1972), Shine on your Crazy Diamond (1975) en natuurlijk Bohemian Rapsody (1975) . Wat mij betreft kunnen daar Echoes (1971) van Pink Floyd en Dancing with the Moonlit Knight (1973) van Genesis aan worden toegevoegd. Maar die rocksympfonieën zijn in Nederland geen single geweest, dus doen ze niet mee…

Genesis
Dancing with the Moonlit Knight
1973

top2008.radio2.nl