Blueberry

Deze serie verscheen tussen maart 2009 en september 2013

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 1 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry

Vorige week maakte ik de stripalbumreeks Blueberry (bijna) compleet en dat is voor mij een aanleiding om de hele serie te herlezen en daarbij ook eens te gaan kijken wat er op internet over deze Frans-Belgische BD (Bande Desinée) te vinden is…

BlueberryIk maakte voor het eerst kennis met Blueberry als negenjarig jongetje begin 1973 toen het verhaal Generaal Geelkop in PEP verscheen voordat het in albumvorm werd uitgebracht. Lezen deed ik nog niet, teveel tekst en een te ingewikkeld verhaal voor een negenjarige, die zich liever beperkte tot één pagina Flippie Flink of Peanuts . Eind jaren zeventig was ik geestelijk rijp geworden voor deze anti-held en kon ik de ruigheid van de western waarderen. Met de strip Blueberry word je net als in de western ondergedompeld in een wereld van slechterikken en corrupte braverikken. Niemand deugt. Behalve dan de anti-held een beetje. Mike S. Blueberry is aan de buitenkant gemodeleerd naar de Franse filmster Jean Paul Belmondo en aan de binnenkant naar Clint Eastwood in zijn rol als Blondie in The Good, the Bad and the Ugly. Hij wordt omgeven door allerlei tuig van de richel: desperado’s, bandieten, outlaws, premiejagers en niet te vergeten corrupte overheidsdienaren. Giraud tekent ze treffend, een beetje als dieren, vaak met kleine oogjes en smalle sluwe tronies zoals Lee van Cleef (The Bad) of juist als vadsige zwijnen wanneer het corrupte ambtenaren betreft. Je moet er van houden. Zoals je in het genre van de western weer allerlei soorten hebt, zo is Blueberry ook weer een bepaald soort western. Hoewel voor Jean Giraud de westerns van Sam Pekinpah het neusje van de zalm zijn, heeft tekstschrijver Jean-Michel Charlier vooral gekeken naar de spaghettiwestern. het drieluik Chihuahua Pearl – De man die 500.000 dollar waard was – Ballade voor een Doodskist is zelfs helemaal gebaseerd op Sergio Leone’s dollartrilogie. Niemand deugt er nog, er is verraad op verraad en de plotwendingen leiden uiteindelijk niet bepaald naar een happy end. Giraud en scenarist Charlier kiezen voor de rauwe interpretatie van het ‘wetteloze’ Wilde Westen, waar de snelheid en de nauwkeurigheid van de revolver(held) het verschil uitmaken tussen leven of dood.

In de komende weken zal ik de complete reeks Blueberry verhalen die door Giraud tussen 1963 en 2005 getekend is, de revu laten passeren. Voor mij is het genot van het lezen van een Blueberry vooral ook het genot van het kijken naar de meesterhand van Giraud/Moebius. Hij is een van de meest virtuoze (strip)tekenaars die ik ken en hieronder kun je zien hoe hij uit de losse pols tekent.

Giraud tekent Blueberry

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 2 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
eerste vijf verhalen van Fort Navajo 1965 – 1969

Toen Blueberry in 1965 voor het eerst in het legendarische Franse stripblad Pilote verscheen en twee jaar later in het eveneens legendarische Nederlandse stripblad Pep had de 27-jarige Giraud al heel veel getekend. Maar de ontmoeting die hij op zijn twintigste had met de Belgische striptekenaar Jijé (Joseph Gillain) zou een beslissende betekenis hebben voor zijn loopbaan en zou indirect ook naar het ontstaan van Blueberry leiden. Overigens is hij niet de enige striptekenaar die veel aan Jijé te danken heeft, daarover meer in het kader helemaal onderaan.

De Weg naar CoronadoVlak voordat Giraud in 1958 voor een reis naar Mexico vertrok, ontdekte hij dat de Belgische meester Jijé bij hem in de buurt van Parijs woonde. Toen hij in 1960 zijn trip naar Mexico en zijn militaire dienst (die hij min of meer kon ontlopen door voor de militaire krant Cinq sus cinq te gaan tekenen) achter de rug had, werd het contact met Jijé omgezet in een samenwerking. Giraud kon voor de 24 jaar oudere nestor van Spirou (Robbedoes) meewerken aan de westernstrip Jerry Spring, die Jijé in 1955 begonnen was. Voor het verhaal De Weg naar Coronado mocht Giraud de platen gaan inkten die door Jijé in potlood getekend waren. Zo groeide hij in de stijl van zijn leermeester, die hij pas in 1969 zou loslaten.

In de eerste verhalen van Ford Navajo is er zo weinig verschil tussen de tekeningen van leerling en leermeester, dat het in De Lange Weg naar Cochise (1968) niet eens opvalt dat de platen 18 tot en met 32 niet door Giraud maar door Jijé zijn getekend. Het is een robuuste stijl met stevige gesloten contouren en zwaar penseelwerk. Het eerste verhaal van Blueberry verscheen in 1975 als zwart-wit bijlage in Pep (Peptoe) zodat je Ford Navajo in kleur én zwart-wit met elkaar kan vergelijken. De kleur heeft eigenlijk weinig toegevoegde waarde en Jijé’s robuuste stijl is echt toegesneden op de krantenstrip die in zwart-wit gedrukt werden.

Fort Navajo
beginscene uit Fort Navajo

Een tweede ontmoeting die belangrijk was voor Giraud’s leven was met de scenarist Charlier, eveneens een Belg. Hij ontmoette hem op de redactie van Pilote toen hij naar werk zocht. Gelukkig had hij goede referenties want hij had met Jijé samen aan Jerry Spring gewerkt. Daarbij had hij op zijn reis door Mexico zelf Navajo’s ontmoet en zijn ‘indianenverhalen’ vielen goed op de redactie. Zo ontstond het idee om een cowboystrip te gaan maken. Charlier schreef voor hem de eerste pagina’s van Fort Navajo maar wachtte vervolgens af, want hij wilde zien wat Giraud ervan zou gaan maken. Het was het allereerste begin van Blueberry, het jaar 1963.

Jean-Michel Charlier (1924 – 1989) was een scenarist die zich uitstekend documenteerde. Voor de eerste verhalen van Fort Navajo baseerde hij zich op de zogenaamde Apache Wars (zie hieronder) die na de Amerikaanse Burgeroorlog in de pas toegevoegde staten Arizona en New Mexico werden uitgevochten. Het legendarische opperhoofd Cochise speelt eveneens een grote rol in deze eerste cyclus van vijf verhalen (Fort Navajo – Storm over ‘t westen – De Eenzame Adelaar – De lange weg naar Cochise – Oorlog of vrede) Aanvankelijk kreeg Blueberry niet de enige hoofdrol, maar speelden Craig en Crow, zijn wapenbroeders uit het fort, ook belangrijke rollen. Daarom heette de serie in het begin nog Fort Navajo.

kaart Arizona
de eerste vijf verhalen van Fort Navajo spelen zich af een paar jaar na de Amerikaanse Burgeroorlog in de staten Arizona en New Mexico, het grondgebied van de Apaches en hebben de Apache Wars (zie hieronder) als historische achtergrond
the Apache Wars
When the United States went to war against Mexico, many Apache bands promised U.S. soldiers safe passage through their lands. When the U.S. claimed former territories of Mexico in 1846, Mangas Coloradas signed a peace treaty, respecting them as conquerors of the Mexicans’ land. An uneasy peace (a centuries old tradition) between the Apache and the now citizens of the United States held until the 1850s, when an influx of gold miners into the Santa Rita Mountains led to conflict. In 1851, near Pinos Altos mining camp, Mangas was personally attacked by a group of miners who tied him to a tree and severely beat him. Similar incidents continued in violation of the treaty, leading to Apache reprisals. In December 1860, thirty miners launched a surprise attack on an encampment of Bedonkohes Apaches on the west bank of the Mimbres River. According to historian Edwin R. Sweeney, the miners “…killed four Indians, wounded others, and captured thirteen women and children.” Retaliation by the Apache again followed, with raids against U.S. citizens and property. This period is sometimes called the Apache Wars.Bron: en.wikipedia.org

Joseph GillainJoseph Gillain – Jijé (1914-1980)
de leermeester van Giraud

Samen met Georges Remi (Hergé) is
Joseph Gillain (Jijé) een van de vaders van het Belgische beeldverhaal. Terwijl Hergé aan het begin stond van wat we later de Brusselse School zijn gaan noemen, geldt Jijé als de grondlegger van de School van Marcinelle. Tot de eerste School rekenen we o.a. Edgar P. Jakobs en Jacques Martin die Hergé volgden met de zgn. ‘klare lijn’. Tot de School van Marcinelle rekenen we bijvoorbeeld Franquin, Peyo, Will en Roba maar ook Giraud begon als leerling van Jijé te tekenen binnen deze School. Toen Joseph Gillain (Jijé) op 19 juni 1980 overleed, verscheen een paar weken later de Robbedoes met een rouwomslag in zwart-wit. Jijé was ook een beetje de vader van Robbedoes/Spirou. Ook al was hij niet de schepper van deze figuur (die eer komt de Franse tekenaar Rob Vel toe), tijdens de oorlog was Jijé de stuwende kracht achter het legendarische Belgische stripblad Robbedoes/Spirou. De Nederlandstalige Robbedoes verdween vier jaar geleden na 67 jaar van de markt, de Franstalige Spirou leeft gelukkig nog voort. Jijé’s leerlingen [André] Franquin (Robbedoes en Kwabbernoot, Ton en Tineke, Guust), Peyo [Pierre Culliford] (Johan en Pierewiet, de Smurfen), Will [Maltaite] (Baard en Kale, Isabel) en [Jean] Roba (Bollie en Billie) (Morris [Maurice de Bevere] (Lucky Luke) ontbrak) kwamen na de dood van hun leermeester op de redactie van Robbedoes/Spirou in Brussel bijeen om herinneringen op te halen aan hun leermeester. Inmiddels zijn ook deze legendarische striptekenaars niet meer onder ons. Naast Jean Giraud, is Eddy Paape (Jan Kordaat, Luc Orient) Jijé’s oudste en nog in leven zijnde leerling. Hij hoopt in juli 89 te worden. Tegenwoordig heeft Jijé een eigen museum en op deze prachtige webpagina is een selectie van Jijé’s strips te bekijken.

Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ] | Blueberry [ zozolala.com ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 3 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
de man met de zilveren ster 1969

Na de eerste vijf albums van Fort Navajo die samen een aaneengesloten verhaal vormen, maken Charlier en Giraud de man met de zilveren ster dat een op zichzelf staand verhaal is. Charlier baseert zich op het scenario van Howard Hawks‘ western Rio Bravo uit 1959. McClure die in De lange weg naar Cochise geïntroduceerd werd, speelt een belangrijke bijrol. En we zien dat Giraud zich heeft losgemaakt van de stijl van zijn leermeester Jijé en zijn eigen stijl gevonden heeft.

de man met de zilveren ster
beginscene van de man met de zilveren ster
met een zingende Jimmy McClure

De man met de zilveren ster verscheen in 1970 in Pep. In totaal verschenen er 12 verhalen in dit legendarische stripblad.

Pep covers 1970-1974
jeugdsentiment: Blueberry op de omslag van PEP 1970-1974

Blueberry in Pep
Storm over ‘t westen [1967-36] – [1968-06]
De Eenzame Adelaar [1968-10] – [1968-21]
De lange weg naar Cochise [1968-30] – [1968-51]
Oorlog of vrede [1969-19] – [1969-41]
De man met de zilveren ster [1970-21] – [1970-33]
Het ijzeren paard [1970-52] – [1971-12]
De man met de ijzeren vuist [1971-27] – [1971-38]
De nederlaag van Steelfingers [1972-10] – [1972-22]
Generaal Geelkop [1972-52] – [1973-21]
De mijn van “Prosit” [1973-31] – [1973-51]
Het spook van de goudmijn [1974-13] – [1974-29]
Fort Navajo [1975-05] – [1975-06] (Peptoe)

Bron: users.fmg.uva.nl/pbakker/pep/blueberry.html

de man met de zilveren ster
omslag van de man met de zilveren ster Giraud toont zich hier eveneens zeer bekwaam
in de gouachetechniek

Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 4 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
Het IJzeren Paard tot en met Generaal Geelkop 1970-1971

Gov. StanfordNa de man met de zilveren ster beginnen Charlier en Giraud in 1970 weer met een cyclus van ditmaal vier albums Het IJzeren Paard - de man met de Stalen Vuist – Vlakte der Sioux – Generaal Geelkop. Het verhaal speelt zich deze keer niet af in Arizona en New Mexico maar voornamelijk in de noorderlijker gelegen staten Wyoming, Nebraska en Colorado, het grondgebied van de Sioux en Cheyennes. Charlier gebruikt de historische gebeurtenissen opnieuw als decor. Zo gaat het IJzeren Paard over de episode in de Amerikaanse geschiedenis vlak na de Bugeroorlog toen de Union Pacific (Railroad) en de Central Pacific (Railroad) de oost- en de westkust met elkaar gingen verbinden. Hierboven een foto van de Gov. Stanford (het IJzeren Paard) die door de Central Pacific (Railroad) werd gebruikt .

start Union Pacific Railroad
De directie van the Union Pacific Railroad kwam in oktober 1866 bijeen op de 100e meridiaan, waar nu Cozad (Nebraska) ligt, ongeveer 400 km ten westen van Omaha, (Nebraska Territory)

Gov. Stanford is a 4-4-0 steam locomotive originally built in 1862 by Norris Locomotive Works. It entered service on November 9, 1863 and it was used in the construction of the First Transcontinental Railroad in North America by Central Pacific Railroad bearing road number 1. It was Central Pacific’s first locomotive and it is named in honor of the road’s first president and ex-California governor, Leland Stanford. Bron: en.wikipedia.org

Het IJzeren Paard
de beginscene uit Het IJzeren Paard doet mij enigszins denken aan de slotscene van Sergio Leone’s Once Upon a Time in the West
kaart Wyoming
de tweede cyclus van Blueberry speelt zich af in en rond fort Laramie in Wyoming , Nebraska en Colorado

Ook voert Charlier weer historische figuren ten tonele. Zo herkennen we in generaal McAllister (Generaal Geelkop) overduidelijk George Armstrong Custer.

George Armstrong CusterGeorge Armstrong Custer
Remaining in the army after the war, in 1866 he was appointed Lt. Col. of the newly authorized 7th Cavalry, remaining its active commander until his death. He took part in the 1867 Sioux and Cheyenne expedition, but was court-martialed and suspended from duty one year for paying an unauthorized visit to his wife. His army career ended June 25, 1876, at the battle of Little Big Horn, which resulted in the extermination of his immediate command and a total loss of some 266 officers and men. On June 28th, the bodies were given a hasty burial on the field. The following year, what may have been Custer’s remains were disinterred and given a military funeral at West Point.

Bron: civilwarhome.com

albums 7,8,9,10
De tweede cyclus Blueberry verhalen:
Het IJzeren Paard – De man met de ijzeren Vuist – Vlakte der Sioux – Generaal Geelkop

voorgaande posts | Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 5 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
De Mijn van Prosit en Het Spook van de Goudmijn 1971-1972

Prosit LucknerIn 1971 schrijft Charlier voor Giraud het scenario voor het tweeluik De Mijn van Prosit en Het Spook van de Goudmijn. Hij baseert zich daarbij op de legende van The Lost Dutchman’s Gold Mine die ook al eens verfilmd is in de western Lust for Gold uit 1949. De belangrijkste bijfiguur, ‘Prosit’ Luckner (zie hiernaast), is geïnspireerd door de legendarische Jacob Waltz (zie kader hieronder). Het verhaal speelt zich af in de Superstition Mountains ten oosten van Phoenix in de staat Arizona. Volgens de liefhebbers behoort dit tweeluik tot het beste dat Charlier en Giraud gemaakt hebben. Niet alleen het scenario is ijzersterk, ook bereikt Giraud hier de top van zijn technische kunnen en maakt van elke plaat een kunstwerkje. De Bande Desinée is nu geen droge pagina meer met vier stroken plaatjes, maar heeft een spannende compositie gekregen waarbij kaders soms geheel ontbreken zodat er lucht komt in het vaste stramien van plaatjes. Ook de inkleuring is beter geworden. Daarom is het des te meer zonde dat de presentatie (de albums uit de jaren zeventig) belabberd is: het goedkope houthoudende papier maakt de kleuren dof en de lijm die de bladzijden bij elkaar zou moeten houden is zo slecht dat de albums soms bij een eerste lezing al van ellende uit elkaar vallen.

The Lost Dutchman’s Gold Mine
The Story of Jacob Waltz

Jacob Waltz arrived in California about 1850. His name appears on several California census records. He prospected and worked as a miner in the mother lode country of California for eleven years. It was on July 19, 1861, in the Los Angeles County Courthouse, Jacob Waltz became a naturalized citizen of the United States of America. Waltz worked as a miner on the San Gabriel River for a man named Ruben Blakney. It was probably here he met Elisha M. Reavis, later to become the “Hermit of Superstition Mountain.”

Jacob WaltzJacob Waltz departed California in 1863, with the Peeples-Weaver Party or a similar group of prospectors headed for the Bradshaw Mountains of Arizona Territory. Waltz was one of the earliest pioneer prospectors in the Bradshaw Mountain area. Waltz’s name appears on the Gross Claim which was filed in Prescott, Arizona Territory on September 21, 1863. His name also appears on a special territorial census taken in 1864. On this census Waltz is listed as a miner, 54 years of age, and a native of Germany. Waltz’s name also appeared on a petition to territorial governor John N. Goodwin soliciting a militia to control the predatory raids of hostile Indians in the Bradshaw Mountains. Jacob Waltz’s name also appeared on the Big Rebel and the General Grant claims in the Bradshaw Mountains. Waltz was very active in the Bradshaw Mountain area between 1863-67.

Jacob Waltz moved to the Salt River Valley in 1868 and filed a homestead claim on 160 acres of land on the north bank of the Salt River. It is from here Waltz began his exploratory trips into the mountains surrounding the Salt River Valley. If Waltz had a rich gold mine or cache he had to have discovered it on one of these prospecting forays. Old timers claim Waltz prospected every winter between 1868-1886. Waltz died in Phoenix, Arizona Territory on October 25, 1891, in the home of Julia Thomas. Clues attributed to Waltz, both during his lifetime and as a deathbed revelation, have not yet resulted in finding the source of his gold.

Bron: superstitionmountainmuseum.org/LostDutchman

Arizona
kaart van Arizona met de Superstition Mountains
Superstition Mountains
Superstition Mountains Arizona

voorgaande posts | Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 6 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
Chihuahua Pearl tot en met Ballade voor een Doodskist 1973-1974

Het is niet de eerste keer dat ik iets schrijf over het drieluik Chihuahua Pearl – De man die 500.00 dollar waard was – Ballade voor een Doodskist. Deze cyclus stamt uit 1973-74 en vormt het hoogtepunt van de reeks Blueberry . Voor Chihuahua Pearl ontving Giraud in 1973 in Amerika de prijs van de beste buitenlandse tekenaar. Charlier’s scenario is een bewerking van The Good, the Bad and the Ugly uit 1966 waarin drie bandieten jagen op een goudschat. De schurken zijn tot elkaar veroordeeld omdat ieder een deel van de waardevolle informatie bezit. Een sleutelrol wordt gespeeld door Chihuahua Pearl een plaatselijke schone uit de Mexicaanse stad Chihuahua. en ook duiken in het verhaal twee oude bekenden van Blueberry op, Finlay en Kimball , twee Jayhawkers die na de Amerikaanse Burgeroorlog naar Mexico zijn gevlucht om hun straf te ontlopen.

Chihuahua Pearl krijgt er flink van langs…
kaart New Mexico
het verhaal speelt zich af in het grensgebied tussen Texas en Mexico

kathedraal van ChihuahuaChihuahua
Chihuahua is de hoofdstad van de gelijknamige staat en van de gelijknamige gemeente in het noorden van Mexico. Chihuahua heeft 698.500 inwoners (2004). De naam komt van het Nahuatl Xicuahua, wat “droge en zandige plaats” betekent. De stad ligt midden in de woestijn in een oase. De plaats was al bewoond voordat Antonio Deza y Ulloa de stad in 1709 stichtte. Na de Franse inval in 1862 was Chihuahua gedurende enige tijd zetel van de tegenregering van Benito Juárez. Tijdens de Mexicaanse Revolutie was het de uitvalsbasis van Pancho Villa. Chihuahua is de beginplaats van de Chihuahua al Pacífico spoorweg.

Bron: nl.wikipedia.org

still uit The Searchers en cover van Ballade voor een Doodskist
voor de omslag van Ballade voor een Doodskist (1974) heeft Giraud goed gekeken naar een still uit de western The Searchers uit 1956. Zoals bij alle andere Blueberry covers laat Giraud hier zien dat hij ook een meester in gouacheverf is. Deze techniek leerde hij begin jaren 60 toen hij samen met Mezieres werkte aan geschilderde illustraties voor een historische encyclopedie voor Uitgeverij Hachette.

Chihuahua Pearl en Ballade voor een doodskist staan op een resp. 30e en 26e plaats in de FransenTop [stripspeciaalzaak.be]

De trilogie verscheen tussen oktober 1975 en april 1977 in Eppo

Blueberry omslagen van Eppo 1975-1976
nog meer jeugdsentiment:
Blueberry op de omslag van Eppo

Blueberry in Eppo
Chihuahua Pearl [01-1975] – [10-1976]
De man die 500.00 dollar waard was [11-1976] – [33-1976]
Ballade voor een Doodskist [34-1976] – [11-1977]

voorgaande posts | Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 7 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
Vogelvrij verklaard en Angelface 1974-1975

cover van AngelfaceDeze twee albums worden vaak samen met de drie voorgaande albums als één lang verhaal beschouwd. Vogelvrij verklaard begint waar Ballade voor een Doodskist ophield, in de militaire strafgevangenis van Francisville in Alabama waarin Blueberry terecht gekomen is na zijn onfortuinlijke avontuur in Mexico. Hij is nu definitief de anti-held geworden met een grimmige, kaalgeschoren kop. Charlier en Giraud hebben van hun personage bewust een outcast gemaakt en hem daarmee uitgetild boven het niveau van de gemiddelde cowboystrip. Blueberry is een volwassen strip geworden, maar zonder de hinderlijke sex of het diabolische geweld dat veel strips voor volwassenen aankleeft.

kaart Colorado - New Mexico
het verhaal speelt zich af in Colorado
en New Mexico

Blueberry’s grote kwelgeest in dit tweeluik is de doortrapte Kelly. We maken ook kennis met een nieuw personage, Angel Face naar wie een van de albums genoemd is. Zijn companen McClure en Redneck ontbreken ditmaal, maar Blueberry krijgt wel hulp van de moddervette madame Guffie. Het verhaal draait om een complot waarin de samenzweerders een aanslag op president Ulysses Grant willen plegen. Generaal Grant was in de Burgeroorlog de opperbevelhebber van de Unie, maar de regering onder zijn presidentschap was tamelijk corrupt.

plaat 8b uit Angelface
Angelface plaat 8b
Duffy probeert met haar laatste woorden de president van de Verenigde Staten te overtuigen van Blueberry’s onschuld, maar bereikt tragisch genoeg juist het tegendeel

Ulysses GrantUlysses Simpson Grant (1822 – 1885) was de bekendste Noordelijke generaal in de Amerikaanse Burgeroorlog en tussen 1869 en 1877 de achttiende president van de Verenigde Staten. Ulysses S. Grant was een buitengewoon succesvol generaal en werd daarmee beroemd; zijn regering werd echter doorlopend geplaagd door schandalen en beschuldigingen van corruptie. Hij werd zelf echter nooit aan corruptie schuldig bevonden. ( Bron: nl.wikipedia.org )

Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 8 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
Gebroken Neus tot en met Het Einde van de Lange Rit 1980-1986

Toen Giraud in 1975 klaar was met Angel Face was hij Blueberry ontzettend moe geworden. In twaalf jaar had hij 18 verhalen getekend, bijna 850 pagina’s (platen). Het moordende tempo van twee platen per week was hem teveel geworden en het zou vijf jaar duren voordat hij met zijn vaste scenarist Jean-Michel Charlier in 1980 weer een nieuwe cyclus zou beginnen. Tussen 1975 en 1980 hield hij zich in samenwerking met Jodorowsky voornamelijk bezig met film en tekende storyboards onder zijn pseudoniem Moebius. Voor de verfilming van Dune maakte hij ruim 3000 (!) tekeningen. Dit werk bleef lang in de kast liggen totdat David Lynch in 1983 eindelijk de verfilming van Frank Herbert’s SF klassieker op zich nam.

kaart New Mexico
het verhaal speelt zich af in Arizona en New Mexico

In 1980 pakt Giraud de draad dus weer op en laat de vogelvrijverklaarde Blueberry onder zijn indianennaam Gebroken Neus onderduiken bij zijn oude indianenvrienden die we nog kennen uit de eerste cyclus van Fort Navajo. In het daaropvolgende album De Lange Mars komen we ook Jimmy McClure en Red Neck weer tegen die op zoek gaan op zoek naar Chihuahua Pearl. De volgende albums De Ongrijpbare Navajo’s en De Laatste Kaart zijn wisselend van kwaliteit, de inkleuring van het laatstgenoemde album is belabberd. In 1983 geeft Giraud publiekelijk te kennen dat hij Blueberry meer dan zat is. Toch tekent hij daarna nog Het Einde van de Lange Rit dat echt het laatste verhaal van Blueberry lijkt te worden. Het is een soort apotheose waarin definitief met zijn tegenstanders Vigo en Angel Face wordt afgerekend en er komt eindelijk gerechtigheid voor de vogelvrijverklaarde luitenant. Mike S. Blueberry lijkt van zijn pensioen te kunnen gaan genieten.

de laatste kaart
de harde inkleuring van De Laatste Kaart komt het tekenwerk niet ten goede. Na Angelface (1975) lopen Giraud’s stijl en die van zijn alter ego Moebius door elkaar. De verhalen van Blueberry worden nu getekend zonder zwaar penseelwerk en vaak met eenvoudigere en gesloten contouren. Net als zijn bijna even oude collega Hermann ( van Comanche ) inkt Giraud nu ook veel meer met de pen.
Blueberry Albums
Gebroken Neus – De Lange Mars -De Ongrijpbare Navajo’s – De Laatste Kaart – Het Einde van de Lange Rit

voorgaande posts | Blueberry [ official website ] | Blueberry [ moorsmagazine.nl ]

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [ 9 ]

herlezen: de avonturen van Luitenant Blueberry
Mister Blueberry tot en met Dust 1995-2005

Geronimo ApacheIn 1988 stierf scenarist Jean Michel Charlier met wie Giraud bijna vijfentwintig jaar had samengewerkt. Op dat moment woonde hij zelf in de Verenigde Staten en leek de reeks Blueberry met Het einde van de lange rit (1986) afgesloten. Maar in 1995 keert Giraud terug naar Frankrijk en pakt met Mister Blueberry na bijna tien jaar de draad weer op. Het scenario schrijft hij nu zelf, maar als eerbetoon aan Jean Michel Charlier komt zijn naam gewoon op de omslag. In 1995 is het voor Blueberry 1881 geworden; de Verenigde Staten zijn door een netwerk van spoorlijnen ontsloten. In 1890 zal de frontier definitief opgeheven worden. Het Wilde Westen is dan legende geworden. In de jaren daarvoor begint de commerciële exploitatie van kleurrijke figuren als Wild Bill Hickok, Buffalo Bill, Calamity Jane, Jesse James, de gebroeders Earp en Billy the Kid al op gang te komen. In de laatste vijf verhalen Mister Blueberry, Geronimo Apache, Schaduw over Tombstone, OK Corral en Dust is Blueberry zelf een levende legende geworden. Een schrijver uit Boston reist naar Tombstone in het Zuiden van Arizona om zijn legendarische held te ontmoeten. Mister Blueberry is inmiddels als pokeraar een tweede leven begonnen.

schetsen
wanneer Giraud aan een verhaal begint, maakt hij eerst in een schetsboek een indeling van de pagina’s

De tekeningen zijn zo onmiskenbaar in de stijl van Moebius, dat je je afvraagt of Jean Giraud zijn pseudoniem artistiek heeft overleefd. Moebius is een duizendpoot en zijn meesterhand laveert moeiteloos tussen het realisme en het burleske. Sommige karakters hebben opvallend lege gezichten, andere koppen zijn woest gekrabbeld, maar altijd trefzeker. Is Dust nu écht het laatste Blueberry album van Giraud geworden? Alles wees daarop, maar in 2008 liet de inmiddels 70-jarige Giraud weten dat hij weer zin had om een nieuw verhaal te maken dat zich moet afspelen in 1900, wanneer Blueberry een grijsaard geworden is. Giraud en Blueberry zijn taaie rakkers.

San Xavier Del Bac -Tuscon
San Xavier Del Bac (Tuscon) werd gesticht in 1783. De staat Arizona waarin ook Tombstone ligt, werd pas in 1863 aan de Verenigde Staten toegevoegd

In 1993 verschenen er twee films die Jean Giraud voor de vijf verhalen van Mister Blueberry inspireerden: Tombstone (1993) en Geronimo (1993)

Een avontuur van
Luitenant Blueberry [10]

vijftig jaar Luitenant Blueberry (1963-2013)
herlezen: Blueberry Fort Navajo (1965) van Jean Giraud

Fort NavajoVorige week zag ik Fort Apache, het eerste deel uit de cavalry trilogy van regisseur John Ford. Fort Navajo. Daarna besloot ik de eerste albums van Blueberry weer eens te gaan lezen. Dit vijfluik verscheen vanaf 1965 in het Franse stripblad Pilote. Scenarist Jean-Michel Charlier (1924-1989) en tekenaar Jean Giraud (1938-2012) waren er in 1963 mee begonnen. Helaas overleed Giraud vorig jaar dus maakt hij het 50-jarige jubileum van Blueberry net niet meer mee. Overigens geniet het duo Charlier/Giraud in Frankrijk bijna dezelfde bekendheid als het duo Goscinny/Uderzo van Asterix.

Halverwege de jaren zeventig was Giraud de cowboyverhalen moe geworden en begon hij onder de naam Moebius Scifi-verhalen te maken. Begin jaren tachtig hervatte hij de Blueberryreeks en met lange tussenpozen bleven in de jaren tachtig en negentig nieuwe albums verschijnen. Omdat de 29 verhalen van Blueberry in een periode van zo’n veertig jaar gemaakt zijn, zie je niet alleen de tekenstijl van Giraud, maar ook het genre evolueren.

Fort Navajo
het allereerste plaatje uit Blueberry lijkt op de beginscene van de western Fort Apache (1948) van John Ford

Giraud ging in 1963 in de leer bij Jijé (pseudoniem van Joseph Gillain, 1914-1980), de legendarische eerste tekenaar van Spirou (Robbedoes). Sinds 1955 werkte deze aan de westernstrip Jerry Spring. Giraud’s leermeester schilderde ook de omslag van Fort Navajo (rechtsboven). Jijé herkende de meesterhand van Giraud en al snel stond zijn leerling op eigen benen. Scenarist Charlier baseerde de eerste vijf verhalen van Blueberry op de cavalry trilogy van John Ford. Er wordt met indianen gevochten en Monument Valley vormt vaak het decor. Ook Giraud heeft goed naar deze westerns gekeken. Sommige plaatjes zijn duidelijk schatplichtig aan de cinematografie van Archie Stout (1886-1973) en Winton C. Hoch (1905-1979) en indirect aan de schilderijen van Frederic Remmington (1861-1909). Deze drie waren zeer bepalend voor het klassieke beeld van het Wilde Westen.

Maar in de jaren zestig werd er over de western een Italiaans sausje gegoten. De stinkende Mexicaan, de priemende oogjes van de premiejager en de roofdierenblik van de antiheld deden hun intrede. Zo heeft Charlier het verhaal van de dollars-trilogie (Chihuahua Pearl – De man die $500.000 waard was – Ballade voor een doodskist) duidelijk gebaseerd op de spaghettiwesterns van Sergio Leone (1929-1989)