Die Lautspielerin

Die Lautspielerin (1838) van Friedrich von Amerling
in het Oberes Belvedere in Wenen

Taferelen uit de Biedermeierperiode spreken ons tegenwoordig niet meer zo aan. Ze zijn vaak suikerzoet of sentimenteel. Maar qua schildertechniek valt er veel te genieten van de schilderkunst uit de jaren tussen 1820 en 1850. Vlak voordat de fotografie opkwam, beleefde de schilderkunst in technisch opzicht nog een laatste hoogtepunt. Daarna raakte ze haar unique selling point, het spiegelen van de zichtbare wereld, kwijt en nam de fotografie het stokje over. De objectieve representatie van de werkelijkheid was in de eerste helft van de negentiende eeuw nog steeds belangrijker dan de persoonlijke expressie. Maar na 1860 zou het in de schilderkunst steeds vaker gaan draaien om het persoonlijke “handschrift” van de schilder en om uitgesproken kleuren. Want dat waren kwaliteiten die de fotografie (nog) niet geven kon en waarin de schilderkunst nog een toekomst had.

Vlak voordat de fotografie opkwam, beleefde de schilderkunst in technisch opzicht nog een laatste hoogtepunt. Daarna raakte ze haar unique selling point, het spiegelen van de zichtbare wereld, kwijt.
Die Lautspielerin
Die Lautspielerin 1838
Belvedere, Wenen, 99 x 82 cm
In Die Lautspielerin is goed te zien hoe het fotografische en het expressieve samen kunnen gaan.

Friedrich von Amerling geldt samen met Ferdinand Georg Waldmüller als de belangrijkste Oostenrijkse Biedermeierschilder. In de jaren dertig en veertig van de negentiende eeuw bereikte Amerling vooral met zijn portretten een hoogtepunt. In Die Lautspielerin is goed te zien hoe het fotografische en het expressieve samen kunnen gaan. Het werd geschilderd vlak vóór het geboortejaar van de fotografie, in 1838.

luitspelers
luitspelers in de schilderkunst: Frans Hals [boven], Dirk van Baburen [beneden links] en Caravaggio [beneden rechts]

Met Die Lautspielerin sluit Amerling zich aan bij de zeventiende eeuwse traditie. De voorstelling roept schilderijen van Frans Hals, Caravaggio en de Utrechtse Caravaggisten in de herinnering. Waarschijnlijk heeft Amerling aan de gitaarspeelster van Vermeer gedacht, want in de specifieke belichting doet zijn luitspeelster mij daar sterk aan denken.

Vermeer
de gitaarspeelster van Vermeer uit 1670/2.

Amerling verbleef in 1827 en 1828 in Londen en mogelijk heeft hij het schilderij van Vermeer daar in het Kenwood House (Hampstead Heath) gezien. In Londen kwam zijn stijl ook onder invloed van de grote portretschilder Thomas Lawrence. Lawerence was een meester in de virtuoze verfstreek. Deze stond in dienst van de illusie en was niet zomaar een trucje om het schilderij een expressieve uitstraling te geven.

Die Lautspielerin
Die Lautspielerin details
De portretten van Amerling zijn ogenschijnlijk zeer gedetailleerd, maar bij nader inzien juist heel losjes geschilderd. Voor mij geldt dat als een kenmerk van grote schilderkunst. De schilder heeft zo goed gekeken en beheerst zijn materiaal zo goed, dat hij gedetailleerdheid kan suggereren en niet elk detail afzonderlijk hoeft weer te geven.

Die Lautspielerin [ belvedere.at ]