Letzter Frühling ( ? )

vanmiddag ben ik in een lyrische bui & mijn cynisme voorbij

Ik zit buiten op de camping en geniet van de middag. Het bos is nog helemaal open, maar tussen de kale takken wemelt het teerste groen. De houten huisjes recht voor mij staan in een zee van witte bloesems. Een duif vliegt af en aan met takjes in de snavel. Het is onmiskenbaar voorjaar. Ik laat me gaan in een lyrische bui. Met een zekere schroom, want ik lees de krant en ken de zwarte bladzijden uit de geschiedenis. Ik weet dat in het voorjaar van 1915 de bloesemtakken door mitrailleurvuur uiteengereten werden, en bossen door granaatinslagen veranderen in spookachtige Jeroen Bosch-landschappen. Ik weet van de ellende buiten mij en binnen mij.

MickeyEn toch is deze ervaring te sterk. De dichter wint het van de cynicus die zich altijd verschanst achter bittere commentaren. Misschien omdat hij de pijn niet wil voelen? Ik hoor Letzter Frühling, een van de lyrische stukken van Edvard Grieg. Het toppunt van romantiek, vol heftig verlangen, pijnlijk besef en stille berusting. In gedachten zie ik een foto van Mickey van vroeger met haar onverwoestbare blijheid. Het kind dat we waren, het kind dat we zijn. De buitenkant verandert onherroepelijk, maar van binnen blijft de ziel een knop die steeds weer opengaat. Ieder jaar intenser. De cynicus blijft op een gecalculeerde en calculerende afstand. Maar de dichter komt steeds dichter …

Ambivalenz des Frühlings
Der “Letzte Frühling” bewegt sich zwischen stiller Freude und Melancholie. “Im Gegensatz zu dem warmen Frühling in Italien bei Vivaldi wir hier ein Frühling im kühlen Norden gezeigt”, erzählt Alexander Scherf, Dirigent des Jungen Kammerorchesters. Der “Springtanz” ist ein unverzichtbarer Bestandteil norwegischer Volksmusik. Dieses kraftvoll stilisierte Werk stammt aus Griegs “Lyrischen Stücken für Klavier”. “Der dritte Satz ‘Herzwunden’ zeigt, dass der Frühling eine Ambivalenz beinhaltet. Frühlingsgefühle können ja auch mal enttäuschen”, sagt Scherf.
 
Bron: stuttgart.de