“het is maar een spelletje”

… of is oranjekoorts verkapt nationalisme en rechts populisme?
… en komt het liedje Pinches Hollandeses recht uit het hart?

Ik heb nog niet gekeken naar een van de vier wedstrijden van het Nederlands elftal tijdens het WK en schijn daarin een uitzondering te zijn. Rond de 8 miljoen Nederlanders keken telkens naar een wedstrijd met oranje op het WK. Zelfs mensen van wie ik het niet had verwacht, bleken gekeken te hebben. Waarschijnlijk bestaat er niet iets anders dat de Nederlanders dichter bij elkaar brengt dan het Nederlands elftal. Als oranje speelt, sluiten de rijen zich en verdwijnen de verschillen even. Dan is elke Nederlander een oranjesupporter.

Het doet mij denken aan Wilhelm II die op 1 augustus 1914 vanaf het balkon van het stadspaleis in Berlijn de menigte toesprak toen Duitsland ten strijde trok: “Ich kenne keine Parteien mehr, ich kenne nur noch Deutsche!” De verschillen tussen de politieke partijen werden voor even vergeten en er heerste de samenhorigheid van een zwerm vogels of een school vissen.

Alleen de kleur oranje staat tijdens een EK of WK voetbal voor “Nederlanders verenigt u!” en “Aanvallen!” Met oranje gaan “we” voor de overwinning op de ander, zodat we apetrots op “onszelf” kunnen zijn. Wat er tijdens een WK met de oranjegekte gebeurt, lijkt verdacht veel op rechts populisme: Trots op Nederland en Eigen volk eerst.

Wat er tijdens een WK met de oranjegekte gebeurt, lijkt verdacht veel op rechts populisme: Trots op Nederland en Eigen volk eerst.

Nu is voetbal natuurlijk maar een spelletje. Toch is het een spelletje dat in onze samenleving bijzonder serieus genomen wordt. In de voorronden waren er dagen dat er op alle drie de netten van de publieke omroep een voetbalwedstrijd werd uitgezonden, waarvan twee gelijktijdig tussen zes en acht uur ‘s avonds. Het journaal van zes uur moest zowel op Nederland 1 en 2 wijken voor het WK voetbal.

Soms lijkt voetbal wel op oorlog. Maar dat is het natuurlijk niet. Het is een gesublimeerde vorm van confrontatie tussen twee volkeren en we weten dat het er soms hard aan toe kan gaan. Maar de grasmat wordt nooit een slagveld waarbij doden vallen. Daarom is voetbal een veilige krachtmeting. Ook al blijft het “netjes” binnen de grenzen van de spelregels, toch wordt eenzelfde energie ontketend als tijdens een veldslag. Het is er op of eronder. Zonder de vastberadenheid om te winnen en dosis agressie word je nu eenmaal geen kampioen. En er hoort ook peptalk bij, in de kleedkamer rond het veld, op straat en op de buis. “Wij gaan winnen!” en “Wij zijn de beste!” Het is eigenlijk een onbeschaamde uiting van vermeende nationale superioriteit. Normaal gesproken is het taboe om van superioriteit te getuigen, behalve wanneer oranje speelt. Dan behoor je zelfs tot de “landverraders” als je partij kiest voor de meest sportieve speler. Of dat nu het Nederlands elftal is of niet.

Dat hier nooit een punt van gemaakt wordt, komt misschien omdat we voetbal scheiden van het echte leven. Als een volksvertegenwoordiger in Den Haag bekent trots te zijn op Nederland, dan is zij of hij een rechtse populist. Maar als je dat zegt in een voetbalstadion, dan is ben je een oranjesupporter, een rechtgeaarde Nederlander. Toch komt in beide gevallen exact hetzelfde gevoel naar buiten: vreugde en trots. Bij een overwinning krijgen “we” het gevoel “beter” te zijn dan de ander voetbalnatie. Natuurlijk is het allemaal maar een spelletje en dat “beter” moet absoluut gerelativeerd. Maar ondertussen.

“Pinches Holandeses” van de 15-jarige dizzymissdc is op youtube al meer dan een miljoen keer bekeken.

Ondertussen voelt het andere volk teleurstelling, vernedering en zelfs pijn. Dat is de schaduw van de triomf van het ene volk. Het hoort allemaal bij het spel en is daarom legitiem. In het echte leven zou je discrimineren of zelfs racistisch zijn als je voor je eigen volk bent ten koste van het andere volk. Nee, bij voetbal staat het echte leven even tussen haakjes. (“Die klote Nederlanders hebben het WK van ons gestolen met hun klote scheidsrechter en hun gefingeerde strafschop. Onze heldendaad, te gronde gericht door een klootzak. Robben is een groot toneelspeler en de scheidsrechter was blind.”)

Om de Mexicaans-Nederlandse handelsbetrekkingen (het echte leven) niet te schaden, heeft het 15-jarige Mexicaanse meisje haar felle woorden van het liedje Pinches Holandeses gerelativeerd. In een verklaring schrijft ze: “Ik heb niets tegen Robben en ik haat Nederland en het Nederlandse elftal niet, maar ik hield alleen niet van de wedstrijd. Ik doe dat liedje gewoon voor de lol, niet om te beledigen of om te discussiëren wie nu de schuldige was. Tenslotte gaat het om zingen en niet om huilen. Relax. Peace!”

Met andere woorden: “het is maar een liedje”.

“No estoy contra Robben, no odio a Holanda ni a su selección, sólo no me gustó el partido. Hago la canción por diversión y porque hay que saber reírse de la derrota, no para que se ofendan o para debatir de quién fue la culpa. Después de todo, canta y no llores. Relájense. Paz”
 
Bron: elfinanciero.com.mx