met als thema het echte leven
De filosofie heeft de wijsheid lief. Maar wat is wijsheid? De filosoof zoekt voortdurend zijn geliefde. Traditioneel zag hij haar nabij komen in het Ware, het Goede en het Schone. In onze postmoderne tijd is de Waarheid doodverklaard. Leve de “eigen waarheid”! Maar hoe betrouwbaar, hoe écht is die “eigen waarheid”? Sinds we de Waarheid hebben afgeschaft, is de vraag naar authenticiteit belangrijk geworden. Maar hoeveel houvast biedt authenticiteit? En nog belangrijker: bestáát authenticiteit eigenlijk wel? Gisteren viel bij ons de Filosofiekrant op de mat over de Maand van de Filosofie. Dit jaar is het thema Het echte leven. Daan Roovers, de hoofdredacteur van Filosofie Magazine schrijft op de voorpagina van de Filosofiekrant het volgende:
Ons verlangen naar authenticiteit lijkt ergens op fantoompijn: een brandend verlangen naar een zuivere maar verloren staat van bewustzijn, naar het verloren Paradijs, naar échte geborgenheid. Sinds we afgesneden zijn van het Paradijs, regeert de leugen en zijn we zelf ook vals geworden en verlangen we terug naar onze ware, échte ik. Maar voor het hedendaagse denken is het Paradijs een spook uit de oude metafysica en bestaat het niet écht. We leven nu eenmaal in een verwarrende wereld van list en bedrog en koesteren daarin de oude wensdroom van waarachtigheid. Het is maar wat je geloven wilt en waar je op inzet. Daan Roovers meent dat “zuivere echtheid” niet bestaat. Het is jammer dat dit a priori als een algemene waarheid verkondigd wordt. De vraag of ikzélf authentiek, zuiver, echt en eerlijk ben, lijkt me een vraag die telkens weer gesteld en beantwoord moet worden. De conclusie “zuivere echtheid bestaat niet” is mij nét iets te gemakkelijk.