Dagelijks archief: woensdag 8 januari 2014

Dostojevski en het falende ik

gelezen: De betekenis van Dostojevski voor onze tijd
door prof. dr. Ton Lathouwers (een serie van drie lezingen uit 1988)

Fjodor DostojevskiPrecies tien jaar geleden kocht ik De Idioot van Fjodor Dostojevski met het voornemen om dit boek in één ruk uit te lezen. Ik had alle reden om optimistisch te zijn. Begin augustus 2003 had ik de Gebroeders Karamazov (1162 pag.) in een Orthodox klooster in Engeland van kaft tot kaft gelezen. Daarna las ik Misdaad en Straf (783 pag). Na bijna 2000 pagina’s Dostojevski zou De Idioot (761 pag.) volgen. Maar dat gebeurde niet.

Zo leerde ik wel Raskolnikov, Aljosja, Ivan en Dimitri kennen maar bleef Mysjkin een onbekende voor mij. Het boek ligt nu tien jaar in mijn kast met een ansichtkaart van de Aleksandr Njevsky Gedächtniskirche in Potsdam tussen pagina 42 en 43. Mag een roman 10 jaar ongelezen in de kast staan? Er knaagt enig schuldgevoel.

Maandagavond las ik de tekst van een lezing die prof. Ton Lathouwers in november 1988 hield tijdens een studieconferentie van de Vereniging van Orthodoxen “Heilige Nicolaas van Myra”. Deze lezing is samen met drie andere lezingen (van professor Ton Lathouwers en vader Silouan Osseel) gebundeld in een boekje De betekenis van Dostojevski voor deze tijd. De drie lezingen over Dostojewski staan ook op internet. De lezingen behandelen drie thema’s in het werk van Dostojevski waarover Lathouwers in het begin schrijft:

De algemene titel van de lezingen die ik ga houden, namelijk “De betekenis van Dostojevski voor onze tijd” noopt mij het geheel te verdelen in drie segmenten. Dat kan de indruk geven dat het gaat om drie aparte onderwerpen: 1) het falende ik; 2) de vrijheid; 3) de religie. Voor Dostojevski waren ze echter drie aspecten van eenzelfde gebeuren. In zijn werken worden ze altijd in samenhang met elkaar behandeld. In een en dezelfde tekst komen vaak alle aspecten aan bod. Ik zeg dit om duidelijk te maken dat een verdeling of onderverdeling, een schematisering – maar we niet aan ontkomen – kunstmatig is en te kort doet aan het eigenlijke van Dostojevski ‘s religieuze ervaring. Wij ontkomen niet aan een indeling, als wij een onderwerp willen uiteenzetten.
 
Bron: orthodoxen.nl

In de eerste lezing, het falende ik, benadert Lathouwers het thema vanuit een oosterse, (zen)boeddhistische houding. Hij benadrukt dat het “ik” het grote probleem is. Door ons ik scheiden we ons af van al het andere, waardoor er een breuk met de non-dualiteit (advaita) ontstaat. In een korte historische beschouwing maakt hij duidelijk dat Rusland sinds 1812 overspoeld werd door westers wetenschappelijk denken, een vorm van denken die tweedeling schept tussen lichaam en ziel, materie en geest, subject en object, individu en groep. Maar de oorspronkelijke Russische ziel, zoals deze in de traditie van de Russisch-orthodoxe Kerk leeft, kent volgens Lathouwers de fundamentele mystieke ervaring van het ongedeeld-zijn, de Всеединство (al-eenheid).

Prof. Lathouwers benadrukt in
zijn visie op de Orthodoxie het Russische woord Всеединство. Dit komt dicht in de buurt van “het Ene” van Plotinos of het vedantische Advaita

Bij deze visie op de Russisch-orthodoxe Kerk zijn verschillende kanttekeningen te plaatsen. De belangrijkste lijkt mij deze: Lathouwers lijkt op de mystiek van de Russisch-orthodoxe Kerk een oosters eenheidsmystiek te projecteren. In de advaita-vedanta waaruit het boeddhisme en nog later het zen-boeddhisme is voortgekomen, wordt deze eenheidsmystiek samengevat in Tat Tvam Asi (Dat zijt Gij) of in de eenvoudige formule “Brahman=Atman” (“de Wereld=het Zelf” of “Buiten=Binnen”) de druppel in de oceaan, maar ook de oceaan in de druppel. De tegenstellingen verdwijnen.

Maar de mystiek van de Russisch-orthodoxe Kerk wijkt fundamenteel af van de oosterse mystiek. De Orthodoxe Kerk kent geen eenheidsmystiek maar een bruidsmystiek vanuit de allerdiepste ervaring dat de menselijke ziel in Christus haar Bruidegom ontmoet. De menselijke ziel en de persoon horen wezenlijk bij elkaar en lossen niet op in “het Al” of “het goddelijke”. God heeft de mens geschapen als een persoon voor de eeuwigheid, niet om hem te recyclen in het rad van wedergeboorten, maar om hem eeuwig in het Paradijs te laten leven, een bewustzijnsstaat die het Koninkrijk Gods genoemd wordt.

Ton LathouwersProf. dr. Ton Lathouwers (1932) studeerde wis- en natuurkunde, en Slavische talen en letterkunde. Hierna volgde hij gedurende vier jaar een studie vergelijkende cultuur- en godsdienstwetenschappen over de ontmoeting tussen Oost en West. In 1968 werd hij benoemd tot gewoon hoogleraar Russische letterkunde te Leuven, met een nevenopdracht aan de theologische faculteit: religieuze thematiek in de moderne literatuur. In 1987 verkreeg hij zijn officiële autorisatie als leraar Chinese Rinzai Chan. Sindsdien begeleidt hij zengroepen in Nederland, België en Zweden.
 
Ton Lathouwers is één van de meest liberale zenleraren in het Nederlandse taalgebied. Als docent en hoogleraar in Leuven (Slavische letterkunde) getuigden zijn colleges al vroeg van het appél van hart tot hart. Kort na zijn benoeming tot hoogleraar in 1968 begaf hij zich op de zenweg. Hij bereisde onder andere Japan, Thailand, Birma en ook Indonesië. Daar legde hij zich toe op de studie van het Chinese zen (ch’an) onder leiding van ch’an-meester Teh Cheng, die Ton in 1987 transmissie als zenmeester verleende. Bij die gelegenheid werd hem de naam Hui Yu toegekend, wat ‘vriend van wijsheid’ betekent. Als grondlegger en leidsman van Maha Karuna heeft Ton Lathouwers inmiddels honderden zenweekends en sesshins begeleid, altijd vanuit de benadering dat het niet om de methode gaat, maar om de ontmoeting van hart tot hart.

Lathouwers spreekt in deze lezing ook over Myshkin, de hoofdpersoon uit de Idioot. Het is voor mij een stimulans om het boek na tien jaar eindelijk eens uit te gaan lezen.

Dan is er Myshkin, de zuiverste figuur die Dostojevski getekend heeft, een Christus-figuur. Myshkin komt aan het woord tussen twee perioden van volslagen krankzinnigheid in, perioden waarin zijn geest verduisterd is. Daartussenin is hij – de idioot – een groot kind, die weinig zegt, die luistert. En iedereen ziet aan zijn open ogen, aan zijn spontaniteit, dat hij zuiver is, ook al noemen ze ham een schaap, een idioot. Ze ontdekken: Hij maakt ons anders. Die dit ontdekken zijn de gevoelige mensen, niet de braven maar de ontredderden.
 
Bron: orthodoxen.nl

De betekenis van Dostojevski voor onze tijd [ orthodoxen.nl ]