De Encyclopédie ou dictionnaire raisonné des sciences, des arts et des métiers (1751-1772) geldt als een van de symbolen van de Verlichting. Een ander verlicht mammoetwerk uit het derde kwart van de achttiende eeuw is Description des arts et métiers dat van 1761 tot 1782 uitgegeven werd in opdracht van de Académie des Sciences. Het werk is uitgegeven in folioformaat en bevat compleet meer dan 13.000 pagina’s en 1800 platen.
In zijn boek over de Franse Revolutie gaat Simon Schama diep in op de Franse economie van vóór de Franse Revolutie. In hoofdstuk 5 (“De prijs van de moderniteit”) haalt hij het (hardnekkige) beeld onderuit dat het Ancien Régime niet met zijn tijd was meegegaan. Na de Zevenjarige Oorlog moderniseerde Frankrijk juist in rap tempo en na de dood van Lodewijk XV zou zijn opvolger Lodewijk XVI een enthousiaste bevorderaar van de allernieuwste ontwikkelingen worden. Het economische leven maakte daardoor een groei door. Maar dat het wel twee kanten.

De industriële revolutie plaatsen we meestal in de negentiende eeuw, maar in het laatste kwart van de achttiende eeuw was het proces al in gang gezet. Door industrialisering ontstond er onder Lodewijk XVI in de grote steden al een proletariaat. Met name Lyon met zijn textielindustrie was berucht. De dagloners woonden als dieren in holen en zwoegden onafgebroken om net zoveel te verdienen om hun ellendige leven te kunnen voortzetten. Op de schone gravures in Description des arts et métiers is daar niets van te zien. Wel zien we een bron van hun ellende: de mechanisering van de arbeid. Daardoor daalden de lonen en nam de uitbuiting van de textielbazen toe. Toen in de negentiende eeuw overal in Europa de grote weversopstanden uitbraken, was de misère al minstens twee keer van vader op zoon overgegaan.

De gravures zien er helder en schoon uit. Industrialisering en rationalisering van de productie beloofden een hemel op aarde. De meeste arbeiders zouden daar bitter weinig van merken. Het werk kostte in de jaren tachtig van de achttiende eeuw 900 livres, een klein fortuin. Alleen de aristocratie en de rijke burgerij kon dat zich veroorloven. Daarom zouden we de Description des arts et métiers in de eerste plaats moeten zien als de voorloper van de glossy brochure voor industriëlen die de vuile realiteit liever niet willen zien.
Bron: nl.wikipedia.org