Sussen en bijeenhouden, dat is de opdracht die de meeste gezagsdragers in Nederland zich stellen na de gebeurtenissen van 11 september 2001, 6 mei 2002 en 2 november 2004. Met als doemscenario een etnische burgeroorlog voor ogen, is deze strategie natuurlijk vanzelfsprekend. Maar het kan ook gemakkelijk leiden tot een sullig en welwillend soort naieviteit, die tot uitdrukking komt in opvattingen als “DE islam bestaat niet” of “alle godsdiensten kunnen gevaarlijk zijn” Ik ervaar dat zelf als een hinderlijke vorm van wegkijken. De arabist Hans Jansen besluit zijn essay Dhimmitude ( verschenen in Trouw | Letter en Geest, 27 november 2004 ) met de woorden:
Er is nu een campagne gestart onder de leuze “Nederland niet kapot te krijgen” Dagblad Trouw schreef gisteren het volgende commentaar bij deze campagne:
Deze campagne mogen we er wat mij betreft best bijhebben, als tegelijkertijd ook maar de scherpte van het debat gezocht wordt en we de moed tonen om de confrontatie met de Islam (want daar gaat het natuurlijk allemaal over) aan te gaan.