Soφie, een uitgave van de Stichting voor Christelijke Filosofie, gaat in het tweede nummer (mei 2011) nog even door op het thema van de afgelopen Maand van de Filosofie: Het echte leven. Er is echt een levensgroot verschil in hoe christenen en niet-christenen over ‘het echte leven’ filosoferen. In Filosofie Magazine gaat bijna iedereen ervan uit dat ‘het echte leven’ een constructie is. Maarten Doorman schrijft in het aprilnummer bijvoorbeeld dat ‘het echte leven’ een romantisch bedenksel is, dat nu aan het verdwijnen is. De meeste denkers die over ‘het echte leven’ reflecteren, beschouwen ‘het echte leven’ als een menselijke constructie.
uit: Renée van Riessen, Wil je het echte leven? Lees dan Lolita. in Soφie #2 2011
Het postmoderne monisme (‘alles is constructie’) kun je herleiden tot wat Immanuel Kant over de menselijke geest heeft gezegd. Onze geest richt zich niet naar de dingen, maar de dingen richten zich naar onze geest. In de perceptie en receptie worden de prikkels die we met onze zintuigen uit de buitenwereld hebben opgevangen tot ‘beelden’ geconstrueerd. Hoe de wereld in werkelijkheid is, dus ook hoe het échte leven is, daarover kunnen we met ons verstand geen enkele uitspraak doen. Kant noemt ‘het échte leven’ eigenlijk het Ding an Sich. Vervolgens duikt de Duitse identiteitsfilosofie er bovenop. Fichte doopt het Ding an Sich om in het Ich. Hegel in Absolute Geist en Schopenhauer noemt het Wille. Maar voor het postmodernisme blijven dit allemaal weer menselijke constructies, táálconstructies. Taal is in het postmodernisme de grote gelijkmaker en maakt alle filosofie, de Grote Verhalen en de Grote Woorden met de grond gelijk. Waarheid bestaat niet, er zijn alleen ‘eigen waarheden’ (meningen). Met ons verstand hebben we geen toegang tot de Waarheid, alleen tot geconstrueerde waarheid, en die moet klein gehouden worden, want grote waarheden kunnen levensgevaarlijk zijn. De postmoderne mens is namelijk in de eerste plaats een zeer wantrouwende mens.
„ik hou van jou„ in feite niets betekent.
R. van Riessen over Roland Barthes
Het christelijk geloof geeft wéll toegang tot de Waarheid en het échte Leven: Jezus Christus. Voor het verstand alléén blijft deze Weg gesloten. Het verstand benadert geloofswaarheden als menselijke constructies. Met de basispremisse dat alle spreken over boven van beneden komt, heeft de moderne theologie met het fileermes van het ‘gezond’ verstand de geloofsopenbaring in mootjes gesneden en is ze de dienstmaagd van de wetenschap geworden.
Maar de meeste bijdragen in Soφie zijn geschreven door gelovige denkers. Vanuit de geloofopenbaring wélten zij dat ‘het échte leven’ bestaat en dat het tenslotte geen menselijke constructie is, maar het werk van de Schepper en de Verlosser. Na de boeiende artikelen over ‘het echte leven’ (als constructie) in Filosofie Magazine gaat Soφie voor mij persoonlijk nét iets verder. Daar waar het verstand niet volgen kan. In het échte leven van geloofsopenbaring, vertrouwen en geborgenheid waardoor het kind in ons kan (her)leven.