Maandelijks archief: januari 2020

Urban gothic [ 2 ]

aan het lezen in: Les Mystères de Paris (1842) van Eugene Sue

Les Mystères de ParisTelevisieseries uit de vorige eeuw zoals Peyton Place (1964-1969), Dallas (1978-1991) en Dynasty (1981-1989) hadden hun voorloper in het vervolgverhaal van de 19e eeuw. In het Frans wordt dat een feuilleton genoemd omdat het vervolgverhaal oorspronkelijk verscheen in dag- en weekbladen (feuilles).

Doordat een vervolgverhaal periodiek verschijnt in massamedia kan de massa van dag tot dag of van week tot week de belevenissen van de fictieve personages volgen. De bekendste Nederlandse feuilleton uit de 19e eeuw is Eline Vere van Louis Couperus die in 1888 in het dagblad Het Vaderland verscheen. Op straat of in de tram spraken mensen met elkaar over Eline Vere alsof het een werkelijke bekende van hen was. Dit bijzondere verschijnsel, het volk dat wekelijks meeleeft met de belevenissen van fictieve personages, begon in Frankrijk met de feuilletons vanaf 1836. Een van de meest succesvolle was Les Mystères de Paris van Eugene Sue dat tussen 19 juni 1842 en 15 oktober 1843 verscheen in le journal des débats. Het was zo’n groot publiekssucces, dat de oplage van deze krant omhoog schoot. Daarna volgden vrijwel alle kranten deze succesformule en kwamen ze met hun eigen feuilleton.

journal des débats 1842
de banner van le journal des débats (1842)

Les Mystères de Paris initieerde een nieuw (sub)genre, de zogenaamde stadsmysteries, een subgenre van de urban gothic. Er volgden na Les Mystères de Paris nu feuilletons die de geheimen van een grote stad onthulden zoals The Mysteries of London (1844) van George WM Reynolds. En het genre stak zelfs de oceaan over want in 1849 verscheen City Crimes or Life in New York & Boston van George Thompson. Een jaar geleden schreef ik iets over Os Misterios de Lisboa (1854) van Camilo Castilo Branco, een roman-feuilleton die in 2010 meesterlijk verfilmd werd door Raul Ruiz.

mysteriesofparis
Engelse uitgave van les Mystères de Paris

Maar nu naar de moeder van alle stadsmysteries, les Mystères de Paris van Eugène Sue. Ik lees het in de Nederlandse vertaling van Richard ten Berge die sterk ingekort is en 53 episodes telt. Zoals in elk feuilleton (of soapserie) is de lijst met personages lang en wordt er steeds geschakeld tussen de verschillende personages. In de eerste episodes wordt er daarom een groot beroep op het geheugen van de lezer gedaan die al deze personages uit elkaar moet houden. Dat zijn er in de eerste vijftig bladzijden al minstens twintig. Ook wordt, zoals in de roman van de negentiende eeuw gebruikelijk is, vaak een en ander verteld over het verleden van de personages, soms in een flashback van de verteller, soms in de vorm van een bekentenis, en soms aan de hand van een verslag of een brief van een ander personage.

les mysteres 1842De geheimen in Les Mystères de Paris worden beetje bij beetje onthuld. De hoofdpersoon heet Rodolphe. In werkelijkheid is hij de groothertog van Gerolstein (een fictief groothertogdom) die incognito in Parijs is neergestreken en op zoek is naar de werkelijke ouders van het meisje Fleur-de-Marie bijgenaamd la Goualeuse. Rodolphe doet zich voor als als handarbeider. Hij is fysiek ontzettend sterk en komt op voor de zwakkeren in de samenleving. Zijn secretaris ontvangt in de elfde episode een zekere Baron Von Graun, die van zijn informant Monsieur Badinot veel over de geschiedenis van verschillende personages te weten is gekomen. Zo wordt de lezer steeds meer onthuld.

Les Mystères de Paris daalt onmiddellijk aan het begin van de eerste episode al af in de krochten van de Parijse onderwereld anno 1842 waar figuren als de Schoolmeester, het Skelet en Bras-Rouge de dienst uitmaken. Bij Eugène Sue liggen de karakters vaak vast. Rodolphe en la Goualeuse vertegenwoordigen het goede terwijl De Schoolmeester, La Chouette, Polidori en gravin Sarah MacGregor het kwade vertegenwoordigen. Maar iemand als Le Chourineur valt er tussenin en doet veel denken aan Jean Valjean uit Les Misérables. Hij is een ontslagen galeiboef uit de bagno van Rochefort die door de onschuld van la Goualeuse tot inkeer komt. Victor Hugo heeft er dan ook nooit een geheim van gemaakt dat hij zich voor Les Misérables (1862) heeft laten inspireren door Les Mystères de Paris (1842) van Eugène Sue. Maar ook le Comte de Monte Cristo (1844) lijkt geïnspireerd door Les Mystères de Paris. Een graaf die incognito in Parijs verblijft, doet mij toch wel denken aan de groothertog van Gerolstein (Rodolphe) uit Les Mystères de Paris.

Urban gothic [ 1 ]

Rik Ringers

Opnieuw gelezen: 22 avonturen van Rik Ringers (1961-1975)

PEP 1972 #51Als negenjarige maakte ik voor het eerst kennis met Rik Ringers in december 1972. In PEP nummer 51 begon het verhaal Spoken in de nacht uit 1969. Het is een sfeervol verhaal dat zich helemaal afspeelt in de sneeuw in een Frans dorpje in de Pyreneeën. Scenarist A.P.Duchateau houdt van mystery en laat zijn whodunnits vaak op het randje van het bovennatuurlijke balanceren. Spoken in de nacht hield mij wekenlang bezig en vaak uit mijn slaap. De naam Rik Ringers stond in mijn zieltje gegrift. De jaren daarop bleef ik Rik Ringers volgen in Pep en in 1974 kocht ik mijn eerste album Onderzoek in het verleden dat ik nog steeds bewaar. Inmiddels heb ik de eerste 24 albums verzameld plus nog eens zo’n 19 verhalen in Pep (1970-1975) en Kuifje (1977-1981). Afgelopen weken herlas ik 22 avonturen uit de periode 1963-1977.

Rik Ringers 1955
Rik Ringers – Wie van de drie?
Het allereerste verhaal van Rik Ringers verscheen in Kuifje 13 van 1955

Tibet (pseudoniem van Gilbert Gascard) is een groot talent. Voordat hij in 1955 samen met A.P.Duchateau zijn eerste korte verhaal (Wie van de drie?) van Rik Ringers maakte, was hij al bekend als de tekenaar van Chick Bill. Deze reeks begon hij in 1954 en tekende hij tot aan zijn dood in januari 2010. Er verschenen zeventig albums. Rik Ringers begon als reeks in 1963, liep ook tot aan 2010 en hier verschenen 78 albums van. Dus Tibet tekende in zijn lange leven (1931-2010) twee lange reeksen van in totaal bijna 150 albums. Ik ken geen andere striptekenaar die zo productief is geweest.

Rik Ringers
Rik Ringers in eigen bezit
De ontvoering – Het raadsel van Porquerolles – Rik Ringers in een doolhof – De schaduw van Kameleon – Alias Rik Ringers – De 5 onzichtbaren – Nachtmerrie voor Rik Ringers – Spoken in de nacht – Grafschrift voor Rik Ringers – Onderzoek in het verleden – Het teken van de angst – De man die ongeluk bracht

Het is aardig om de tekeningen van het eerste lange verhaal (Wie is de Kameleon?)van Rik Ringers uit 1961 te vergelijken met die van tien jaar later. Wie is de Kameleon? is getekend in de stijl van de École de Marcinelle. Je ziet invloeden van Jijé (Jan Kordaat) en de atoomstijl van Franquin. Op het eerste plaatje (zie onder) zien we Tibet’s voorliefde voor auto’s. Links verschijnt de gele Porsche van Rik voor het eerst in beeld, rechts een godin van de weg.

Rik Ringers 1961
Het eerste plaatje van Wie is de Kameleon? (1961), het eerste lange verhaal van Rik Ringers.

Aan het begin van de jaren zeventig heeft Tibet helemaal zijn eigen stijl gevonden. De nadruk ligt op de close ups van zijn personages (Tibet is een meesterlijk karikaturist) en zijn vlotte penseelvoering in dik-dun. Ook tekent hij vaak erg gedetailleerd, zeker als het om auto’s gaat. Rik’s gele Porsche of de Citroen DS kan hij vlot vanuit verschillende camerastandpunten tekenen. Ook beheerst hij uitstekend filmische perspectieven waarin hij zijn personages plaatst.

Rik Ringers
Rik Ringers in eigen bezit
De schaduw van Kameleon – Valstrik voor Rik Ringers – Gangsters op de France – Duel met de beul – Het monster van Zwartlo – Requiem voor een idool – Buitenaardse wezens vallen aan! – De lijn des doods – Het rode spoor

1. De ontvoering/Wie is de Kameleon? (1961)
2. Het raadsel van Porquerolles (1962)
3. Rik Ringers in een doolhof (1963)
4. De schaduw van Kameleon (1964)
5. Valstrik voor Rik Ringers (1965)
6. Gangsters op de France (1966)
7. Dreiging op het witte scherm (1967)
8. Oog in oog met de slang (1967)
9. Alias Rik Ringers (1968)
10. De 5 onzichtbaren (1968)
11. Nachtmerrie voor Rik Ringers (1969)
12. Spoken in de nacht (1969)
14. Duel met de beul (1970)
15. Het monster van Zwartlo (1971)
16. Requiem voor een idool (1972)
17. Grafschrift voor Rik Ringers (1972)
18. Onderzoek in het verleden (1973)
19. Het teken van de angst (1973)
20. De man die ongeluk bracht (1974)
22. Buitenaardse wezens vallen aan! (1974)
23. De lijn des doods (1975)
24. Het rode spoor (1975)

Rik Ringers [stripsuithedenenverleden.nl]

Denk aan mij… in 2020

herdenkingen van geboorte- en sterfdagen in het nieuwe jaar

Beethoven postzegel 2020250e geboortedag
14 januari Adam Jerzy Czartoryski (1770-1861)
11 maart William Huskisson (1770-1830)
20 maart Friedrich Hölderlin (1770-1843)
7 april William Wordsworth (1770-1850)
11 april George Canning (1770-1827)
27 augustus Georg W. Friedrich Hegel (1770-1831)
17 december Ludwig van Beethoven (1770-1827)

200e sterfdag
29 januari George III van Engeland (1738-1820)
27 maart Gerhard von Kügelgen, deutscher Maler (1772-1820)
9 juni Wilhelmina van Pruisen (1751-1820)

Engels postzegel 2020200e geboortedag
2 maart Eduard Douwes Dekker ‘Multatuli’(1820-1887)
28 november Friedrich Engels (1820-1895)

150e sterfdag
9 juni Charles Dickens (1812-1870)
5 december Alexandre Dumas (1802-1870)

150e geboortedag
22 april Vladimir Iljitsj Oeljanov ‘Lenin’ (1870-1924)
15 december Josef Hoffmann (1870-1956)

100e sterfdag
14 juni Max Weber (1864-1920)
31 augustus Wilhelm Wundt (1832-1920)
8 november Abraham Kuyper (1837-1920)

100e geboortedag
20 januari Federico Fellini (1920-1993)
15 april Richard von Weizsäcker (1920-2015)
29 augustus Charlie Parker (1920-1955)
6 december Dave Brubeck (1920-2012)