De Duitse schrijver Thomas Mann is in 1939 met zijn gezin uitgeweken naar de Verenigde Staten. In 1944 wordt hij Amerikaans staatsburger. In de herfst van 1945 als de Processen van Neurenberg beginnen, neemt hij het besluit een lezing over Friedrich Nietzsche te houden voor de Library of Congress. Daarnaast wordt hij door de voor de Dial Press gevraagd een selectie uit het werk van Nietzsche te verzorgen en in te leiden. Maar in het daarop volgende jaar werkt hij keihard aan zijn laatste meesterwerk Doctor Faustus en van zijn essay over Nietzsche komt nagenoeg niets. Wel verdiept hij zich intensief in het werk van Nietzsche en deze studie vindt zijn neerslag in de roman Doctor Faustus. Pas in het voorjaar van 1947 komt hij ertoe om het essay over Nietzsche te schrijven. Hij doet er vier weken over. De lezing wordt op 29 april 1947 in Washington gehouden. Daarna leest hij zijn essay nog voor in New York en San Francisco en in Londen, Bern, Zürich en Bazel.
Ik heb een uitgave van Uitgeverij Aspekt uit 2003 waarin het essay over Nietzsche gebundeld is met een essay over Schopenhauer uit 1937. Het is door Evert K.M.van Leerdam uit het Duits vertaald. Ik werd getroffen door een citaat van Novalis dat Thomas Mann gebruikt om Nietzsches ideaal van de Uebermensch te bekritiseren.
Bron: gutenberg.spiegel.de
Novalis in : Sophie
oder über die Frauen
Vanaf 1938 ontwikkelde Thomas Mann zich geleidelijk tot een energiek antifascist, die in toespraken en radiovoordrachten het “andere Duitsland“ tegenover het nationaalsocialisme stelde. Deze houding bereikt in literaire zin haar hoogtepunt in een analyse van de fascistisch-demonische trekken van de Duitse aard in zijn roman Doctor Faustus. In deze filosofische roman over de fictieve demonische componist Adrian Leverkühn, verkent Mann het idee dat toewijding aan de kunst kan verworden tot een contract met de duivel, waarmee hij zich tevens rekenschap tracht te geven van de romantisch-muzikale, maar tegelijkertijd nihilistische factoren binnen de Duitse traditie. In Doctor Faustus geeft Thomas Mann ook eens te meer blijk van zijn grote kennis van klassieke muziek.
(Bron: nl.wikipedia.org)