van Friedrich Hölderlin
Friedrich Hölderlin kwam voor het eerst op het idee om een roman over de vrijheidslievende Grieken te schrijven toen hij nog aan het Tübinger Stift studeerde. In een brief aan Neuffer, daterend uit juli 1793, staat voor het eerst een kort fragment. In het voorjaar van 1794 begint hij in Tühringen aan het eerste boek van Hyperion. Hij is dan net 23. Zoals in die tijd gebruikelijk is, kiest hij voor een roman in briefvorm. De hoofdpersoon Hyperion richt zijn brieven uit Griekenland aan zijn vriend Bellarmin in Duitsland. Zo richt Hölderlin zich vanuit zijn geïdealiseerde Griekenland tot zijn publiek in Duitsland. In 1793 verschijnt in de Neue Thalia een fragment uit Hyperion.
Hyperion I Erstes Buch Kapitel 5
Hyperion is niet alleen een brievenroman uit de late achttiende eeuw, maar ook een zogenaamde Bildungsroman. De Bildungsroman is een echte Duitse uitvinding. Andere bekende Bildungsromane zijn Wilhelm Meisters Lehrjahre van Goethe en Heinrich von Ofterdingen van Novalis die net als Hyperion rond 1800 geschreven zijn.
Een Bildungsroman is een psychologische roman die verhaalt over de emotionele, morele en intellectuele groei van het (meestal jonge) hoofdpersonage. Het hoofdpersonage wordt vaak gevormd door de mensen die hij ontmoet en waar hij mee omgaat. Zijn levensverhaal wordt gekenmerkt door de zoektocht naar zingeving en harmonie. Heel vaak staat het conflict tussen de protagonist en de maatschappij centraal, waarbij de protagonist de hem omringende normen en waarden stukje bij beetje leert accepteren, waardoor hij uiteindelijk toch in de maatschappij wordt opgenomen. In sommige verhalen is de protagonist pas na het bereiken van een zekere rijpheid in staat zich om anderen te bekommeren en te helpen. (Bron: nl.wikipedia.org)
Een van de kwalen die Hölderlin in zijn tijd zag, is dat de mens gereduceerd dreigde te worden tot zijn maatschappelijke functie. Het geestelijke aspect van werk verdween en het woord “beroep” verloor zijn binding met het woord “roeping”. Hölderlin moet dit aan den lijve gevoeld hebben. Als dichter had hij zijn roeping gevonden, maar om in zijn levensonderhoud te voorzien, was hij veroordeeld tot Hofmeister. Zoals zovelen dichters en denkers was hij bij rijke burgers huisleraar tegen wil en dank.
Bron: zum.de