Dagelijks archief: zaterdag 15 juli 2006

grieks-romeins

DionysosDe Griekse goden in de Metamorphosen hebben Romeinse namen gekregen. De bekendste kennen we wel: De oppergod Zeus werd Jupiter, zijn vrouw Hera werd Juno, Hermes werd Mercurius, Poseidon werd Neptunes, Aphrodite werd Venus, Pallas Athene werd Minerva en Dionysos werd Bacchus. Maar hoe zit het met de andere goden en godinnen? Hoe heette de godin van de jacht bijvoorbeeld in het Grieks en in het Latijn? En hoe heette de oorlogsgod Mars bij de Grieken? Op de encyclopedia mythica, een van de grootste mythologiewebsites die op het internet te vinden zijn, staat een lijst met goden- en godinnennamen bij de grieken en de romeinen. Van Amphitrite tot Zephyrus, compleet met een bio. Er is ook een lijst romeins-grieks en een stamboom ontbreekt ook niet.

het verhaal ging … [4]

Deze maand lees ik de Metamorphosen van Ovidius
vandaag: Argus, Io en Mercurius
Argus was een zonderling wezen met honderd ogen waarvan er om beurt twee rustten terwijl de anderen de waakten. Waar Io zich ook bevond, nooit was het haar gegund om buiten het bereik van Argus’ blik te blijven. Het lot van de arme Io was wreed want bij daglicht mocht ze grazen, maar zodra de zonnewagen achter de horizon verdween en Somnus zich over de mensen ontfermde, werd haar eens zo lieflijke hals aan zware kettingen vastgelegd. Haar voedsel bestond uit bladeren en met modderig water moest zij haar dorst lessen. Als bed moest ze de grond gebruiken, zelfs wanneer die niet bedekt was met een dun laagje gras. Toen ze haar klachten probeerde te uiten, weerklonk alleen een akelig geloei dat zelfs haar schrik aanjoeg.
Mercurius
Peter Paul Rubens, Mercurius doodt Argus
Ovid, Met. I, 711-712
Bliksemsnel greep Mercurius zijn zwaard en trof Argus daarmee op de plaats waar zijn hoofd aan de nek vastzat. Daarna duwde hij hem van de rots zodat zijn bloed een blijvend spoor op de helling achterliet. Argus was stervende. Zijn eens zo waakzame ogen hadden zich nu voorgoed gesloten. Maar toch zou hij nooit vergeten worden want Juno zou de lichtjes van zijn eens zo fonkelende ogen opnemen in haar pauwenstaart.
Toen ze op zekere dag een blik wierp in het heldere water van de Inachus, deinsde ze verschrikt terug. Het deed haar immens veel pijn dat zelfs haar eigen vader haar niet lieflijk streelde maar haar slechts afgeplukt gras aanreikte. Ze likte haar vaders handen en liet haar hete tranen stromen. Als ze nu had kunnen spreken, had ze tenminste hulp kunnen vragen…
Ik droomde van een huwelijksfeest en hoopte op een schoonzoon en ja, zelfs op kleinzoons, maar nu behoor je tot het vee

Met haar poot maakte ze een teken in de zandgrond en bracht zo haar vader op de hoogte van haar vreselijke lot. Hangend aan de hals en horens van de sneeuwwitte koe riep Inachus ontzet: “Ben jij het kind naar wie ik overal heb gezocht? Je kunt niet antwoorden en niet praten, alleen mijn vragen met loeien beantwoorden? Ik droomde van een huwelijksfeest en hoopte op een schoonzoon en ja, zelfs op kleinzoons, maar nu behoor je tot het vee en doet elke aanblik mijn mooie dromen vervagen. O, mocht een spoedige dood mij van deze kwelling bevrijden! Maar ik ben een god en voor mij zullen de poorten van de onderwereld nooit opengaan; ik zal wegkwijnen van verdriet.” Maar Argus duwde hem weg en sleurde Io mee naar afgelegen weiden. Hij nam plaats op een hoge bergtop vanwaar hij een goed zicht had.
 
Bron: satura-lanx.telenet.be/Ovidius

Kroon’s mythologisch woordenboek