Maandelijks archief: juli 2006

het verhaal ging … [19]

Deze maand lees ik de Metamorphosen van Ovidius
vandaag: Thereus en Philomela
Toen ze na een voorspoedige reis in Thrakiëwaren aangekomen, sleepte Tereus de Atheense prinses mee naar een schaapsstal in de bergen, verborgen in een eeuwenoud bos. De doodsbange en wanhopig huilende Philomela vroeg hem waar Procne nu toch was, maar als antwoord vertelde Tereus haar wat hij voor haar voelde, wat hij dus van haar verlangde en toen hij niet goedschiks kreeg wat hij wou, verkrachtte hij het meisje ondanks haar wanhopige kreten om hulp, ook al riep ze de goden aan…
Philomela
Baur, Metamorphosen 1703
Toen ze zo onteerd was, beefde Philomela als een lam dat bloedend ontsnapt is aan de bek van een wolf maar zich nog niet veilig voelt, of als een duif die trillend, met veren die met bloed bespat zijn, huivert bij de herinnering aan de gierenklauwen die haar zopas nog vasthielden.
Maar de goden zullen wraak nemen… Ik zal wat je gedaan hebt, niet verzwijgen.

Maar toen de gruwel van wat er gebeurd was tot het meisje doordrong, begon ze zich de haren uit te rukken, sloeg zich de armen blauw en schreeuwde haar verkrachter toe: “Jij barbaar! Is dat het respect dat je opbrengt voor de afscheidswoorden van mijn vader? Is dat een bewijs van je liefde voor mijn zuster? Is het zo dat jij een maagd behandelt? Jij bent verantwoordelijk voor wat hier gebeurd is, jij overspelige echtgenoot, en Procne zal zich hiervoor wreken. Dood me dan! Waarom aarzel je? Een schoft als jij deinst toch voor geen enkele misdaad terug? Ik wou dat je me vermoord had voor je me verkrachtte, dan was ik nog een reine schim in de onderwereld geweest! Maar de goden zullen wraak nemen… Ik zal wat je gedaan hebt, niet verzwijgen. Als ik uit deze krocht ontsnap, zal ik alles aan iedereen vertellen; als je me hier in de bossen opgesloten houdt, zal ik je misdaad door de bossen schreeuwen en de stenen zullen het voortvertellen! De hemel zal het horen en de goden zullen ingrijpen!”
 
Bron: satura-lanx.telenet.be/Ovidius

The Ovid Project | Kroon’s mythologisch woordenboek

hoofdzonden die nergens toe leiden

gisterenavond gezien op Net 5: Se7en (1995) van David Fincher

se7enDe geweldadige thriller is niet mijn favouriete genre. Maar als deze knap gemaakt is, dan kijk ik er toch naar. Dat was de reden om eindelijk eens Se7en te gaan zien, naast Pulp Fiction een van de meest bejubelde films van de jaren 90. Het is een donkere vette film met mooie rollen van Morgan Freeman als bedaarde rechercheur en Brad Pitt als agressieve jonge hond. Ze worden op een zaak gezet die leidt naar een gestoorde seriemoordenaar waardoor de thriller dicht het horrorgenre nadert. Maar David Fincher is spaarzaam met shockeffecten en gebruikt meer de suggestie en de dialogen om de gruwelijkheden ‘in beeld’ te brengen.

Zoals in elke betere thriller is het juist de psychologische laag die de film interessant maakt. De seriemoordenaar, genaamd John Doe (Pietje Huppeldepup), is geobsedeerd door de zeven hoofdzonden en gebruikt zijn moorden om te ‘preken’. De moorden komen met elkaar in verband te staan doordat er telkens bij het slachtoffer een van de hoofdzonden met grote letters geschreven is. Het eerste slachtoffer, een dikke man wordt gevonden met het woord ‘vraatzucht’, het tweede slachtoffer, een advocaat met het woord ‘hebzucht’. Later in de film zegt de moordenaar: „We zien elke dag een zonde gebeuren, maar we accepteren het. Omdat het normaal is. Omdat we het hebben aanvaard als de gang van zaken.„

Se7en
Rechercheur Sommerset en Mills in de schuilplaats van de seriemoordenaar

In vlagen doet deze John Doe mij denken aan kolonel Curtz uit Apocalyps Now, of aan Raskolnikov uit Crime and Punishment: ze hebben met elkaar gemeen dat ze een ‘logica’ zijn gaan aannemen, waar geen speld tussen te krijgen is, maar die uiteindelijk wéll extreem immoreel is. Ik geloof dat ik deze figuren niet zo interessant vind. Wat mij wéll intrigeert, is dat ze gedeeltelijk onder mijn huid kruipen. Ze confronteren mij met de immoraliteit die diep in mij leeft en hoe ik deze in het dagelijks leven kanaliseer.

Wie naar het zwaard grijpt,
zal door het zwaard omkomen.

In het proces dat Raskolnikov doormaakt, wordt dit het zorgvuldigst uitgewerkt en met het enige echte resultaat: de bekering door het berouw. In Apocalyps Now en Se7en maken de gestoorde geesten dit proces niet mee en laten ze zich gretig slachtofferen, dat eigenlijk neerkomt op zelfmoord op verzoek. Apocalyps Now en Se7en blijven voor mij daardoor sombere films die geen hoop geven, heel anders dan in Schuld en Boete dat wéll naar een uitweg wijst uit de duivelse logica waarin de moordenaar gevangen zit.

Het verhaal is u waarschijnlijk welbekend: rechercheur Somerset (Morgan Freeman) wordt tijdens zijn laatste week opgezadeld met een jongere collega die hem zal opvolgen, David Mills (Brad Pitt). Wat mooi is aan het team van deze film, is dat ze de gemeenplaatsen overstijgen. Ik bedoel, een white cop, black cop team, dat is toch een huizenhoog cliché? Maar hier hebben de twee flikken het niet zo voor elkaar, ze verschillen als dag en nacht: Somerset is een bedaarde intellectueel die met een sombere blik (Freeman op z„n best) door het leven stapt. Hij heeft alles al gezien, en aanvaard, hoewel het hem niet bevalt. Mills is een gretige jonge hond, niet al te slim, die denkt de wereld te kunnen verbeteren. Deze twee zijn blank en zwart in meer dan één betekenis.
 
Bron: digg.be

sevenmovie.com

het verhaal ging … [18]

Deze maand lees ik de Metamorphosen van Ovidius
vandaag: Hermaphroditus en Salmacis
Het water was zo uitnodigend dat hij eerst zijn tenen, dan zijn voeten tot aan de enkel in de vijver stak. Het voelde lekker aan; daarom trok hij vlug zijn kleren uit. Salmacis bekeek het prachtige, naakte jongenslichaam met glinsterende ogen, haar verlangen werd steeds groter…
Ze bleef aan hem vastgeklampt en vroeg de goden dat Hermaphroditus voor altijd bij haar zou blijven.

Ze kon niet meer blijven zitten, ze wou nu over hem beschikken! De jongen dook in het water en zwom glinsterend rond. ‘Nu heb ik hem!’ dacht ze, ‘Nu heb ik gewonnen!’ Ze liep snel naar de vijver, gooide haar kleren af en dook in het water.

salmacis
Bartholomeus Spranger, 1546-1611
Hermaphroditus en Salmacis
Ze omarmde hem en kuste hem tegen zijn zin, ze streelde zijn onwillig lichaam en ze klemde zich tegen de jongen aan. Hij stribbelde tegen, rukte zich los en bleef zich koppig verzetten. Maar voor Salmacis was dat geen reden om te stoppen. Ze bleef aan hem vastgeklampt en vroeg de goden dat Hermaphroditus voor altijd bij haar zou blijven. Wat de goden ook toestonden: Hermaphroditus en Salmacis groeiden samen tot een persoon, een tweeslachtig wezen, half man en half vrouw.
 
Toen Hermaphroditus merkte dat hij, die als een man in de vijver was gedoken, er in een halve vrouw en een halve man veranderd was, vroeg hij met een stem die geen echte mannenstem meer was, zijn ouders dat voortaan elke man die in dit water zou zwemmen, er als een halve man weer zou uitkomen. Mercurius en Venus vervulden die wens en gaven het water die verdorven wonderkracht.”
 
Bron: satura-lanx.telenet.be/Ovidius

Kroon’s mythologisch woordenboek