Maandelijks archief: juli 2015

meer is meer !

rococo in OberBayern

Tijdens onze vakantie door OberBayern bezochten we weer een aantal kerken. In Zuid-Duitsland en Tirol vind je de meest uitbundige kerkinterieurs ter wereld. De meeste zijn gebouwd tussen 1740 en 1770 in de periode dat het rococo in de mode was. Ik ben deze stijl de laatste jaren pas gaan waarderen, nadat ik lang tegengehouden ben door beeldvorming: krullen staan nu eenmaal onder de zware verdenking van kitsch, terwijl eenvoudig en minimalistisch daarentegen meestal geassocieerd worden met kunst.

Deze beeldvorming is alomtegenwoordig. Bijna alle klanten voor wie ik de afgelopen vijftien jaar websites maakte, verklaarden met klem geen “toeters en bellen” te willen en met de mantra “minder is meer” was er meestal volmaakte consensus. Eenvoud is nu eenmaal het kenmerk van het ware. En van de goede smaak.

Ettal
rocaille in de abdijkerk van Ettal

Complexe structuren en “drukke” kunstwerken diskwalificeren zich in deze beeldvorming. Toch is dat onzin. We zijn geconformeerd aan het moderne smaakoordeel waarin “minder is meer” per definitie beter is dan “alle registers open”. In het midden van de achttiende eeuw was het smaakoordeel precies omgekeerd. Minder was gewoon minder en meer was gewoon meer! Versieringen waren chique en sober was kaal en armoedig. Het conformisme in die tijd volgde juist de tegengestelde richting.

We zijn geconformeerd aan het moderne smaakoordeel waarin “minder is meer” per definitie beter is dan “alle registers open”.

De barokke visie gaf ruimte voor overvloedig versierde interieurs. Maar vaak zijn deze zwaar en drukkend. In het rococo dat zich na 1730 van de barok begint te onderscheiden, wordt alles lichter. In de eerste plaats de kleuren. De pastelkleuren uit het rococo geven het interieur de lichtheid van een Italiaanse ijssalon. De ornamentiek verandert ook. In plaats van zware vergulde lijsten en cartouches, druipt en slingert er een zwierig rocaille langs de muren. De vormen zijn asymmetrisch geworden zodat ze meer ademen als de symmetrische barokvormen en vrijer bewegen.

preekstoelen
de preekstoelen in de kerk in Steingaden (links)
en in de Wieskirche (rechts)

Het interieur van het kleine kerkje in de Wies (bij Steingaden) wordt beschouwd als het mooiste rococokerkje ter wereld. We bezochten het in juni voor de derde keer. Elke keer ga ik het meer waarderen. Een van de bijzondere dingen van de Wieskirche is de balans tussen ornamentiek en kale witte muren. Pas halverwege de witgepleisterde muren en het plafond begint het rocaille te bewegen. Het lijkt wel een branding. Het plafond is een betoverende onderwaterwereld met “koraalriffen” van rocaille. Die associatie is overigens niet vreemd, want het rocaille is oorspronkelijk een schelpmotief.

Salzburg
fresco (detail) in de St Peter in Salzburg. Typerend voor het rococo zijn de pastelkleuren.

Franklin & Canada

aan het lezen in Het jaar 1759 – Een doorsnede van de Verlichting
van Paul Frentrop (2014)

1759In mijn vorige stukje over Het jaar 1759 – Een doorsnede van de Verlichting merkte ik op dat Paul Frentrop in het hoofdstuk over de French and Indian War (Oost en West) de Slag om Quebec op 13 september 1759 onvermeld laat. Maar in het hoofdstuk over Benjamin Franklin brengt hij dit keerpunt in de geschiedenis van de strijd om Noord-Amerika tussen de Engelsen en de Fransen gelukkig wel ter sprake. En meer nog. Hij schrijft ook over de nasleep van deze veldslag die nog geen kwartier duurde maar het leven kostte van beide bevelhebbers, de generaals James Wolfe en Louis-Joseph de Montcalm.

Benjamin Franklin die op dat moment in Londen verbleef, speelde een belangrijke rol in de onderhandelingen tussen de Engelsen en de Fransen. Als geboren Amerikaan maakte hij zich sterk van de positie van de Amerikaanse kolonisten, op dat moment nog onderdanen van George III, de koning van Engeland. Franklin wilde per se dat de Fransen uit Noord-Amerika zouden verdwijnen en dat Canada moest worden opgegeven.

Engeland had weinig belang bij Canada en veel Engelsen hadden liever het suikereiland Guadeloupe in plaats van de koude en vochtige wouden van Canada. Maar de Fransen waren voor de Amerikaanse kolonisten gevaarlijk omdat ze nog altijd de plaatselijke indianenstammen tegen hen konden opzetten. Canada moest dus onder de Engelse kroon.

Canada 2013
Canadese postzegel uit 2013 eert Benjamin Franklin die er voor pleitte dat Canada onder de Engelse kroon moest komen.

In 1760 publiceerde Franklin het pamflet The Interest of Great Britain Considered, With Regard to Her Colonies. Hierin pleit hij ervoor dat heel Canada bij Engeland moet komen. Het argument dat het land te groot is en te noordelijk gelegen om optimaal gekoloniseerd te kunnen worden, ontkracht hij:

The objection I have often heard, that if we had Canada, we could not people it, without draining Britain of its inhabitants, is founded on ignorance of the nature of population in new countries. When we first began to colonize in America, it was necessary to send people, and to send seed-corn; but it is not now necessary that we should furnish, for a new colony, either one or the other. The annual increment alone of our present colonies, without diminishing their numbers, or requiring a man from hence, is sufficient in ten years to fill Canada with double the number of English that it now has of French inhabitants.
 
Bron: The Interest of Great Britain Considered, With Regard to Her Colonies
kaart van Amerika in 1763
kaart van Noord-Amerika in 1763 (detail): de westelijke grenzen van de Britse kolonies worden voorlopig doorgetrokken tot aan de Mississippi.

Franklin had succes want op 10 februari 1763 werd het Verdrag van Parijs ondertekend waarmee Frankrijk afstand deed van alle gebieden in Noord-Amerika. Canada viel voortaan onder Engeland, maar tot op de dag van vandaag wordt in Quebec Frans gesproken.

kunstwerk van het leven

aangekomen op blz. 400 van Goethe – kunstwerk van het leven (2015)
van Rüdiger Safranski (vertaald door Mark Wildschut)

Goethe - kunstwerk van het levenEen nieuwe gezaghebbende biografie over het natuurverschijnsel Goethe, welke biograaf durft zich daar nog aan te wagen? Biograaf én filosoof Rüdiger Safranski deed het. En hoe. Bij het verschijnen in augustus 2013, werd de biografie door de Frankfurter Allgemeine gelijk gecanoniseerd: “Het boek van Safranski zal voor lange tijd het standaardwerk over Goethe blijken te zijn.” lezen we op de flap van de Nederlandse vertaling, die twee maanden terug verscheen. FAZ- criticus Lorenz Jäger schreef:
Er hat ein Buch geschrieben, das, in seinen Vorzügen wie in seinen Schwächen, wohl auf einige Zeit das Hausbuch der Goethe-Liebhaber bleiben wird.

Safaranski‘s palmares zijn indrukwekkend: de afgelopen deritg jaar schreef hij lijvige biografieën over E.T.A. Hoffmann (1984), Schopenhauer (1988), Heidegger (1994), Nietzsche (2000) en Schiller (2004). Daarna schreef hij in 2007 een prachtig boek over de Duitse Romantiek. Sinds 2003 koop ik elk boek van hem, meestal in een voortreffelijke vertaling van Mark Wildschut.

Johann Wolfgang Goethe (1749-1832) wordt alom beschouwd als een van de grootste Duitse literaire personen: dichter, roman- en toneelschrijver, criticus, jurist, wetenschapper en politicus. Misschien wel de laatste homo universalis, even klassiek als Shakespeare en Dante. Goethe. Kunstwerk van het leven is niet de eerste biografie van Goethe maar het is zeker de meest gezaghebbende. Rüdiger Safranski is een van de grootste biografen van onze tijd en zijn ongeëvenaarde kennis van en fascinatie met zijn onderwerp zijn al gebleken uit zijn beroemde biografie van Schiller en zijn portret van de vriendschap tussen Schiller en Goethe. Hij baseert zich zo veel mogelijk op de primaire bronnen: het werk zelf, brieven en dagboeken, getuigenissen van tijdgenoten. Het uitzonderlijk rijke leven van Goethe wordt door Safranski op magistrale wijze verbeeld.
 
Bron: athenaeum.nl

Goethe, der urbanisierte Olympier [ faz.net ]