Eigenlijk hou ik helemaal niet van misdaadfilms maar voor film noir heb ik een groot zwak. De zwartwit-cinematografie, belichting en het tijdsbeeld zuigen me altijd weer een nieuwe noir binnen. In het public domain staan honderden films waarvan het copyright om verschillende redenen niet verlengd is en die dus legaal via het internet getoond mogen worden, zoals op het YouTube-kanalen Full Moon Matinee en Cult Cinema Classics. In september keek ik naar drie film noirs uit de periode 1946-1953. Vandaag: City that never sleeps van John H. Auer
City that never sleeps geeft net als The Naked City (1948) en He walked by night (1948) een inkijkje in het nachtelijke politiewerk in een bruisende (en criminele) metropool en past in de traditie van M. Eine Stadt sucht einen Mörder (1931) van Fritz Lang.
De film begint met een voice over die een stapje verder gaat dan de verteller in The Naked City : “Another day, another ball of fire rising in the summer sky. The city is quiet now, but it will soon be pounding with activity. This time yesterday, Jean Dexter was just another pretty girl, but now she’s the marmalade on 10,000 pieces of toast.”
The City that never sleeps begint met: “I am the city, the hub and heart of America… (…) The city at night. A million homes, three and a half million people, all different from one another. People lovin’, people hatin’, people stealin’, people prayin’…” De stad treedt hier dus zelf op als een personage. Deze introduceert de hoofdrolspelers in de film, te beginnen met “the mechanical man”, eerder een surrealistisch element die bij mij Cesare uit Das Cabinet des Dr. Caligari (1920) in de herinnering oproept.
City That Never Sleeps speelt zich af in Chicago en volgt een nacht in het leven van politieagent Johnny Kelly (Gig Young), die worstelt met een onbevredigend huwelijk en een affaire met nachtclubdanseres Sally “Angel Face” Connors (Mala Powers). Johnny overweegt zijn baan op te geven om met Sally te vluchten, terwijl hij worstelt met zijn geweten en de verleiding van corruptie. Ondertussen raakt Johnny betrokken bij een zaak rond de crimineel Hayes Stewart (Edward Arnold), een corrupte advocaat die een jonge dief, “Mechanical Man” (Wally Cassell), manipuleert om een misdaad te plegen. De verhaallijnen kruisen elkaar wanneer Johnny’s pad dat van Stewart en andere louche figuren kruist, waaronder een femme fatale (Marie Windsor) en een vastberaden sergeant (William Talman).