Maandelijks archief: januari 2005

identiteit

Gisteren was het 230 jaar geleden dat Friedrich Wilhelm Schelling geboren werd (1775) en 191 jaar geleden dat Johann-Gottlieb Fichte stierf (1814). Maar 27 januari is ook de dag dat de bevrijding van Auschwitz herdacht wordt en elke andere herdenking hoort daarbij in de schaduw te staan. Zeker als het gaat om de geboorte- en sterfdag van twee belangrijke vertegenwoordigers van de Duitse identiteitsfilosofie. Meer dan welke ander filosofie heeft het Duitse idealisme, dat tweehonderd jaar geleden aan zijn opmars begon, bijgedragen tot het ontstaan van het nationalisme in Duitsland ( maar ook elders in Europa ).

En toch, juist in deze tijd waarin de multiculturele samenleving opnieuw gestalte moet krijgen en de eigen identiteit (van de autochtoon) niet meer taboe is, zou het goed zijn om te onderzoeken wat de identiteitsfilosofie ons te zeggen heeft.

Friedrich Wilhelm Schelling ( 1775 – 1854 )

Van Schelling heb ik de vertaling Filosofie van de kunst (Boom, 1996) en de grondtekst van Ueber das Wesen der menschlichen Freiheit (Reclam Verlag) in mijn boekenkast staan. De inleiding van Filosofie van de kunst telt ruim 30 pagina’s en is geschreven door Jos de Mul. Gedeeltelijk is deze inleiding terug te vinden in zijn essay Kunst als organon over de romantische esthetica van Schelling, waaruit het onderstaande citaat:

( … ) Op de jonge Schelling maken deze denkbeelden (van Fichte) een verpletterende indruk en in zijn eerste geschriften verkondigt hij onomwonden Fichtes standpunt dat het absolute Ik principe van alle weten is. Toch geeft Schelling van meet af aan een eigen wending aan Fichtes filosofie. Volgens Schelling kan het oneindige Ik zich slechts van zichzelf bewust worden door zich te objectiveren, dat wil zeggen door eindig te worden. In de Abhandlungen van 1796/7 drukt Schelling het als volgt uit:
“De geest is slechts inzoverre geest als hij zichzelf tot object maakt, dat wil zeggen, eindig wordt. Daarom kan hij niet oneindig zijn zonder eindig te worden, noch kan hij (voor zichzelf) eindig worden zonder oneindig te zijn. Hij is daarom geen van beide, noch oneindig noch eindig alleen, maar in hem is de oorspronkelijkste vereniging van oneindigheid en eindigheid”.
Schelling gaat hier dus uit van een oorspronkelijke toestand, waarin de oneindige geest en de eindige natuur op een onbepaalde wijze identiek zijn. We zullen zien dat dit idee van een absolute identiteit in Schellings latere filosofie steeds meer op de voorgrond zal treden.
Johann Gotlieb Fichte ( 1762 – 1814 )

schelling.org
Links in het Internet over de klassieke Duitse filosofie
Kant und der Deutsche Idealismus
The Society for German Idealism
German Idealism [The Internet Encyclopedia of Philosophy]

vlammende liefde

… wat ongetwijfeld een vlammende liefde voor PHP zal worden (want PHP gebruiken is PHP liefhebben.)

Deze regel kwam ik gisteren tegen in PHP4 het complete handboek geschreven door Tim Converse en Joyce Park. Er zijn blijkbaar mensen die een hartstochtelijke liefde opvatten voor een computertaal. Ze spreken dan zelfs in de taal van een verliefde: over de elegantie van het script, de soepelheid van de variabelen, de helderheid van de syntax en ga zo maar door. Op het web verzamelen ze zich in communities en forums om met elkaar hun passie te delen.

Ik ben zelf een newby in PHP maar ik begrijp dat enthousiasme wel. Een helder script kan in één keer de geest verlichten, net zoals een gedicht daartoe in staat is.

ik tracht op poëtische wijze
dat wil zeggen
eenvouds verlichte waters
de ruimte van het volledige leven
tot uitdrukking te brengen
(Lucebert)

Eigenlijk geloof ik niet in de tegenstelling alphatype-betatype. Wel zijn er twee verschillende sferen in ons bewustzijn: zo gloeit het hart doorgaans eerder op van “ik hou van jou” dan van “e=mc2″. Maar het hoofd en het hart maken deel uit van één lichaam en zijn dus nooit van elkaar gescheiden. Nu er in het maatschappelijk debat over de Islam zo vaak het woord Verlichting valt, zou daar wel eens wat meer aandacht aan mogen worden besteed.

Er bestaat geen Verlichting zonder Verwarming.