Maandelijks archief: december 2006

golden years [ 1 ]

Op Tweede Kerstdag gaat de Top 2000 weer van start

Voor de achtste keer wordt tussen kerst en nieuwjaar de top 2000 uitgezonden, inmiddels uitgegroeid tot het radio evenement van het jaar. Vanaf de eerste editie in 1999 is de top 2000 een multimedia- en interactief fenomeen: je kunt via internet met een webcam in de studio gluren, meeouwehoeren in een chatroom en bij alle 2000 platen kun je op de prachtige website een persoonlijk verhaal kwijt. Dat was op tweede kerstdag 1975 of 1976 wel anders toen ik met een klein cassetterecordertje en een radio op mijn kamer de top 100 zat op te nemen en geen plaat wilde missen omdat ik alles op wilde schrijven. De lijstjeshonger zat er blijkbaar al vroeg in, nu heb ik nog alle zeven lijsten van de top 2000 (1999-2005) bewaard en vandaag komt daar weer eentje uit de krant bij.

Dé lijst brengt zelf weer talloze lijstjes voort. Natuurlijk is er elk jaar ook weer het lijstje met bands die de meeste platen in de top 2000 hebben staan: de Beatles of de Stones? Hun hoogstgenoteerde plaat staat dit jaar niet hoger dan nr. 22 (Hey Jude) en nr. 21 (Angie).

Opvallend is dat die andere Britse band Pink Floyd hen driemaal voorbijstreeft: nr. 20 (Comfortably Numb), nr. 14 (Shine on your Crazy Diamond) en nr. 8. (Wish you were here)

Ook de Dire Straits doen het niet slecht met drie platen in de hoogste regionen: nr. 31 (Private Investigations), nr. 27 (Sultans of Swing) en nr. 20 (Brothers in Arms)

De beste tien platen van de top 2000 zijn traditioneel platen uit de jaren zeventig. Nieuwkomers zijn Avond (1997) van Boudewijn de Groot en Clocks (2003) van Coldplay.

Top 2000 a gogo
Matthijs van Nieuwkerk
presenteert Top 2000 a gogo

Ad VisserDe top 2000 is niet alleen bekend van radio en internet, maar komt elke draaidag ook op televisie. Top 2000 a gogo is gezellige groepsTV op z’n best. Het valt me steeds weer op dat in het café de veertigers domineren. Daarbij zijn de presentator en zijn ‘rots in de branding’ ook de veertig gepasseerd. Misschien komt het omdat de gouden jaren van de popmuziek ongeveer samenvielen met het Ad Visser-tijdperk, de jaren zeventig dus. De veertigers spreken natuurlijk met ironie over ‘hun jonge jaren’, want ze voelen zich uiteraard nog steeds jong. Maar er iets dat voorbij is en dat mag gekoesterd worden.

Ad Visser, icoon van de seventies
Welke veertiger is niet met TOPPOP opgegroeid?

It was a very good year (1965) van Frank Sinatra staat op nummer 737. Een mooie plaat voor iedereen die weemoedig maar tevreden kan terugblikken op zijn leven. Een plaat die net als vintage wine steeds beter wordt.

When I was seventeen
It was a very good year
It was a very good year for small town girls
And soft summer nights
Wed hide from the lights
On the village green
When I was seventeen

When I was twenty-one
It was a very good year
It was a very good year for city girls
Who lived up the stair
With all that perfumed hair
And it came undone
When I was twenty-one

When I was thirty-five
It was a very good year
It was a very good year for blue-blooded girls
Of independent means
Wed ride in limousines
Their chauffeurs would drive
When I was thirty-five

But now the days grow short
Im in the autumn of the year
And now I think of my life as vintage wine
from fine old kegs
from the brim to the dregs
And it poured sweet and clear
It was a very good year

It was a mess of good years

Doe mee aan een onderzoek van de Universiteit Tilburg over muziek en tranen.
Top 2000 – de volledige lijst

Romeinse beelden

bladerend door Archeologie Magazine
kwamen herinneringen aan Rome (1980-1981) naar boven

AM 2006In het zomernummer (nr. 4 2006) van Archeologie Magazine stond een special over de Eeuwige Stad. In 1980 en 1981 was ik er samen met mijn broer. Het eerste museum dat we toen bezochten, was het Museo dell’ Ara Pacis waar de Ara Pacis staat, het Altaar van de Vrede. Dit monument werd vlak voor de geboorte van Christus gemaakt in 13-9 v. Chr. in opdracht van de senaat ter herdenking van de succesvolle veldtochten van keizer Augustus in Galliëen Spanje. Pas in de vorige eeuw werd het altaar weer opgegraven en onder Mussolini werden de delen die verspreid waren geraakt weer bij elkaar gebracht. Hij identificeerde zich uiteraard graag met Ceasar en evenals keizer Augustus vierde hij een overwinning graag met een monument opgedragen aan de Vrede.

Ara Pacis
Ara Pacis, 13-9 v. Chr.
Tellus Tellus
Een van de mooiste panelen van de Ara Pacis: Pannello della Tellus vanuit verschillende hoeken gezien.

Een ander museum dat we in 1980 bezochten, was het Musei Capitolini, toen nog een rommelige beeldenzolder maar inmiddels een volwassen museum. Ik kocht er toen een serie ansichtkaarten met bustes van beroemde personen: Socrates, Augustus, Cicero, Nero en Livia. Puntgave beelden en verbluffend naturalistisch.

Lupa Capitolina
Lupa Capitolina, 5e eeuw v. Chr.

De Capitolijnse Musea zijn ongetwijfeld dé musea voor Romeinse beeldhouwkunst. Hoogtepunten zijn o.a. de bronzen Lupa Capitolina uit de vijfde eeuw voor Christus (hierboven), de hal van de keizers, de hal van de filosofen en de stervende Galliër (onder).

stervende Galliër
de stervende Galliër
hellenistisch beeld (323 – 30 v. Chr.)

De Stervende Galliër is een van de bekendste beelden van de klassieke oudheid en van de hellenistische periode. Men heeft over het beeld geen gegevens tijdens de middeleeuwen. De eerste gegevens die men vindt over het beeld dateren van 1623. Het marmeren beeld was toen een onderdeel van de collectie van de Ludovisi familie in Rome. Tijdens deze periode (17e eeuw) ontstonden er echter een aantal verkeerde interpretaties over het beeld. Men dacht dat het beeld een verslagen gladiator was. Dit leidde tot verschillende namen voor het beeld, zoals de stervende of gewonde gladiator, de Romeinse gladiator en de stervende murmillo.

In 1797, tijdens de invasie van Italië, werd het beeld door Napoleon Bonaparte meegenomen naar Parijs. In 1815 werd het beeld terug naar Rome gebracht en werd het geplaatst in de Musei Capitolini. Er zijn verschillende kopieën van het beeld te bewonderen o.a. in het Museum of Classical Archaeology aan de universiteit van Cambridge, de Courtauld Institute of Art aan de universiteit van Londen, maar ook in Berlijn, Praag en Stockholm.

Bron: nl.wikipedia.org

Marcus Aurelius
Standbeeld van Marcus Aurelius,
161-180 na Chr.

Het beroemde bronzen ruiterstandbeeld van Marcus Aurelius staat sinds 1990 binnen in de Musei Capitolini In 1980 zag ik het nog staan op het Campidoglioplein voor het Capitool waar het in 1538 in opdracht van paus Paulus III door Michelangelo geplaatst was. Tegenwoordig staat er een kopie. Toen Andrei Tarkovsky het beroemde beeld in zijn film Nostalgia (onder) in 1983 een rol liet spelen, werd het origineel gerestaureerd.

Nostalgia
De dwaas uit Nostalgia spreekt het volk van Rome toe en steekt zichzelf daarna in brand op een kopie van het ruiterstandbeeld van Marcus Aurelius

Het standbeeld van Marcus Aurelius is het enige ruiterstandbeeld dat ongeschonden bewaard is gebleven tot in onze dagen. In de tijd dat het geplaatst werd (het werd opgericht in 176 na Chr.) waren er talloze ruiterstandbeelden, maar deze zijn in later tijd allemaal verwoest door de christenen. Volgens de overlevering is het standbeeld tot in onze dagen bewaard gebleven omdat het geïdentificeerd werd met keizer Constantijn de Grote, die zich tot het christendom bekeerd had en vele kerken had laten bouwen.

Het is nog steeds onbekend waar het beeld oorspronkelijk gestaan heeft. Omdat het gaat om een ere-standbeeld, zou het gestaan kunnen hebben op het Forum Romanum of op het plein van dynastische tempel die de zuil van Marcus Aurelius omgaf (de huidige piazza Colonna). Volgens bronnen zou het beeld in elk geval vanaf het einde van de 9e eeuw na Chr. gestaan hebben bij het pauselijk Lateranenpaleis. Maar in 1538 werd het in opdracht van paus Paulus III op het Capitool geplaatst, omdat daar sinds 1143 het stadsbestuur gevestigd was. Vervolgens werd het in 1539 aan Michelangelo toegestaan om het beeld een andere plaats te geven in zijn nieuwe ontwerp van het plein. Zo werd het de spil van het nieuwe architektonische complex.

Bron: wiebekoo.nl

Archeologie Magazine

westcoast jam met nagalm

vandaag geluisterd naar: Gandharva (1971) van Beaver en Krause

GhandarvaTerwijl buiten op de stoep de hippies lagen te blowen, speelden Paul Beaver en Bernard L. Krause op 10 en 11 februari 1971 in de Grace Cathedral in San Francisco de sterren van het plafond. Ze kregen o.m. versterking van bariton saxofonist Gerry Mulligan die op kant 2 zijn eigen compositie By Your Grace speelt.

Gandharva (Kant B) is een van mijn favouriete platen uit het begin van de jaren zeventig. Is het nu ambient , fusion, westcoast jam of moog? Het maakt mij weinig uit, Gandharva is een unieke plaat en ik denk dat Roger Waters en David Gilmour ‘m ook gehoord hebben. Toetsenist Rick Wright kocht in 1974 twee mini-moogs voor de solopartijen in Shine On Your Crazy Diamond en kwam daarmee in de buurt van de ambient sound van Beaver & Krause.

Beaver en Krause waren niet de eersten die de akoestiek van een ruimte bewust benutten voor de sound van hun improvisatie. In 1968 had fluitist Paul Horn al een plaat opgenomen in de Taj Mahal. Er zouden later nog meer Inside-platen van hem verschijnen, die zowel in binnenruimte zijn opgenomen zoals Inside the Great Pyramid als buiten: Inside Monument Valley en Inside Canyon De Chelly. Waar Beaver en Krause nog net op het randje liggen en een beetje flirten met het oosterse, gaat Paul Horn er helemaal in en ‘sluit zichzelf op’ in het hokje New Age. Maar de liefhebber weet dat er van opsluiting of beperking geen sprake is; het is juist bevrijdend als je ergens bewust in gaat zitten en de harmonie der sferen (nada brahma) ervaart. Horn’s Inside-platen worden daarom over de hele wereld gebruikt voor meditatie.

Beaver & Krause waren eine der ersten Bands, die sich selbst einen Moog kauften (1966!), für Bob Moog das Instrument auf dem Monterey-Pop-Festival 1967 allen möglichen Bands andrehten (u.a. den Stones, den Byrds, G.Harrison), aber zu faul waren, es den Leuten auch zu erklären. Krause selbst war Mitglied der bekannten Folkband “The Weavers”, nahm nebenher mit Tonband und Mikro Natur- und andere Umweltgeräusche auf (heute macht er das professionell und hat ein lesenswertes Buch darüber geschrieben “Into a Wild Sanctuary: A Life in Music and Natural Sound”).
 
Die LP “Ghandarva” beginnt mit atonalen, aber leisen Moogspielereien, bevor “Saga of the blue Beaver” so klingt, als ob mal eben Santana aufgekreuzt wären, eine typische Westcoastjam mit toller Gitarre, Orgel und Congas und gut eingebetteten Moogsounds, die daran erinnern, dass hier eigentlich elektronisches stattfinden sollte. “Nine moons over Alaska” ist Moog pur, kalt und frostig sind die Sounds, aber Alaska liegt im hohen Norden, wie ein arktischer Wintersturm klingt der Song. Dagegen ist “Walkin’” die fantastisch gesungene Eröffnung des nachfolgenden Gospels, verhallt und mit leisem Piano unterlegt, immerhin wurde die ganze LP live in der Grace-Cathedral aufgenommen, und diese hat 7 Sekunden Nachhall.
 
Bron: babyblaue-seiten.de

The whole of Side Two (CD tracks 15-19) was recorded live in Grace Cathedral the evenings of February 10 and 11, 1971. It’s an unbelievable cavern about 150 feet long and over 90 feet high with a 7-second decay time. It allows you to use the whole space as an instrument, which was our intent. We set up mikes in the hall in such a way as to have the musicians walk through the four-channel space as part of the performance.

Grace Cathedral lends itself to many things, but not to strong, punctuated rhythms … mostly because of the very long echo time. This fit perfectly with our concept of Gandharva in that it begins on Side One at a point of dynamically tense energy with the “Saga Of The Blue Beaver,’ and diminishes through the end of the second side with nothing in the ending of the last cut (‘Bright Shadows’) but the ambient sound of the Cathedral itself.

Bron: gerrymulligan.info

Side Two
Gandharva 1:10
By Your Grace 5:14
Good Places 3:38
Short Film For David 5:30
Bright Shadows