op landgoed Rhederoord in De Steeg
Toen koning Willem I op het strand van Scheveningen landde, waren er nog Fransen die zich bleven verzetten. Zoals in de omgeving van Arnhem. Zij trokken zich terug in de bossen van de Veluwezoom. Daar werden ze op 30 november 2013 door Russische kozakken en Pruisische soldaten verslagen. Op zondagmiddag 1 december was er een reconstructie van deze veldslag te zien.
Er waren honderden reenactors uit binnen- en buitenland. De schitterend uitgedoste kozakken die opnieuw uit Rusland waren gekomen, trokken veel bekijks. Er waren duizenden toeschouwers en ik bedacht mij dat dit aantal in 1813 niet achter dranghekken langs het “levensgevaarlijke terrein” stond, maar op het slagveld verspreid lag. Er waren tweehonderd jaar geleden zeker 3700 doden en gewonden …
Terwijl ik tussen het publiek op “de veldslag” stond te wachten, mijmerde ik wat over het fenomeen “oorlogje spelen”. Na tweehonderd jaar spreken de Napoleontische oorlogen nog altijd tot onze verbeelding. Natuurlijk gaat het daarbij ook om esthetiek: de uniformen, de wapperende vaandels, de rituelen en natuurlijk de paarden. Het ziet er allemaal zo feestelijk uit. Het is oorlog zoals oorlog niet bedoeld is.
Geert Mak schrijft in In Europa dat in de Eerste Wereldoorlog “de romantiek van de oorlog” ten onder gaat in de loopgraven. De conservatieve Oostenrijkers hielden nog het meest vast aan deze valse romantiek. Ze hadden in 1914 nog altijd de mooiste uniformen en helmen met allerlei soorten pluimen erop. In de loopgraven was dat prijsschieten voor de vijand.
Met de slachtingen in Vlaanderen, Verdun en aan de Somme werd alles machinaal en grauw. De soldaat werd kanonnenvlees. De veldheren werden chateau generaals die zich veilig achter de frontlinie hadden teruggetrokken. Eer en romantiek verdwenen uit de oorlog. Logistiek en zakelijkheid werden dominant. Als je van mooie kostuums houdt, is dat misschien jammer. Maar het is beter zo, want oorlog moet lelijk zijn en er mag geen eer aan te behalen zijn.
In Waterloo (1970) hoor je de Engelse officieren onder elkaar zeggen “Moge God ons de overwinning schenken”. Maar Napoleon wil zoiets niet. “Laat God hier buiten!” zegt hij tegen zijn officieren. Het is de “wijsheid” van de zondaar die weet dat hij zondigt en dat God daar niets mee te maken heeft. Oorlog is goddeloos, lelijk en eerloos. Bij een reconstructie van een veldslag uit de Napoleontische tijd vergeet je dat gauw omdat het een lust voor het oog is.
rheden.nieuws.nl | ontzet van de Veluwezoom [ geldersegeschiedenis.com ]