Maandelijks archief: juni 2011

ornamenteninventarisaties

Principles of decorative design (1873) van Christopher Dresser
en L’Ornement Polychrome (1869-1888) van Auguste Racinet

De ontwerpen van motieven en patronen van Christopher Dresser zijn lang niet zo bekend als die van William Morris, maar Dresser is wel bekend doordat hij een paar invloedrijke naslagwerken schreef over decoratieve kunsten. Net als de wereldtentoonstelling was de ornamenteninventarisatie een typisch Victoriaans verschijnsel. De Victorianen beheersten de wereldzeeën, maar wilden ook heer en meester zijn over de geschiedenis. Zo catalogiseerden ze ontelbare kunst- en gebruiksvoorwerpen o.a. uit archeologische opgravingen. In de toegepaste kunsten werd dankbaar gebruik gemaakt van deze inventarisaties.

Dresser
Principles of decorative design (pag. 78-79)

In Frankrijk, waar men ook aan imperialisme deed (Napoleon had voor het Franse Keizerrijk bijvoorbeeld de Egyptische Oudheid al toegeëigend) verscheen L’Ornement Polychrome (1869-1888) van Auguste Racinet dat door de vele gedetailleerde kleurenplaten zo indrukwekkend was dat het Principles of decorative design ver achter zich liet. Toch heeft Christopher Dresser met zijn handboeken veel bijgedragen tot het ontwerp van het plantaardige motief en de ontwikkeling van de Jugendstil.

Racinet
twee platen uit L’Ornement Polychrome (1869-1888) van Auguste Racinet
Christopher DresserChristopher Dresser was born in Glasgow, Scotland. At age 13, he began attending the Government School of Design, Somerset House. He received training in design and took botany as his specialization. He lectured on the new subject of Art Botany to complete his studies before his appointment in 1855 as Professor of Artistic Botany in the Department of Science and Art , South Kensington. He wrote a series of articles that appeared in the Art Journal in 1857, “Botany as Adapted to the Arts and Art Manufactures.” In 1858 he sold his first designs. He was awarded a doctorate in absentia from the University of Jena, Germany in 1859 for his writings. From this early date his design work widened to include carpets, ceramics, furniture, glass, graphics, metalwork, including silver and electroplate, and textiles printed and woven. In 1865 the Building News reported that in the early part of his career he had been active as a designer of wallpapers, textiles and carpets thus the most active revolutioniser in the decorative art of the day. He wrote several books on design and ornament, including The Art of Decorative Design (1862), The Development of Ornamental Art in the International Exhibition (1862), and Principles of Design (1873).
 
Bron: en.wikipedia.org

principles of decorative design [ issuu.com ]

portretstudies [ 2 ]

portretten met dramatische belichting

Nu de zomerwende achter ons ligt en de dagen weer gaan korten, maakte ik een paar portretstudies bij kaarslicht. Het gouden, ‘zeventiende eeuwse’ licht ontstaat door een dun laagje rauwe sienna op de onderliggende withogingen. In plaats van tempera gebruikte ik acrylverf voor de onderschildering. Hierna wordt er met olieverf ‘gediept’ en ‘gehoogd’ om het portret meer reliëf te geven.

schetsboek
olieverfglacis op onderschildering in acrylverf

volg de meester [ 19 ]

drie landschappen van Carl Rottmann (1797-1850)

Begonnen aan drie kopieën van Griekse landschappen die Carl Rottmann vanaf 1835 in opdracht van koning Ludwig I van Beieren schilderde. Voordat Rottmann aan zijn magnum opus begon, maakte hij op kosten van de Beierse koning een studiereis door Griekenland. Samen met de architect Ludwig Lange verbleef hij achtereenvolgens in Nauplia, Korinthe en Athene. Vanuit Nauplia bezocht hij Tiryns, Mycene en Nemea. Vanuit Athene reisde hij naar Sparta, Thebe en Chalkis en naar de eilanden Delos en Naxos.

Carl Rottman
rauwe onderschilderingen in acrylverf

Zoals ik dit voorjaar al eerder schreef, was Rottmann een vertegenwoordiger van het realisme in de landschapsschilderkunst. Maar je zou hem ook onder de late Romantiek kunnen plaatsen, want zoals de meeste romantici hield hij van het ‘heroïsche’ landschap. Toen Caspar David Friedrich en Carl Blechen in 1840 beiden waren gestorven, was Carl Rottmann de belangrijkste Duitse landschapsschilder geworden. Persoonlijk vind ik Rottmann eerder een realist dan een romanticus. Over zijn werk ligt eenzelfde koele objectiviteit die je tegenkomt op geschilderde educatieve wandplaten. Ik associeer zijn landschappen daarom eerder met archeologie of volkenkunde dan met dichtkunst of mythologie.

Carl Rottmann
de landschappen van Carl Rottmann lijken soms veel op educatieve wandplaten uit een museum voor volkenkunde

volg de meester [ 1-19 ] | van oude meesters en dingen die niet voorbijgaan