Maandelijks archief: september 2016

Alma-Tadema en de film

Morgen opent de tentoonstelling Alma-Tadema – klassieke verleiding
in het Fries Museum in Leeuwarden tot februari 2017

catalogusMorgen opent in het Fries Museum in Leeuwarden Alma-Tadema – klassieke verleiding, de grootste tentoonstelling die dit museum ooit organiseerde. Afgelopen dinsdag was het al een item in het NOS journaal. Een paar dagen eerder zat Alma-Tadema ook al in het journaal door de ontdekking van een verloren gewaand schilderij van Alma-Tadema dat is opgedoken in het BBC-televisieprogramma Antiques Roadshow. Rond blockbusters is er altijd een mediacircus gemobiliseerd, dus deze ontdekking zal niet toevallig precies vóór de officiële opening, vanmiddag in Leeuwarden, wereldkundig gemaakt zijn.

Het grote publiek zal de schouders ophalen wanneer de naam van Lourens Alma-Tadema valt. Toch komen zijn schilderijen heel bekend voor, zo merkte Peer Ulijn op in de reportage die hij voor het NOS journaal maakte. Ze herinneren ons aan films als Ben Hur of Gladiator. De makers van de tentoonstelling zijn zich heel bewust van deze associatie. Curator en filmexpert Ivo Blom van de Vrije Universiteit Amsterdam heeft in de tentoonstellingscatalogus een essay geschreven over de relatie tussen het werk van Alma-Tadema en de film. Ook worden tijdens de tentoonstellingsperiode op woensdagmiddagen en vrijdagavonden een aantal films getoond, waarin de geest van Alma-Tadema aanwezig is.

Het zijn klassiekers uit de jaren vijftig en begin jaren zestig, de gouden tijd van de historische spektakelfilm. Maar ook worden films vertoond uit de eenentwintigste eeuw zoals Gladiator, Pompeii en Exodus: Gods and Kings. Het programma opent volgende week vrijdag (7 oktober) met de vertoning van een aantal korte films uit de pionierstijd, waaronder Gli ultimi giorni di Pompei van Arturo Ambrosio en Luigi Maggi. Alma-Tadema zou deze film zelf nog gezien kunnen hebben want hij dateert uit 1908.

Pompei 1908
still uit Gli ultimi giorni di Pompei 1908

Alma-Tadema had zich gespecialiseerd in scenes uit het dagelijks leven van de Romeinen. Voordat hij ging visualiseren, documenteerde hij zich eerst zorgvuldig, als een set decorator. Tot in de details moest alles geloofwaardig zijn en historisch verantwoord. De art directors van Hollywoodfilms als Ben Hur, Quo Vadis? en The Fall of the Roman Empire maakten dankbaar gebruik van zijn werk.

De meest opvallende referenties in films naar het werk van Alma-Tadema zijn de schilderijen The Egyptian Juggler in Gladiator, The Roses of Heliogabalus in L’Orgie romaine, The Finding of Moses in The Ten Commandments en Spring voor de triomftochten in Cajus Julius Caesar, Ben-Hur en Cleopatra. Opvallend zijn ook de vele referenties naar The Death of The First-Born in films als L’Exode, The Ten Commandments en Exodus: Gods and Kings.
 
Bron: sliekerfilm.nl
Cabiria 1914
still uit Cabiria 1914

Al eerder schreef ik hier en hier op mijn blog iets over de relatie tussen de historische schilderkunst uit de tweede helft van de negentiende eeuw en de vroege film. Hollywoodregisseurs als D.W.Griffith en Cecil B. DeMille lieten zich inspireren door Franse en Victoriaanse salonschilders als Jean-Léon Gérôme, Lord Frederick Leighton, John William Godward en Sir Lawrence Alma-Tadema. Een voorbeeld voor het historische spektakelstuk was de Italiaanse film Cabiria (1914). Deze maakte zo’n indruk op D.W.Griffith dat hij een paar jaar later een nog grotere filmset bouwde voor Intolerance.

Cabiria 1914
still uit Cabiria 1914
Ridley Scott erkende ronduit dat hij Gladiator had gedraaid in een stijl die hij ‘zwarte Tadema’ noemde, waar hij de luchtige pasteltinten van de schilder door zwart, goud, donkerrood en groen verving.

Klassiek Filmspektakel Alma-Tadema
 
vrijdag 7 oktober 19:00 uur (eenmalig!) Korte films
Gli ultimi giorni di Pompei (17′) van Arturo Ambrosio en Luigi Maggi / Italië, 1908
L’orgie romaine (10′) van Louis Feuillade / Frankrijk, 1910
Le fils de Locuste (16′) van Louis Feuillade / Frankrijk, 1911
Agrippina (19′) van Enrico Guazzoni / Italië, 1911
Tentoonstellingscurator en filmexpert Ivo Blom geeft een inleiding.
 
woensdag 12 oktober 14:30 uur & vrijdag 21 oktober 19:00 uur
Ben-Hur (1925)
woensdag 26 oktober 14:30 uur & vrijdag 4 november 19:00 uur
Quo Vadis? (1951)
vrijdag 18 november 19:00 uur & woensdag 23 november 14:00 uur
The Ten Commandments (1956)
vrijdag 2 december 19:00 uur & woensdag 7 december 14:00 uur
Ben-Hur (1959)
vrijdag 16 december 19:00 uur & woensdag 21 december 14:30 uur
The Fall of the Roman Empire (1964)
vrijdag 30 december 19:00 uur & woensdag 4 januari 14:30 uur
Gladiator (2000)
woensdag 11 januari 14:30 uur & vrijdag 20 januari 19:00 uur
Pompeii (2014)
woensdag 25 januari 14:30 uur & vrijdag 3 februari 19:00 uur
Exodus: Gods and Kings (2014)
 
Bron: sliekerfilm.nl

Alma-Tadema: Classical Charm [ ivoblom.wordpress.com ]
De schilder als set decorator [ W&V ]

Jihadisme en la Grande Terreur

In zijn dankwoord na de uitreiking van de Frank-Schirrmacher-Preis in Berlijn
diagnosticeerde Michel Houellebecq de toestand van Europa

OnderworpenDeze week ontving Michel Houellebecq in Berlijn de Frank-Schirrmacher-Preis en ik las de rede die hij afgelopen maandagavond in Berlijn uitsprak. Hiermee bevestigde hij het beeld dat ik over hem gevormd heb, vooral in de passage waarin zijn visie op prostitutie en het huwelijk naar voren komt. Europa zou volgens Houellebecq zelfmoord plegen als het de prostitutie zou afschaffen. Zijn argument (zonder prostitutie wordt het huwelijk onmogelijk) lijkt vanuit de Franse traditie van de institutionalisering van de huwelijkse ontrouw misschien te kloppen, maar is natuurlijk grote onzin. “Als de prostitutie wordt afgeschaft, verdwijnt het huwelijk en het gezin en wordt vervolgens de hele maatschappij ontwricht”, zo spreekt de onheilsprofeet Houellebecq.

Wat mij wél aanspreekt in zijn Berlijnse rede, is de parallel die hij trekt tussen Islamitische Staat en de Franse Revolutie. De afgelopen maanden las ik Burgers, de omvangrijke studie die Simon Schama in 1988 maakte van de Franse Revolutie. Tijdens het lezen over de Terreur, het schrikbewind van Robespierre, moest ik telkens denken aan IS want er zijn opvallende parallellen.

In de eerste plaats de religie. Het wordt nog wel eens vergeten dat het schrikbewind van Robespierre niet atheïstisch was, maar religieus. Net als de beeldenstormers van IS waren er ook revolutionairen die beelden kapot sloegen en kerken ontheiligden. Dit gebeurde vanuit een haat tegen het christendom en liefde voor de eigen politieke religie.

Daarmee is ook een tweede parallel benoemd: de politiek. Het revolutionaire Frankrijk was net als Islamitische Staat door en door politiek. De politiek en de religie hebben hetzelfde doel: de verspreiding van de politieke religie, het vernietigen van de vijand en het stichten van de heilstaat op aarde. De revolutie moest geëxporteerd worden (vonden met name de Girondijnen) en heel Europa moest worden aangestoken met het revolutionaire vuur. De revolutie en het islamitisch kalifaat maken aanspraak op universele geldigheid en heerschappij.

Terreur is niets anders dan snelle, strenge en onwrikbare gerechtigheid.

Maximilien de Robespierre

De derde duidelijk parallel is de terreur. Het doel (de wereldrevolutie, het kalifaat) heiligt de middelen. En het machtsmiddel wordt uiteindelijk de terreur. Als het niet goedschiks kan, dan maar kwaadschiks. Waarschijnlijk heeft niemand het ooit leugenachtiger geformuleerd dan Robespierre, de aartsvader van alle dictators: “Terreur is niets anders dan snelle, strenge en onwrikbare gerechtigheid.”

Maximilien de Robespierre op 17 pluviôse an II – 5 februari 1794
 
Si le ressort du gouvernement populaire dans la paix est la vertu, le ressort du gouvernement populaire en révolution est à la fois la vertu et la terreur : la vertu, sans laquelle la terreur est funeste ; la terreur, sans laquelle la vertu est impuissante. La terreur n’est autre chose que la justice prompte, sévère, inflexible ; elle est donc une émanation de la vertu ; elle est moins un principe particulier, qu’une conséquence du principe général de la démocratie, appliqué aux plus pressants besoins de la patrie.
 
Als de drijvende kracht achter een democratische regering in vredestijd de deugd is, is het tijdens de revolutie zowel de deugd als terreur; deugd zonder welke terreur dodelijk is; terreur zonder welke deugd machteloos is. Terreur is niets anders dan snelle, strenge en onwrikbare gerechtigheid. De terreur komt daarom voort uit de deugd en is het resultaat van de toepassing van het beginsel van de democratie voor de dringende noden van het land.

Marie Antoinette
het hoofd van Marie Antoinette nagemaakt door Mme Tussaud [ credits: gallica.bnf.fr]
Michel Houellebecq in zijn Berlijnse rede – 26 september 2016
 
An dieser Stelle bin ich versucht, sehr weit auszuholen, weil ich gerade Lamartines L’Histoire des Girondins lese, die recht eigentlich eine Geschichte der Französischen Revolution ist. Zuallererst verwundert einen in diesem Buch der Glaube, der die französischen Revolutionäre beseelt, ein Glaube, der sie unsinnige Akte des Heldentums hat vollführen lassen und der es ihnen erlaubt hat, das verbündete Europa militärisch zu besiegen, während im Land selber mehrere Bürgerkriege tobten. Haben wir heute, wir anderen liberalen Demokraten zu Beginn des 21. Jahrhunderts, denselben republikanischen Glauben?
 
Die Frage zu stellen, heisst, sie schon zu beantworten.
 
Allerdings erstaunt auch die monströse Grausamkeit der französischen Revolutionäre. Man kann verstehen, wenn Joseph de Maistre die Französische Revolution als eine vollständig satanische Veranstaltung ansieht. Alle vier oder fünf Seiten bei Lamartine werden auf Lanzen aufgespiesste abgeschlagene Köpfe herumgetragen. Und ohne Unterbrechung diese abscheulichen Geschichten. Da gibt es die berühmteste, jene der Prinzessin von Lamballe, deren Vulva an ihrem Leichnam zerschnitten wurde – von einem Aufrührer, der sich einen falschen Bart daraus machte.
 
Bron: nzz.ch

Een vierde parallel is de retoriek van de leider. Net als de eerste man van het Jakobijnse schrikbewind Maximilien de Robespierre, is Abu Bakr al-Baghdadi de man achter het schrikbewind van de Islamitische Staat, een fanaticus en een puritein. Het zijn geen dictators als Sadam, Khadaffi of Ceaucescu. Ze bouwen geen paleizen en zwelgen niet in overdaad, maar leven eerder als asceten. Dat maakt het des te griezeliger. Want ze lijken al onthecht en vragen van hun volgelingen ook om zich te onthechten en zich op te offeren voor het hogere doel. In hun retoriek maken ze gebruik van hyperbolen, refereren telkens aan het hogere doel, aan het offer en het heldendom/martelaarschap.

En scellant notre ouvrage de notre sang, nous puissions voir au moins briller l’aurore de la félicité universelle.(Robespierre)
 
Door onze werken met bloed te verzegelen, kunnen we tenminste de dageraad zien schijnen van de universele gelukzaligheid.

Houellebecq heeft een punt. De gruwelijkheden ten tijde van de Franse Revolutie, met als dieptepunt de Septembermoorden, de burgeroorlog in de Vendée en het schrikbewind van Robespierre, doen niet onder voor die van Islamitische Staat.

Blijkbaar kan de Verlichting ook leiden tot bezetenheid. De Franse Revolutie kunnen we zien als de politieke consequentie van de Verlichting, die ontspoorde door een giftig mengsel van rigide rationalisme en blinde volkswoede. In naam van de Rede, Deugd en Allah gebeuren de meest verschrikkelijke dingen. En dan, merkt Houellebecq op, komt er ook “zomaar” weer een eind aan:

Michel Houellebecq in zijn Berlijnse rede – 26 september 2016
 
Und dann, mit einem Schlag, hört das auf. Warum hat die Französische Revolution ein Ende genommen? Warum wurden die Menschen mit einem Schlag dieser Blutorgie überdrüssig? Darüber wissen wir nichts. Mit einem Mal, ohne ersichtlichen Grund, liessen die Menschen davon ab, und die Gier nach Blut verschwand. Und vielleicht ist es einfach so, ohne wirklichen Grund, auf konfuse Weise und wenig spektakulär, dass der Islamische Staat enden wird.
 
Bron: nzz.ch

De laatste vijftien jaar is er veel geschreven over de Verlichting als remedie tegen de fundamentalistische islam. Net als het christendom zou de islam “door de Verlichting” moeten gaan. Vanuit de parallellen tussen de Franse Revolutie en Islamitische Staat, zou je kunnen opperen dat de islam “door de Verlichting” gaat, maar spiegelbeeldig aan het christendom. IS heeft een schrikbewind ingesteld en vervolgt, zoals de ultra-Jakobijnen vervolgden. De islam wordt niet vervolgd, zoals het christendom tijdens de Franse Revolutie. Maar ze gaat wel door een “verlichting” heen, die deugd en terreur koppelt. Onthoofden wordt zo een heilige opdracht.

Tod als Rettung vor dem Tod [ zeit.de ]

rijk geïllumineerde glossy

Magazine t.g.v. 600 jaar Gebroeders van Limburg

Ze maakten “glossies” voor de hertog van Bourgondië of de hertog van Berry, maar dat er 600 jaar na hun dood een glossy onder hun eigen naam zou verschijnen, daarvan hadden de gebroeders van Limburg uit Nijmegen nooit durven dromen. Vorige maand verscheen er n.a.v. de zeshonderdste sterfdag van de gebroeders een heuse magazine met een gouden 600 op de omslag. Het binnenwerk wordt vooral bepaald door schitterende collages van de bekende miniaturen waarin levende modellen zijn gemonteerd. De fotografie en de beeldbewerking werden gedaan door Thijn van de Ven, meesterfotograaf uit Nijmegen. Het magazine is online te bestellen. Vrijdag is de laatste dag van het crowdfunding project.

Gebroeders van Limburg Magazine
fragment van de omslag van het magazine

Les Très Riches Heures du duc de Berry is een rijk geïllumineerd getijdenboek, gedateerd rond 1400. Het is geschilderd in opdracht van Hertog Jean de Berry en vervaardigd door de befaamde Nijmeegse miniatuurschilders de gebroeders Van Limburg. Ter gelegenheid van 600 jaar Gebroeders van Limburg is een servies uitgebracht voorzien van afbeeldingen uit Les Très Riches Heures.

gebroedersvanlimburg.nl | hetwoudderverwachting.nl