Maandelijks archief: april 2007

fijne plaatjesboeken [ 2 ]

Nieuwe uitgaven bij Uitgever Benedikt Taschen: Window Shopping

Bij dit boek lik ik mijn vingers af. Het is uitgegeven door Taschen’s man in LA Jim Heimann van wie ik inmiddels vier delen heb uit de serie All American Ads.
Etalages horen voor hongerige blikken te zorgen. Dat een boek over etalages dit doel ook bereikt, komt zelden voor. Maar wie geeft er nu zo’n boek uit? Precies …

Window Shopping
Window ShoppingIn postwar America, everything pointed to a bright, shiny future. Sheer optimism and opulence informed everything from automobile design to architecture, infusing design with larger-than-life planes and curves. Storefront design of the era is particularly indicative of this phenomenon, incarnated here in an extensive collection of hand-illustrated shop window designs from 1938 to 1950. These spectacular, often grandiose plans for grocery stores, shoe shops, beauty salons, bakeries, and more are reminders of a time when stores were sacred shrines for the congregation of American shoppers – impressive and even slightly intimidating, just like the future itself. Collected for this unique book, the designs viewed in retrospect reveal the mindset of a unique period in history. In addition to an extensive selection of drawings are historical black and white photographs of actual shops built in a similar style. Shop America offers a rare look at mid-century commercial America as it pictured itself.
 
Bron: taschen.com

fijne plaatjesboeken [ 1 ]

Nieuwe uitgaven bij Benedikt Taschen: Berlin

Ooit begonnen als punker met een stripboekenwinkeltje in Keulen, is Taschen ruim 25 jaar later een sexy merk geworden met vestigingen over de hele wereld. Publishers of Art, Anthropology and Aphrodesia staat er op de omslag van de nieuwe voorjaarscatalogus. Gisteren viel hij weer op de mat. Sex sells, dus een flink deel van het Taschenfonds bestaat uit erotische, semi-pornografische en soms ranzige boeken (onder de noemer camp, want dan is het intellectueel verantwoord), die wat mij betreft niet zo hoeven. Voor de rest wel veel fijne plaatjesboeken over kunst, architectuur, design en film.

Berlin
Glienicker Brücke bij Potsdam. In de jaren 1961-1989 vaak gebruikt om spionnen uit te wisselen en soms ging dat in een lijkkist. In de zomer van 2004 ben ik er fluitend overheen gefietst.
BerlinBerlin has survived two world wars, was divided by a wall during the Cold War, and after the fall of the Wall was re-united. The city emerged as a center of European power and culture. From 1860 to the present day, this book presents the story of Berlin in photographs, portraits, maps, and aerial views. With nearly 700 pages of emotional, atmospheric images, from giddy pictures of the Roaring Twenties to devastating images of war to heartwarming postwar photos of a city picking up the pieces -the Reichstag in ruins and later wrapped by Christo and Jeanne-Claude- this is the most comprehensive photographic study on Berlin ever made. More than a tribute to the city and its civic, social, and photographic history, this book especially pays homage to Berlin’s inhabitants: full of hope and strength, in their faces is reflected Berlin’s undying soul.
 
Bron: taschen.com

meer van Taschen op deze weblog

twee schilders

gisteren gezien: tentoonstelling Antoon van Welie
en film Goya’s Ghosts van Milos Forman in Nijmegen

Vorige week schreef ik hier dat ik binnenkort de film Goya’s Ghosts en de tentoonstelling De laatste decadente schilder wilde gaan zien. Gisteren kwam het er dan van in Nijmegen.

Antoon van WelieAntoon van Welie
Eerst naar het Valkhof Museum. Samen met Thijn die hier werkt en de foto’s voor deze tentoonstelling (high res te downloaden) gemaakt heeft, een rondgang gemaakt. Als je deze weblog de laatste weken een beetje gevolgd hebt, dan heb je gelezen dat ik me met een paar boeken had ondergedompeld in de periode rond de Eerste Wereldoorlog. Je gaat er voor je gevoel dan zelf een beetje naar ruiken. Ik voelde me dan ook onmiddellijk thuis tussen de schilderijen, pastels en tekeningen van Antoon van Welie die gemaakt zijn in de periode 1895-1915 en die te zien zijn in de eerste zalen van de tentoonstelling. Er is zelfs een interieur uit het begin van de twintigste eeuw nagebouwd met strakke lambrizeringen, om een echo van de Victoriaanse salon op te roepen. Antoon van Welie was beslist salonfähig, een man van de wereld. Rond 1895 was hij al een veelgevraagd portretschilder en hij maakte naam in heel Europa. Hij portreteerde zelfs drie pausen, Mussolini en een hele reeks mannen van aanzien al dan niet met hun vrouw en/of kinderen.

Waar Thijn en ik het beiden wel overeens waren dat hij het vak in zijn vingers had. Op sommige momenten maakt de verf zich echt los en beweegt het zich over het doek met een virtuositeit van een John Singer Sargent of Thérese Schwartze, beiden tijdgenoten die in dezelfde vijver visten: de high society. Maar het werk van Antoon van Welie is zeer wisselend van niveau. Dat zie je in elke zaal steeds duidelijker naar voren komen en tenslotte eindigt deze tentoonstelling in een dieptepunt met onderstaande Allegorie van het Koninklijk Huis die juist als apotheose gepresenteerd is. Je ziet niet alleen een totale aftakeling van de techniek maar ook van de goede smaak. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit zo’n ontluisterend slotaccoord op een oeuvre heb gezien.

Allegorie op het Koninklijk Huis
Allegorie op het Koninklijk Huis, 1948-1949
Van Welie maakte in zijn laatste levensfase ernst met een ‘stalinistische’ wansmaak

Wat hij hier presteert, is zo vet over the top en zo erbarmelijk slecht geschilderd, dat het tegenwoordig weer camp zou moeten zijn, maar Van Welie bedoelde dit allemaal zoo ernstig… Na de oorlog was hij een anachronisme geworden, ongeschikt voor de moderne tijd en verguisd door de critici ondanks zijn successen in de hogere kringen. Toch is deze tentoonstelling de moeite waard en ik ben blij dat Antoon van Welie weer uit het stof is gehaald. Er zijn een paar portretten van beeldschone dames die tegelijkertijd technisch van zeer hoge kwaliteit zijn.

Goya’s Ghosts
‘s Avonds met René en Thijn naar lux. Niet helemaal onbevooroordeeld, want ergens had ik iets gelezen van ‘slecht scenario, wel veel mooie plaatjes’. Een film met een slecht scenario is eigenlijk al niet meer te redden, maar voor mij is er bij een historisch drama altijd een escape. Ik zet dan op een gegeven moment de knop om en bekijk de film daarna niet meer als film, maar als een slideshow van vaak mooie plaatjes en allerlei historische details. Voor een regisseur is dat niet bepaald complimenteus. Die krijgt dan ook een vette onvoldoende, maar voor het werk van de cameraman, rekwisiteurs, stylistes, kostuumspecialisten en historici die aan zo’n film hebben meegewerkt, heb ik dan meestal des te meer lof.

Goya's Ghosts
Goya onthult een ruiterportret van de koningin aan het koninklijk paar

Nu is Milos Forman natuurlijk niet zomaar een regisseur. Wanneer hij een slecht scenario in handen krijgt, weet hij er altijd nog iets van te maken. Ook herken je zijn films altijd aan de typische Forman-signatuur, en kan hij als meester knipogen naar zijn meesterwerken One Flew over the Cukoo’s Nest en Amadeus. Maar daarmee is de film nog niet gered. Voor René wordt deze film dan ook genomineerd voor het Gouden Kruidvat, met andere woorden: zo vlug mogelijk als DVD verramsjen bij het Kruidvat. Thijn vond de film helemaal zo slecht nog niet. Waar we het met elkaar wel overeens zijn, is het slechte scenario van Goya’s Ghosts. Een ongeloofwaardig verhaal dat bovendien nog eens platgewalst wordt onder teveel dynamiek en teveel revoluties (gaap). En er is geen echte centrale hoofdpersoon. Met Antonio Salieri in Amadeus kan iedereen zich wel identificeren, juist omdat het emotional center van Amadeus de jaloezie is. En de jaloezie van de ander is een gemakkelijke bron van vermaak.

Goya's Ghost DVDMaar waar gaat Goya’s Ghosts eigenlijk over? Misschien gaat het over loyaliteit en de bereidheid om te lijden voor je principes. En dus ook over lafheid en opportunisme. Het moment waarop dit het duidelijkst naar bovenkomt, is wanneer Goya en Lorenzo elkaar verwijten ‘de hoer’ te zijn. Uiteindelijk is het Lorenzo , mooi gespeeld door Javier Bardem, die zijn geloof in de idealen van de revolutie niet opgeeft. En Goya blijft wat hij in deze hele film is: een voorbijganger, iemand die toekijkt. Als een fotojournalist avant la lettre blijft hij betrokken bij het oorverdovende tumult van zijn tijd, maar vanwege zijn doofheid is hij veroordeeld tot een terugetrokken bestaan in een doodstille wereld.

De casting is, zoals we van Forman gewend zijn, weer opvallend goed. Een prachtige Carlos IV gespeeld door Randy Quaid, een mooie rol van José Luis Gómez als Tomás Bilbaten Michael Lonsdale als vader Gregorius met een overtuigende combinatie van oprechte inleving en lafheid op zijn gezicht.

Goya schilderijen | Goya grafiek